Ministerie van Onderwijs en Opleiding legt uit over het beroepscertificaat voor leraren

De heer Duc benadrukte dat de regelgeving inzake het verlenen van beroepscertificaten voor leraren (afgekort als GCN) naar verwachting zal worden opgenomen in de ontwerpwet voor leraren (NG) om de publieke opinie te peilen. Op basis daarvan zal het Ministerie van Onderwijs en Vorming deze bestuderen en goedkeuren.

CERTIFICAAT VOOR MENSEN DIE VOLDOEN AAN DE PROFESSIONELE NORMEN VAN DOCENTEN

De heer Duc wees op de huidige tekortkomingen met betrekking tot de professionele activiteiten van NG's. Met name bij openbare onderwijsinstellingen moeten NG's erkend worden als afgestudeerden van hun stage en een aanstellingsbesluit hebben. Bij overplaatsing naar een andere onderwijsinstelling zijn die besluiten niet geldig, wat tot veel problemen leidt. Aan de andere kant moeten NG's in het proces van professionele ontwikkeling worden beoordeeld en moeten ze opleidingscertificaten krijgen volgens de normen van hun beroepstitel; deze procedure is niet echt redelijk.

Het Ministerie van Onderwijs en Opleiding vraagt ​​om advies over de regelgeving voor het verstrekken van beroepscertificaten aan leraren.

Aan niet-openbare onderwijsinstellingen worden NG's niet geëvalueerd om de voltooiing van hun stage te erkennen en hun vooruitgang in educatieve, professionele en technische capaciteiten te bevestigen, wat als basis kan dienen voor beleidsvoering. Dit leidt tot ongelijkheid tussen publieke en niet-openbare NG's, zelfs binnen dezelfde niet-openbare onderwijsinstelling; tegelijkertijd bemoeilijkt het de uitwisseling tussen beide instellingen.

De heer Duc analyseerde verder dat in het kader van internationale integratie de uitwisseling van buitenlandse leraren tussen Vietnam en andere landen toeneemt. Er bestaat echter momenteel een zekere kloof tussen het outputniveau van buitenlandse lerarenopleidingen en de daadwerkelijke vaardigheids- en capaciteitsvereisten. Het ontbreken van een certificaat maakt het daarom vaak moeilijk om de kwaliteit van buitenlandse leraren die in Vietnam lesgeven te garanderen. Bovendien zijn er veel administratieve procedures die de uitwisseling bemoeilijken, waaronder Vietnamese leraren die naar het buitenland gaan en buitenlanders die naar Vietnam komen.

Het Ministerie van Onderwijs en Vorming bevestigt dat het beroepscertificaat van de leraar geen administratieve procedures met zich meebrengt.

De heer Duc benadrukte: "Een certificaat is een document dat door een bevoegde onderwijsinstantie in Vietnam wordt afgegeven aan mensen die voldoen aan de professionele normen voor leraren. Daarmee bevestigt het dat zij voldoen aan alle eisen voor professionele activiteiten (lesgeven, onderwijs) en de bovengenoemde tekortkomingen overwinnen."

Wat zijn de gevolgen voor leraren?

In antwoord op de vraag van verslaggever Thanh Nien over de impact van dit beleid op het huidige NG-team, zei de heer Duc dat het GCN NG's faciliteert bij veranderingen in hun professionele activiteiten. Het certificaat is landelijk geldig, dus ongeacht waar NG's lesgeven, hoeven ze de stageregeling niet opnieuw in te voeren. Het vereenvoudigt met name de procedures voor NG's in de volgende gevallen: overplaatsing en ondertekening van arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd, contracten voor bepaalde tijd, gastdocenten of interschoolse lessen; overstap van een openbare onderwijsinstelling naar een niet-openbare onderwijsinstelling of vice versa; wanneer NG's met pensioen zijn maar nog steeds lesgeven volgens de behoeften van de onderwijsinstelling.

Volgens het Ministerie van Onderwijs en Opleiding is een beroepscertificaat voor leraren een document dat door een bevoegde onderwijsinstantie in Vietnam wordt afgegeven aan een persoon die voldoet aan de professionele normen voor leraren.

Het certificaat is waardevol om uniformiteit in de kwaliteit van het onderwijs en de opleiding te waarborgen bij alle onderwijsinstellingen. Volgens de huidige normen voor beroepstitels van de NG komt hiermee het opleidingscertificaat te vervallen. Het certificaat is namelijk geldig zolang de NG actief is (behalve in gevallen van intrekking of tijdelijke opschorting van de activiteiten). Tegelijkertijd legt de inhoud van het certificaat het proces van promotie van de lerarentitel vast.

Daarnaast voldoet GCN aan veel eisen voor internationale integratie. Momenteel vereisen de meeste landen dat docenten een licentie of certificaat van vakbekwaamheid hebben. Vietnam en andere landen erkennen elkaars licenties op basis van gemeenschappelijke verdragen en andere specifieke regelgeving. Dit vergemakkelijkt de uitwisseling van vakbekwaamheid tussen landen, met name de kwaliteitscontrole van buitenlanders die in het onderwijs in Vietnam werken.

GRATIS UITGAVE, GEEN ADMINISTRATIEVE PROCEDURES?

In reactie op de bezorgdheid van veel docenten dat het GCN een soort "sublicentie" is, bevestigde directeur Vu Minh Duc, met de toevoeging van administratieve procedures voor docenten: "Het GCN creëert geen administratieve procedures". Tegelijkertijd legde hij uit dat het GCN gratis wordt verstrekt en in plaats komt van de beslissing om het einde van de stage (momenteel) te erkennen voor degenen die de stageregeling hebben voltooid en door de onderwijsinstelling zijn beoordeeld en bevestigd dat zij voldoen aan de normen van het prestatieniveau (laagste niveau) of hoger volgens de professionele normen van een onderwijs- of opleidingsniveau.

