Gunstige voorwaarden creëren voor particulieren om musea te openen
Tijdens de bespreking in de vergaderzaal oordeelde de Eerwaarde Thich Bao Nghiem (delegatie van de Nationale Vergadering van Hanoi) dat het gewijzigde wetsontwerp inzake cultureel erfgoed wetenschappelijk en serieus onderzocht was, met veel vernieuwingen die dichter bij de realiteit stonden dan de huidige wet. Het wetsontwerp vermeldde veel beleidsmaatregelen met betrekking tot culturele ontwikkeling in het algemeen en veel beleidsmaatregelen met betrekking tot religieuze culturele waarden en historische en culturele relikwieën in het bijzonder.
Verwijzend naar de kwestie van historische, culturele en religieuze relikwieën, zei de afgevaardigde dat artikel 24 van de Grondwet van 2013 bepaalt dat de staat het recht op vrijheid van godsdienst respecteert en beschermt. Momenteel kent het land vele organisaties die behoren tot 16 godsdiensten en door de staat zijn erkend. De partij en de staat zijn zeer geïnteresseerd en hebben de Wet op Godsdienstige Overtuigingen van 2016 en vele daarmee samenhangende juridische documenten uitgevaardigd om de voorwaarden te scheppen voor de gelijkheid van godsdiensten voor de wet.
Het (gewijzigde) wetsontwerp inzake cultureel erfgoed vermeldt ditmaal ook regels voor het beheer, de bescherming en de bevordering van cultureel erfgoed in het algemeen en historische relikwieën, artefacten, antiquiteiten en documentair erfgoed in het bijzonder. Historische en cultureel-religieuze relikwieën bevatten niet alleen materiële erfgoedwaarden, maar ook immateriële waarden die geïntegreerd en geharmoniseerd zijn. De afgevaardigden willen de criteria voor de identificatie van gemengde relikwieën en socialisatie bij de bescherming en bevordering van de waarde van relikwieën nader specificeren.
Afgevaardigde Nguyen Thi Mai Hoa (delegatie van de Nationale Assemblee van de provincie Dong Thap ) maakte zich zorgen over de activiteiten van particuliere musea. Hij zei dat hoofdstuk 5 van het wetsontwerp over museumactiviteiten en -beleid voor particuliere musea een nieuw hoofdstuk is. De inhoud wordt overgenomen, aangepast en specifieker aangevuld om de juridische corridor te verbeteren en gunstige omstandigheden te creëren voor museumactiviteiten.
De afgevaardigde analyseerde dat er momenteel aandacht is voor het beleid voor niet-publieke musea in ons land, maar dat het nog steeds niet voldoet aan de behoeften en ontwikkelingstrends. De juridische corridor is weliswaar beschikbaar, maar onduidelijk, met name wat betreft de voorwaarden en criteria voor de rangschikking van niet-publieke musea. Tegelijkertijd kampen particuliere musea met problemen op het gebied van expertise, professionaliteit en een gebrek aan professioneel museumpersoneel. Bovendien is de verlening van exploitatievergunningen voor niet-publieke musea in clausule 2, artikel 64, nog steeds algemeen.
Vanuit die realiteit stelde afgevaardigde Nguyen Thi Mai Hoa voor dat het Opstelcomité onderzoek zou blijven doen naar specifiekere en duidelijkere regelgeving. Zo zouden er gunstige voorwaarden worden gecreëerd voor particulieren om musea te openen en zouden functionele instanties in het beheer meer gemak krijgen.
Er moet aandacht worden besteed aan beleid ter ondersteuning van ambachtslieden
Afgevaardigde Ho Thi Kim Ngan (delegatie van de Nationale Assemblee van de provincie Bac Kan) nam deel aan de discussie en zei dat Clausule 6, Artikel 7 over het eren en hanteren van voorkeursbeleid voor ambachtslieden met uitzonderlijke talenten, ambachtslieden die verdienste hebben bij het beschermen en bevorderen van de waarde van immaterieel cultureel erfgoed, met name ambachtslieden uit etnische minderheden die leven in bergachtige gebieden, afgelegen gebieden, grensgebieden, eilanden en etnische groepen die bijzondere moeilijkheden ondervinden bij het verspreiden van traditionele leefwijzen, het opleiden en onderwijzen van opvolgers.
