
De workshop “Beoordeling van het nationale innovatieve startupecosysteem in 2025 en verspreiding van nieuw beleid inzake durfkapitaal” wordt beschouwd als een belangrijk forum, dat zich sterk richt op het thema van het opzetten van een gespecialiseerde effectenbeurs voor innovatieve startups.
Het evenement, georganiseerd door het Department of Startups and Technology Enterprises in samenwerking met het Department of Science and Technology van Ho Chi Minhstad, bracht vele experts, investeerders en vertegenwoordigers van fondsen bijeen om oplossingen te bespreken voor de strategische 'exit' van het Vietnamese startup-ecosysteem. De meningen waren unaniem dat, parallel aan het wegnemen van de bottleneck van 'seed capital' (input), het creëren van een 'high-level capital playground' een dringende vereiste is voor Vietnamese startups om zich duurzaam te ontwikkelen.
Tijdens de workshop benadrukte de heer Lam Dinh Thang, directeur van de afdeling Wetenschap en Technologie van Ho Chi Minhstad, dat er grote vooruitgang is geboekt met de juridische corridor voor durfkapitaalinvesteringen, wat blijk geeft van een nieuwe, meer open en praktische mentaliteit op het gebied van staatsbeheer.
De heer Thang analyseerde dat decreet 264/2025/ND-CP over durfkapitaal, uitgevaardigd op 14 oktober 2025, een "zeer betrokken" zet van de overheid is, die duidelijk de wil aantoont om samen te werken met de particuliere sector, met bedrijven - met name creatieve bedrijven.
Het doorbraakpunt van het durfkapitaalfondsmodel (VCF) onder decreet 264 is het "socialisatierecht vanaf de oprichting van het fonds", dat de staat geen exclusieve rechten verleent. Deze fondsen opereren volgens het bedrijfsmodel (BV of Naamloze Vennootschap), in overeenstemming met de Ondernemingswet, waardoor de staat in de positie van "een gelijkwaardige investeerder" wordt geplaatst in plaats van "een monopoliehouder".
De heer Lam Dinh Thang zei dat in tegenstelling tot voorheen, toen veel fondsen zich slechts op papier "toezegden te investeren" zonder daadwerkelijk te investeren, het nieuwe mechanisme investeerders dwingt om echt geld in de onderneming te investeren. Daardoor wordt de kapitaalbron substantiëler, hoewel de omvang misschien kleiner is, maar het brengt wel meer efficiëntie en verantwoordelijkheid in het investeringsproces.

Voor het Nationaal Investeringsfonds bedraagt het minimale startkapitaal VND 500 miljard, met als doel een startkapitaal van VND 2.000 miljard in 5 jaar (uit de staatsbegroting en het gesocialiseerde kapitaal). Belangrijker nog, dit beleid accepteert een "specifieke risicodrempel". Het totale verlies dat ontstaat tijdens een investeringscyclus is duidelijk gedefinieerd en bedraagt niet meer dan 50% van het startkapitaal van het fonds. Dit is een "realistische" en zeer marktgerichte benadering die fondsbeheerders aanmoedigt om te durven innoveren en te creëren.
Bovendien bepaalt het besluit duidelijk het mechanisme voor vrijstelling van aansprakelijkheid voor fondsbeheerorganisaties en individuen indien verliezen ontstaan door "objectieve risico's" zoals marktschommelingen, beleidswijzigingen, natuurrampen en indien zij volledig voldoen aan de beleggingsregelgeving en interne beginselen.
Decreet 264 lost het probleem van "startkapitaal" op, maar het probleem van exit voor investeerders is een groot hiaat in het Vietnamese startup-ecosysteem.
De heer Pham Hong Quat, directeur van de afdeling Startups en Technologiebedrijven (Ministerie van Wetenschap en Technologie), zei dat het Vietnamese startup-ecosysteem zich snel ontwikkelt, met overvloedig durfkapitaal in de beginfase, maar een gebrek aan kapitaal voor de uitbreidingsfase. Beginnende investeerders hebben moeite met het doorverkopen van aandelen en beursintroducties op traditionele beurzen zijn vrijwel onmogelijk voor binnenlandse startups.
Volgens de heer Quat zijn bestaande beurzen ontworpen volgens de “oude standaarddenkwijze”, waarbij de nadruk ligt op tastbare activa en eerdere winsten, terwijl de kernwaarde van startups ligt in intellectueel eigendom (IE), kerntechnologie, gebruikersgegevens en marktpotentieel. Dit zijn factoren die de oude standaard niet nauwkeurig kan waarderen.