Aan instellingen voor hoger onderwijs kunnen, wanneer de instelling daar behoefte aan heeft, personen met veel ervaring in opleidingsactiviteiten, indien zij aan de normen voldoen, in aanmerking komen voor een eerste aanstelling niet als docent, maar als hoofddocent of hoofddocent. Zij kunnen dan een certificaat ontvangen zonder dat zij een stage hoeven te lopen.

De heer Duc zei ook dat als deze bepaling in de wet wordt opgenomen, er een handige overgangsregeling zal komen. Wanneer de NG-wet in werking treedt, zullen NG's die zijn aangeworven en lesgeven aan onderwijsinstellingen een certificaat ontvangen zonder dat ze beoordeeld hoeven te worden. Gepensioneerde NG's die een certificaat wensen, zullen ook een certificaat ontvangen als erkenning voor hun toewijding aan het onderwijs of om hun professionele activiteiten voort te zetten.

Er moet een geschikte manier zijn om problemen te voorkomen.

In essentie is het praktijkcertificaat vergelijkbaar met het pedagogisch certificaat. Dit is een redelijke eis, maar hoe dit geïmplementeerd kan worden om de werklast voor zowel de huidige docenten als de pedagogische studenten na hun afstuderen te verlichten, moet nog besproken worden.

Stel je bijvoorbeeld eens voor dat iemand is afgestudeerd aan een universiteit met een andere hoofdrichting, geen pedagogische richting, zoals informatica of een bachelordiploma wiskunde, maar docent informatica of wiskunde wil worden? In principe heeft die persoon voldoende kennis om les te kunnen geven. Maar om te garanderen dat hij of zij kan lesgeven, moet hij of zij worden opgeleid en gecultiveerd in pedagogische vaardigheden. Het is redelijk om van deze persoon een onderwijsbevoegdheid te eisen.

Er werken momenteel meer dan 1 miljoen leraren in het onderwijs. Als ze allemaal extra praktijkcertificaten zouden moeten hebben, zou dat een zeer omslachtige aanvraag zijn.

Of moeten studenten die aan een universiteit zijn afgestudeerd met een onderwijsdiploma, worden beschouwd als studenten met een certificaat om les te mogen geven na het behalen van een universitair onderwijsdiploma? In principe hebben studenten die aan een universiteit zijn afgestudeerd met een onderwijsdiploma de capaciteiten en kwalificaties om les te geven.

Zo moeten studenten in de huidige pedagogische opleidingen van de school na hun afstuderen uiteraard voldoen aan de eisen die worden gesteld aan het lesgeven aan onderwijsinstellingen die overeenkomen met hun studierichting en opleidingsniveau. Vanaf het eerste jaar worden studenten naar middelbare scholen gestuurd om kennis te maken met de toekomstige beroepspraktijk. De theoretische kant van de opleiding, die betrekking heeft op het pedagogisch beroep, vormt bijna een kwart van de inhoud. Studenten krijgen les in vakken zoals leeftijdspsychologie, pedagogiek, pedagogische communicatie en pedagogische methoden (gerelateerd aan vaardigheden voor het voorbereiden van lessen, het geven van lessen, het analyseren van programma's, enz.). Daarnaast volgen studenten ook pedagogische praktijkvakken op middelbare scholen om de theoretische kennis die ze in pedagogische scholen hebben opgedaan, in de praktijk te brengen.

Universitair hoofddocent Mai Xuan Truong , directeur van de Universiteit voor Onderwijs ( Thai Nguyen Universiteit)

Verwar de formulieren niet.

Een certificaat is een bevestiging dat iemand een module of een opleiding van een opleidingsinstituut heeft afgerond. Een licentie is een bevestiging door een overheidsinstantie dat iemand bekwaam en bevoegd is om een ​​specifieke professionele functie in een specifieke sector uit te oefenen, bijvoorbeeld in een bepaalde provincie/staat. Hopelijk verwarren beleidsbepalende instanties deze twee vormen niet.

Dr. Le Dong Phuong , onafhankelijk expert in universitair onderwijsonderzoek

Quy Hien (opgenomen)

In veel landen bestaan ​​onderwijslicenties.

In landen over de hele wereld moeten leraren een onderwijsbevoegdheid hebben om les te mogen geven. Een onderwijsbevoegdheid is een praktijkcertificaat voor lesgeven, afgegeven door het Ministerie van Onderwijs of de lokale autoriteiten.

Zo hanteert elke Amerikaanse staat andere eisen voor onderwijslicenties. Over het algemeen moeten toekomstige leraren een bachelordiploma van een erkende universiteit hebben, een voorbereidend programma hebben afgerond en een door de staat verplicht gesteld examen afleggen, zoals het Praxis-examen, aldus de website van de Educational Testing Service (ETS). Daarnaast moeten sollicitanten een antecedentenonderzoek ondergaan en voldoen aan specifieke schoolvereisten.

Op veel plaatsen in het Verenigd Koninkrijk moeten kandidaten een QTS-lerarencertificaat hebben om les te mogen geven, aldus het Britse overheidsportaal (gov.uk). Na het voltooien van een lerarenopleiding, het behalen van een examen en het voldoen aan alle vereisten, ontvangen kandidaten een QTS.

In China moeten kandidaten slagen voor het nationale examen voor lerarencertificering (georganiseerd door de testinstantie van het Ministerie van Onderwijs), het examen dat door de school wordt georganiseerd en een proefperiode doorlopen om officieel leraar te worden.

Phuc Duy

Bronlink: https://thanhnien.vn/bo-gd-dt-ly-giai-ve-giay-chung-nhan-nghe-nghiep-nha-giao-185240123233957556.htm