Volgens de afgevaardigde is deze regeling weliswaar opgesteld, maar is het slechts een principebepaling. Er wordt niet duidelijk aangegeven en gereguleerd wat de speciale behandeling is van ambachtslieden uit etnische minderheden in het algemeen. Ook wordt niet aangegeven of de behandeling anders is dan die van andere ambachtslieden.
Bovendien is de regeling die ervoor zorgt dat ambachtslieden uit etnische minderheden speciale aandacht krijgen, nog niet compleet en allesomvattend; deze heeft niet gezorgd voor motivatie en aanmoediging voor ambachtslieden uit etnische minderheden.
Om de harmonieuze relatie tussen cultuurbehoud en -ontwikkeling op een goede manier te verbeteren, stelde afgevaardigde Ho Thi Kim Ngan voor om specifieke mechanismen in te voeren om ambachtslieden uit etnische minderheden snel te behandelen, aan te moedigen en te eren. Daarmee zouden alle potentiële bijdragen aan het behoud en de promotie van traditionele cultuur worden bevorderd.
Afgevaardigde Tran Thi Van (delegatie van de Nationale Vergadering van de provincie Bac Ninh) gaf haar mening over de bepalingen in artikel 13 van het wetsontwerp: ambachtslieden worden beschouwd als levende menselijke schatten, de rode draad die elementen van de volkscultuur bijeenhoudt en de bewaker van het vuur voor erfgoed. De invoering van regels voor maandelijkse ondersteuning en subsidieregelingen voor ambachtslieden in het algemeen en voor ambachtslieden (die een titel van de staat hebben gekregen) met een laag inkomen en moeilijke omstandigheden is echter nog steeds zeldzaam. Volgens het samenvattend verslag over de uitvoering van de Wet op het Cultureel Erfgoed hebben sinds de afkondiging van de wet slechts 20 van de 1881 ambachtslieden die een titel hebben gekregen, van deze subsidieregeling geprofiteerd.
Afgevaardigde Tran Thi Van stelde ook voor om "volkskunstenaars" toe te voegen aan de lijst van begunstigden van het beleid, samen met volkskunstenaars en verdienstelijke ambachtslieden in het wetsontwerp over cultureel erfgoed (gewijzigd).
Alle ambachtslieden die een overheidstitel hebben gekregen, hebben recht op ondersteuning.
Minister van Cultuur, Sport en Toerisme Nguyen Van Hung lichtte een aantal door de afgevaardigden aangekaarte kwesties toe en bevestigde dat er volgens de huidige wet nationale musea, gespecialiseerde musea, provinciale musea en particuliere musea zijn. Deze wijziging biedt echter een opener aanpak, waardoor publieke en niet-publieke musea mogelijk worden. Tegelijkertijd worden museummodellen gediversifieerd om diensten aan te bieden en het culturele genot van de bevolking beter te dienen. Wat betreft digitale musea heeft de opsteller van de wet regels toegevoegd voor tentoonstellingen op internet. Zodra deze "rijp" genoeg zijn, zullen er digitale musea zijn.
Wat betreft de standpunten van afgevaardigden over het beleid voor ambachtslieden, zei de minister dat ambachtslieden een zeer belangrijke rol spelen in het behoud en de bevordering van de waarde van relikwieën en erfgoed. Om de tekortkomingen van de huidige wet te verhelpen, stelde de opsteller van de wet daarom voor dat de Nationale Assemblee een specifiek beleid voor ambachtslieden zou opstellen. Niet alleen ambachtslieden in moeilijke omstandigheden, maar alle ambachtslieden die geëerd en erkend worden, zullen profiteren van het beleid van de staat, inclusief de maandelijkse kosten van levensonderhoud. Daarnaast beslist de Volksraad, afhankelijk van de lokale middelen, over apart beleid om ambachtslieden te helpen de omstandigheden te verbeteren waarin zij beter les kunnen geven.
Bron: https://kinhtedothi.vn/xem-xet-tieu-chi-xa-hoi-hoa-trong-bao-ve-phat-huy-gia-tri-di-tich.html
![[Foto] Premier Pham Minh Chinh zit de tweede vergadering voor van het stuurcomité voor particuliere economische ontwikkeling.](https://vphoto.vietnam.vn/thumb/1200x675/vietnam/resource/IMAGE/2025/11/01/1762006716873_dsc-9145-jpg.webp)
Reactie (0)