De Europese Centrale Bank (ECB) heeft onderzoek gepubliceerd waaruit blijkt dat kunstmatige intelligentie (AI) inkomens kan verlagen, maar geen bedreiging vormt voor banen.
De ECB publiceerde op 28 november een onderzoek naar de wijdverbreide toepassing van AI-technologie, na een enquête in 16 Europese landen. Daaruit concludeerde de ECB dat het aantal AI-gerelateerde banen toeneemt.
Laag- en middelbaar geschoolde banen worden grotendeels niet beïnvloed door AI. Hooggeschoolde banen profiteren zelfs het meest van deze technologie. Met name AI creëert veel nieuwe banen voor jongeren met goede vaardigheden.
Ze merkten echter ook op dat er sprake zou kunnen zijn van een ‘lichte tot matige negatieve impact’ op de inkomsten van werknemers, die mogelijk zouden kunnen stijgen.
"Deze resultaten beperken zich niet alleen tot dit gebied. Op AI gebaseerde technologieën worden nog steeds ontwikkeld en ingezet. Een groot deel van de impact op inkomen en werkgelegenheid, maar ook op groei en gelijkheid, moet nog worden gevoeld", aldus het rapport.
Deze resultaten staan in contrast met eerdere ‘technologiegolven’, waaruit bleek dat de komst van computers ‘de vraag naar middelhoogopgeleide werknemers verminderde’, wat leidde tot ‘polarisatie’ op de arbeidsmarkt.
De snelle ontwikkeling van AI heeft de laatste tijd veel controverse veroorzaakt. Bedrijven investeren fors in AI, waardoor economen zich actief richten op de impact van deze technologie op de arbeidsmarkt.
AI heeft bij het publiek tot bezorgdheid geleid over de toekomst van hun banen. Werkgevers hebben ook moeite om gekwalificeerde werknemers te vinden, ondanks economische tegenslagen die doorgaans de druk op de arbeidsmarkt verminderen.
Vorige maand vond in het Verenigd Koninkrijk de AI Safety Summit 2023 plaats om de risico's die deze technologie met zich mee kan brengen in kaart te brengen, zodat passende beheersmaatregelen kunnen worden genomen. Tesla-CEO Elon Musk voorspelde ook dat mensen in de toekomst geen baan meer nodig zullen hebben, omdat AI alles kan.
Ha Thu (volgens Reuters)
Bronlink






Reactie (0)