"De toekomst van de kapitaalmarkt ligt in het vermogen om het onaantastbare te prijzen en te verhandelen. Tegelijkertijd zal de oprichting van een effectenbeurs speciaal voor startups een kanaal openen voor kapitaalmobilisatie op de middellange en lange termijn, waardoor investeerders gemakkelijk kapitaal kunnen afstoten en nieuwe kapitaalstromen kunnen ontsluiten", benadrukte de heer Quat.
Dr. Tran Quy, directeur van het Vietnamese Instituut voor Digitale Economische Ontwikkeling, sloot zich aan bij bovenstaand standpunt en deelde internationale lessen over het beursmodel voor startende bedrijven.
De heer Quy analyseerde dat het KOSDAQ-model (Korea) succesvol is dankzij de flexibele beursnoteringscriteria. Hierbij is het niet vereist dat bedrijven winstgevend zijn, maar dat ze zich richten op groeipotentieel en R&D-capaciteit (onderzoek en ontwikkeling).
Het AIM-model (VK) onderscheidt zich door het gesocialiseerde monitoringmechanisme via een Nominated Adviser (NomAd), dat de kwaliteit en transparantie van bedrijven waarborgt vóór de beursnotering. Het TSX-V-model (Canada) fungeert daarentegen als een 'kapitalisatie-incubator', waardoor jonge bedrijven geleidelijk kunnen groeien voordat ze officieel op de beurs worden genoteerd.
Op basis van deze ervaringen zijn deskundigen van mening dat Vietnam een gespecialiseerd beursmodel kan bestuderen in de vorm van een pilotzone, bijvoorbeeld het voorstel van “VIE-Growth” dat opereert onder het “Regulatory Sandbox”-mechanisme.

Daarom moet dit model flexibiliteit in de noteringscriteria garanderen, mogelijk door winstvereisten te schrappen, en een strikt monitoringmechanisme via een sponsor of erkende adviseur. Met name de toepassing van technologie voor de waardering van digitale activa en gebruikersgegevens moet worden beschouwd als een essentiële basis voor het operationele mechanisme van de beurs.
Van het "zaaikapitaal"-beleid onder Decreet 264 tot het idee om een effectenbeurs voor startups op te richten, zeggen deskundigen dat Vietnam geleidelijk een gesloten durfkapitaalinvesteringscyclus voltooit, van input (fonds) tot output (beurs).
Het voltooien van deze strategische ‘puzzel’ helpt niet alleen om de binnenlandse kapitaalstromen te deblokkeren, maar draagt ook bij aan de verbetering van het Vietnamese startup-ecosysteem, waardoor een concurrentiepositie wordt gecreëerd ten opzichte van regionale innovatiecentra zoals Singapore of Zuid-Korea.
Als de KNST-effectenbeurs goed wordt ontworpen en transparant wordt geëxploiteerd, zal het een springplank worden voor Vietnamese startups om 'uit te groeien tot draken', regionale niveaus te bereiken en hun positie op de wereldwijde innovatiekaart te bevestigen.
Bron: https://baotintuc.vn/khoa-hoc-cong-nghe/can-co-che-dot-pha-de-hinh-thanh-san-chung-khoan-cho-startup-viet-20251101154659938.htm






Reactie (0)