De Rijksinspecteur heeft zojuist een bericht uitgegeven waarin de inspectie van Energieplan VII en het aangepaste Energieplan VII wordt afgerond.

Concreet stelt het aangepaste Energieplan VII (periode 2011-2020, met het oog op 2030) volgens de Rijksinspectie een doelstelling voor de installatie van 850 MW aan zonne-energiecapaciteit. Het Ministerie van Industrie en Handel heeft echter aan de premier geadviseerd en ter goedkeuring voorgelegd om op basis van het voorstel van de provinciale volkscomités 54 projecten met een totale capaciteit van 10.521 MW afzonderlijk aan te vullen op basis van het voorstel van investeerders (23 projecten met een totale capaciteit van 5.200 MW met operationele voortgang in de periode 2016-2020; 31 projecten met een totale capaciteit van 5.321 MW met operationele voortgang in de periode 2021-2025).

windenergie.jpg
Veel problemen bij het aanvullen van de planning van zonne-energieprojecten

Ondertussen heeft het Ministerie van Industrie en Handel pas in 2020 een nationaal ontwikkelingsplan voor zonne-energie opgesteld. De Rijksinspectie concludeerde daarom dat de goedkeuring van de bovengenoemde 54 projecten (totaal vermogen van 10.521 MW) geen wettelijke basis voor de planning had.

De Rijksinspectie heeft ook overtredingen geconstateerd toen het Ministerie van Industrie en Handel de toevoeging van zonne-energieprojecten onder de 50 MW aan de provinciale energieplanning goedkeurde en deze ter goedkeuring aan de premier voorlegde, zodat deze konden worden toegevoegd aan de aangepaste Energieplanning VII, zonder dat er een aangepast plan hoefde te worden opgesteld.

"Dit heeft geen wettelijke basis voor planning, is niet alomvattend, biedt geen basis voor beheer en controle van aanvullende goedkeuringen en is niet in overeenstemming met het aangepaste Energieplan VII. Bovendien garandeert het geen concurrentie bij het aantrekken van investeringen, geen transparantie en riskeert het de opkomst van een aanvraag-subsidiemechanisme", aldus de conclusie van de Rijksinspectie.

De conclusie van de inspectie vermeldde ook dat er in de periode tot 2020 168 zonne-energieprojecten met een totaal vermogen van 14.707 MW/850 MW (17,3 keer hoger dan de doelstelling) zonder wettelijke basis zijn goedgekeurd. Opvallend is dat er 129 projecten in commerciële exploitatie zijn genomen met een vermogen van 8.642 MW, 10 keer hoger dan het goedgekeurde vermogen en zelfs hoger dan de geplande capaciteit tot 2025 (4.000 MW).

Daarnaast heeft ook de zonne-energie op daken zich snel ontwikkeld (totaal vermogen van 7.864 MW), waarmee het totale vermogen aan zonne-energie op 16.506 MW komt, 19,42 keer hoger dan het goedgekeurde vermogen in het aangepaste Energieplan VII. Dit heeft geleid tot een stijging van de zonne-energiecapaciteit van 1,4% naar 23,8%.

Naast de overtredingen bij het massaal aanvullen van energiebronnen, wees de conclusie van de inspectie ook op "mazen" in de richtlijnen en adviezen over het uitgeven van voorkeursprijzen voor de aankoop van elektriciteit (FIT); het beheer en gebruik van grond voor de uitvoering van investeringen in wind- en zonne-energieprojecten...

In de recente aankondiging van de conclusie van het regeringskantoor heeft vicepremier Le Minh Khai het ministerie van Industrie en Handel, relevante ministeries, afdelingen, agentschappen en volkscomités van de provincies Binh Thuan, Ninh Thuan, Khanh Hoa, Long An, Binh Phuoc, Dak Lak, Dak Nong en Ba Ria - Vung Tau opgedragen de aanbevelingen in de conclusie van de inspectie te implementeren.

De resultaten van de implementatie worden in maart 2024 naar de Rijksinspectie gestuurd voor monitoring en algemene synthese.

Onlangs heeft de Centrale Inspectiecommissie overtredingen vastgesteld door een reeks hoge functionarissen in de elektriciteits- en petroleumsector. De Centrale Inspectiecommissie concludeerde het volgende: Het Partijcomité van het Ministerie van Industrie en Handel heeft het principe van democratisch centralisme en de werkvoorschriften geschonden; het heeft een gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel en de leiding en richting laten verslappen, waardoor het Ministerie van Industrie en Handel en vele organisaties en individuen de Partijvoorschriften en staatswetten ernstig hebben overtreden bij het adviseren en uitvaardigen van mechanismen voor de ontwikkeling van zonne- en windenergie; en bij de implementatie van het aangepaste Energieplan VII.

De verantwoordelijkheid voor de bovenstaande overtredingen en tekortkomingen ligt bij het Partijbestuur van het Ministerie van Industrie en Handel voor de ambtstermijnen 2016-2021 en 2021-2026, het Permanente Comité van het Partijcomité van het Ministerie en de Partijcomités van de relevante departementen en kantoren.

Zonne-energie kan niet worden opgenomen in Energieplan 8 omdat niet bekend is welke projecten in strijd zijn met de regels . Het ministerie van Industrie en Handel heeft de premier voorgesteld het plan voor de implementatie van Energieplan VIII goed te keuren, dat geen lijst bevat van geconcentreerde zonne-energieprojecten waar al investeerders voor zijn. De reden hiervoor is dat de provincies geen concrete afspraken hebben gemaakt over de status van de overtredingen en de efficiëntie van investeringen.