We willen graag een aantal representatieve auteurs voorstellen, zodat lezers meer informatie en inzicht krijgen in de Deense literatuur.
MOOIE BLOEMEN IN DE TUIN (2)
| Deense schrijver Becker Knuth. |
BECKER Knuth (1892-1974) was een Deense schrijver. Hij kwam uit een kleinburgerlijk gezin. Tot zijn 32e werkte hij als smid en monteur. Zijn dichtbundel (Digte, 1916) werd tijdens de Eerste Wereldoorlog gepubliceerd. Beckers poëzie was anti-oorlog. Hij sympathiseerde met de lagere klassen en bekritiseerde de bekrompen burgerlijke moraal. Hij schreef een negendelige romanreeks met veel autobiografische delen: Het Dagelijks Brood (Det Daglige Brod, 1932), De Wachtende Wereld (Verden Venter, 1934, twee delen), Rusteloze Lente (Uroligt Foraar, 1938-1939, drie delen), Als de trein vertrekt (Naar Toget Koerer, 1944, twee delen) en Marianne (1956).
BLICHER Steen Steensen (1782-1848) was een Deense schrijver en dichter. Hij was de zoon van een dominee en was zelf ook dominee. Zijn korte verhalen beschrijven de geschiedenis en het heden van zijn geboorteland Jutland. Blisher had reformistische ideeën in het licht van het burgerlijke denken. Hij luidde de beweging van het kritisch realisme in.
BLIXEN-FJNECKE Karen (1885-1962) , Deens schrijfster, ook bekend onder de pseudoniemen Isak Dinesen en Pierre Andresel. Ze schreef in het Deens en Engels. Ze kwam uit een adellijke familie van landeigenaren. Ze bezat een koffieplantage in Kenia (Afrika) en woonde daar van 1914 tot 1931. Blixen-Fjnecke had een algemeen humanitair perspectief, waarbij ze vaak goed en kwaad contrasteerde. Haar eerste bundel korte verhalen verscheen in 1934 in de Verenigde Staten (in het Engels): Seven Gothic Tales. Ze gebruikte Afrikaanse herinneringen in The Farm in Africa (1937) en Shadows on the Grass (1960).
BRANDES Georg (1842-1927) was een Deense literatuurcriticus. Hij verdedigde het realisme en het naturalisme en eiste dat literatuur de vooruitgang zou dienen en de reactie zou tegengaan. Hij had grote invloed op het culturele leven van Denemarken, Zweden en Noorwegen. Later werd Brandes ook beïnvloed door Nietzsche en sympathiseerde hij met de Russische Oktoberrevolutie.
BRANNER Hans Christian (1903-1966) was een Deense schrijver en toneelschrijver. Zijn werken behandelden de psychologische en sociale conflicten van de Duitse bezetting. Branners humanitaire visie was dat het behoud van de persoonlijke moraal belangrijker was dan het hervormen van de maatschappij. Branner verbeeldde menselijke vervreemding en eenzaamheid in de kapitalistische maatschappij. Romans: De Ruiter (1949) en Niemand Weet de Nacht (1955).
DRACHMANN Holger (1846-1908) was een Deense schrijver en dichter, zoon van een arts. Aanvankelijk streefde hij naar een carrière als schilder. Later werd hij journalist en schrijver. Zijn houding schommelde tussen de radicale burgerlijke en conservatieve stromingen. Aanvankelijk werd hij beïnvloed door de radicale Deense criticus G. Brandes en publiceerde hij een bundel gedichten (Digte, 1872) waarin hij zijn sympathie voor de Commune van Parijs en de strijd van het proletariaat uitdrukte.
Na de breuk met de Brandes-groep. Uitte gepassioneerde romantische gevoelens in toneelstukken, romans en gedichten. Het reisverslag Med Kul og Kridt (1872) en de verhalenbundel In stormen en stilte (I Storm og Stille, 1875)... schreven over kustbewoners, met een realistische inslag. De autobiografische roman Forskrevet (1890) werd beïnvloed door Nietzsche en bekritiseerde de hedendaagse bourgeoisie.
GELSTED Otto (1888-1968) was een Deense dichter en criticus, hoogopgeleid en journalist. In 1943, tijdens de Duitse bezetting van Denemarken, vluchtte hij naar Zweden. In de jaren twintig neigde zijn poëzie naar anarchisme en mystiek. Gelsted uitte zijn geloof in menselijke ontwikkeling en optimisme in zijn filosofische en natuurverheerlijkende dichtbundels: De Maagd Gloriër (Jomfru Gloriant, 1923) en Naar de Zuiveren (Henimod Klarhed, 1931).
De eenvoudige, heldere vorm contrasteert met de negatieve en pessimistische tendensen van de Deense burgerlijke poëzie. Al in de jaren dertig had Gelsteds poëzie een duidelijke politieke tendens en toonde hij sympathie voor het marxisme: de bundel Under Uvejret (1934) wees duidelijk op de dreiging van het fascisme. Het gedicht De Morke Fugle (1940) veroordeelde de Duitse nazi-invasie in Denemarken ten zeerste. De bundel Emigrantdigte (1945) gaf uiting aan gepassioneerd patriottisme. Tegen het einde van zijn leven vertaalde Gelsted klassieke Griekse poëzie.
HANSEN Martin Alfred (1909-1955) was een Deense schrijver. Hij kwam uit een boerenfamilie. Hij werkte in de landbouw voordat hij leraar werd. Door zijn journalistieke werk raakte hij betrokken bij de antifascistische verzetsbeweging tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hansen schreef romans en korte verhalen waarin hij de impact van de wereldwijde economische crisis op het platteland beschreef. Het leven tijdens de oorlog zorgde ervoor dat Hasen een existentiële houding aannam, ver van rationaliteit, dicht bij de naïeve opvattingen van de bevolking; Hansen bekritiseerde de burgerlijke beschaving. Zijn anticommunistische tendensen werden steeds duidelijker. Hij beïnvloedde de jongere generaties Deense schrijvers die het existentialisme aanhingen.
Werken: Jonathan's Journey (Jonathan Rejse, 1941), historische roman The Liar (Logneren, 1950), roman geschreven in de vorm van een dagboek van een "moderne scepticus"; symbolische methode.
Bron






Reactie (0)