TPO - Volgens minister Nguyen Kim Son zijn leraren in openbare onderwijsinstellingen , met de afkondiging van de Wet op Leraren, speciale ambtenaren. Zij genieten dezelfde rechten en beleidslijnen als ambtenaren binnen het rechtssysteem. Tegelijkertijd hebben ze een aantal speciale beleidslijnen om hen betere ontwikkelingskansen te bieden.
TPO - Volgens minister Nguyen Kim Son zijn leraren in openbare onderwijsinstellingen, met de afkondiging van de Wet op Leraren, speciale ambtenaren. Zij genieten dezelfde rechten en beleidslijnen als ambtenaren binnen het rechtssysteem. Tegelijkertijd hebben ze een aantal speciale beleidslijnen om hen betere ontwikkelingskansen te bieden.
Op de ochtend van 9 november presenteerde de heer Nguyen Kim Son, minister van Onderwijs en Opleiding (MOET), namens de regering, het wetsontwerp voor leraren aan de Nationale Assemblee. Het wetsontwerp introduceert veel nieuwe punten met betrekking tot het salarisbeleid en de pensioenleeftijd van leraren.
Salarisbeleid voor leraren
Volgens minister Nguyen Kim Son zijn leraren in openbare onderwijsinstellingen, met de afkondiging van de Wet op Leraren, speciale ambtenaren. Zij genieten dezelfde rechten en beleidslijnen als ambtenaren binnen het rechtssysteem. Tegelijkertijd hebben ze een aantal speciale beleidslijnen om hen betere ontwikkelingskansen te bieden.
"De staat heeft een beleid om hooggekwalificeerde mensen, getalenteerde mensen, excellente afgestudeerden, jonge wetenschappers en mensen met speciale talenten aan te trekken om deel te nemen aan de werving als leraren; leraren om te werken in bijzonder moeilijke gebieden zoals etnische minderheidsgebieden, berggebieden, kustgebieden en eilanden", aldus de heer Son.
De minister verwees naar nieuwe punten en zei dat het ontwerp van de Wet op het Onderwijs het onderwijzend personeel heeft gestandaardiseerd in vergelijking met de huidige regelgeving, middels een systeem van titels en professionele normen voor leraren.
Leraren in niet-openbare onderwijsinstellingen zijn gelijk aan leraren in openbare onderwijsinstellingen wat betreft identificatie, professionele normen, fundamentele rechten en plichten en een aantal beleidslijnen, zoals het opleiden, stimuleren, eren, belonen en aanpakken van overtredingen.
Daarnaast zal het salarisbeleid voor leraren prioriteit krijgen. Met name het basissalaris volgens de lerarenschaal staat bovenaan in het systeem van de administratieve loopbaanschalen. Leraren hebben recht op voorkeurstoeslagen voor hun beroep en andere toeslagen, afhankelijk van de aard van hun werk en de regio, zoals wettelijk voorgeschreven.
Volgens minister Son blijven leraren bovendien anciënniteitstoelage ontvangen totdat het salarisbeleid volgens resolutie 27-NQ/TW is ingevoerd.
Voor kleuterleidsters; leerkrachten die in bijzonder moeilijke gebieden werken, zoals gebieden met etnische minderheden, berggebieden, kustgebieden en eilanden... krijgen voorrang op salaris en toelagen in vergelijking met andere leerkrachten.
Voor leraren die voor het eerst worden aangeworven, wordt het salaris verhoogd met 1 salarisniveau in het systeem van de administratieve loopbaanschalen.
Wat betreft de pensioenleeftijd van leraren zei de minister van Onderwijs en Vorming dat er aparte regelingen zullen komen, afgestemd op de kenmerken van hun beroepsactiviteiten. Met name leraren in het kleuteronderwijs kunnen, indien gewenst, met pensioen gaan op een lagere leeftijd, maar niet ouder dan 5 jaar dan de regelgeving voorschrijft, en hun pensioenbedrag zal niet worden ingehouden vanwege vervroegd pensioen.
Leraren met de titel hoogleraar, universitair hoofddocent of doctor, en leraren die werkzaam zijn in specifieke vakgebieden en sectoren, hebben recht op een hogere pensioenuitkering.
Overweeg het salarisbeleid voor niet-publieke leraren
Met betrekking tot de herziening van de salarissen en toelagen voor leraren zei de heer Nguyen Dac Vinh, voorzitter van de Commissie Cultuur en Onderwijs, dat de commissie instemde met de bepalingen in het wetsontwerp en dit als een belangrijke en noodzakelijke inhoud beschouwde om het partijbeleid snel te institutionaliseren. De herzieningsinstantie keurde ook het beleid goed dat in het wetsontwerp is vastgelegd met betrekking tot voorrang, ondersteuning en aantrekking van leraren.
Volgens de heer Vinh zijn er echter meningen die suggereren dat de geest van de partijresolutie over de hervorming van het salarisbeleid bestudeerd en op de juiste manier geïmplementeerd moet worden. Denk bijvoorbeeld aan het reguleren van het salarisbeleid voor leraren in de niet-publieke sector.
In dit advies wordt ook voorgesteld om het beleid inzake het huren van sociale huurwoningen dat is vastgelegd in de Woningwet, niet opnieuw te reguleren. In plaats daarvan moeten de gevolgen zorgvuldig worden beoordeeld om de haalbaarheid te garanderen, met name wat betreft de middelen voor de uitvoering van het beleid om te zorgen voor collectieve huisvesting voor leraren die op het platteland werken.
Wat betreft de pensioenregeling voor leerkrachten, stemde de commissie ermee in om te bepalen dat leerkrachten in het kleuteronderwijs met pensioen kunnen gaan op een lagere leeftijd (maximaal 5 jaar) dan de bepalingen van de Arbeidswet voorschrijven en dat hun pensioenbedrag niet wordt ingehouden vanwege vervroegd pensioen. Er waren echter meningen die suggereerden dat het noodzakelijk is om de impact op de middelen zorgvuldig te beoordelen om de implementatie van dit beleid te waarborgen.
Wat betreft opleiding en begeleiding is het Comité het in grote lijnen eens met de regelgeving inzake opleiding en begeleiding van leerkrachten, zonder onderscheid te maken tussen leerkrachten uit de publieke en niet-publieke sector.
Volgens de heer Vinh zijn er echter meningen die erop gericht zijn de verantwoordelijkheid van de staat voor het betalen van de opleidingskosten voor leraren, wanneer zij naar opleidingsprogramma's worden gestuurd, duidelijk te definiëren.
Bron: https://tienphong.vn/nha-giao-la-vien-chuc-dac-biet-post1689964.tpo






Reactie (0)