
De Europese Unie (EU) is al lang trots op haar 'Brussel-effect': haar vermogen om wereldwijde normen te stellen door gebruik te maken van haar grote markt en strenge technologieregelgeving, aldus experts Kevin Allison van het Center for European Policy Analysis (CEPA) en Venesa Rugova, senior analist bij Minerva Technology Futures.
Maar met de dringende noodzaak om innovatie te stimuleren en de groeiende 'Washington-aantrekkingskracht' lijkt Europa zijn koers aan te passen en dichter bij de flexibelere Amerikaanse aanpak van technologiebeheer te komen. Deze verschuiving roept een grote vraag op: is het 'Brussel-effect' aan het verdwijnen?
Koers aanpassen
De komst van de Digital Omnibus Bill, die de Europese Commissie (EC) afgelopen november publiceerde, betekent een aanzienlijke koerswijziging, een jaar nadat de voormalige Italiaanse premier en voormalig president van de Europese Centrale Bank, Mario Draghi, een scherpe waarschuwing uitsprak over het concurrentievermogen van Europa. Het plan stelt verschillende fundamentele wijzigingen voor in de EU-technologieregelgeving:
AI Act: De Omnibuswet zou enkele van de strengste vereisten van de AI Act opschorten, waardoor bedrijven meer tijd krijgen om manieren te vinden om eraan te voldoen. De EC stelt met name voor om de registratievereisten voor routinematige AI-toepassingen te schrappen. Dit zou bedrijven in staat stellen hun AI-systemen vrijelijk als "laag risico" te bestempelen, zonder extern toezicht.
AVG (Algemene Verordening Gegevensbescherming): De Omnibus wijzigt ook de beroemde AVG-wetgeving van de EU. Het wetsvoorstel pleit voor stroomlijning van de regels voor het openbaar maken van internetcookies, in een poging de ergernis van pop-ups op het web te verminderen. Controversiëler is echter dat het wetsvoorstel AI-ontwikkelaars toestaat om "gerechtvaardigde belangen" aan te voeren als wettelijke basis voor de verwerking van persoonsgegevens.
Druk vanuit de VS en interne spanningen
De voorstellen stuitten onmiddellijk op kritiek. De Amerikaanse minister van Handel, Howard Lutnick, vertelde Europese functionarissen dat de terugdraaiing niet ver genoeg ging en waarschuwde dat verlichting van de Amerikaanse staal- en aluminiumtarieven afhankelijk zou zijn van aanvullende digitale hervormingen.
De druk vanuit de VS verschuift van retoriek naar duidelijke economische en handelsbedreigingen. De Amerikaanse regering heeft al lang kritiek geuit op andere belangrijke EU-wetten, zoals de Digital Markets Act (DMA) en de Digital Services Act (DSA), omdat ze deze als protectionistisch en discriminerend tegenover Amerikaanse techbedrijven beschouwt. Minister Lutnick heeft deze waarschuwingen omgezet in concrete eisen, door de verlaging van de staal- en aluminiumtarieven door de EU te koppelen aan de inperking van de reikwijdte van de DSA en DMA.
De Digital Omnibus Bill moet nog worden goedgekeurd door het Europees Parlement en de nationale regeringen , en niet iedereen is het daarmee eens. De Oostenrijkse privacyactivist Max Schrems noemde de voorstellen "de grootste aanval op de digitale rechten (van Europeanen) in jaren". De onderhandelingen over het pakket zullen naar verwachting gespannen verlopen.
De realiteit van de wereldwijde technologieconcurrentie
De afgelopen tien jaar vonden Europese politici het makkelijker om de digitale spelregels uit te breiden dan om de belangrijkste uitdagingen aan te pakken die een wereldwijd concurrerende tech-industrie in de hand werken. Het uitblijven van oplossingen voor kwesties zoals een fiscale unie, het opbouwen van een interne markt voor digitale diensten of het verbeteren van de toegang tot risicokapitaal, heeft ertoe geleid dat de Europese tech-industrie moeite heeft om te concurreren met Amerikaanse en Chinese techgiganten.
Deze achterstand is duidelijk zichtbaar in de investeringscijfers. Het investeringsplan van € 20 miljard voor een reeks nieuwe AI-fabrieken in Europa over vijf jaar is weliswaar ambitieus naar Europese maatstaven, maar is minder dan een tiende van wat de drie grootste Amerikaanse cloudproviders alleen al in 2025 in nieuwe digitale infrastructuur willen investeren.
Europa reageert steeds meer op technologische veranderingen in plaats van ze vorm te geven. De toenemende concurrentie van de VS en China dwingt Europa tot concessies waar het zich ooit tegen verzette.
Maar Europa heeft nog steeds veel invloed. Het heeft een nieuw Anti-Engagement Instrument ontwikkeld, dat Brussel ruime bevoegdheden geeft om tegenmaatregelen te nemen tegen landen die de soevereiniteit van de EU schenden. Europa blijft ook een cruciale eindmarkt voor Amerikaanse techbedrijven, die niet in een bitter transatlantisch conflict willen worden meegesleurd.
De reactie van de EU op de Amerikaanse druk zal uitwijzen of het "Brussel-effect" wordt beïnvloed door interne en externe druk, of dat het volledig toegeeft aan "de aantrekkingskracht van Washington", concluderen experts Allison en Rugova. Het continent worstelt met het vinden van een evenwicht tussen concurrentievermogen en controle, tussen nationale soevereiniteit en het gezag van Brussel, en tussen het beschermen van burgers en het versterken van de industrie. Dat evenwicht is nu aan het verschuiven.
Bron: https://baotintuc.vn/phan-tichnhan-dinh/hieu-ung-brussels-cua-eu-lung-lay-trong-cuoc-canh-tranh-cong-nghe-toan-cau-20251208165638698.htm










Reactie (0)