Kameraad Sung A Lenh, plaatsvervangend hoofd van de delegatie van de Nationale Assemblee van de provincie Lao Cai , gaf commentaar op de gewijzigde wet op het cultureel erfgoed.

Volgens afgevaardigde Sung A Lenh is het noodzakelijk om consistentie te waarborgen tussen de Wet op het Cultureel Erfgoed en de Wet op de Staatsbegroting. De afgevaardigde verwees naar artikel 90, lid 1, van het wetsontwerp inzake cultureel erfgoed, waarin het volgende is bepaald: "Het Fonds voor de instandhouding van cultureel erfgoed is een staatsfonds dat buiten de begroting valt en dat is opgericht en functioneert overeenkomstig de wettelijke bepalingen ter ondersteuning van de financiering van een aantal activiteiten ter bescherming en bevordering van de waarde van cultureel erfgoed die niet zijn geïnvesteerd, ondersteund of onvoldoende zijn geïnvesteerd door de staatsbegroting...".
Vervolgens stellen clausule 3 en clausule 5, artikel 90 van het wetsontwerp inzake cultureel erfgoed: "Het Fonds voor de instandhouding van cultureel erfgoed heeft een wettelijke status en een eigen keurmerk. Het Centraal Fonds voor de instandhouding van cultureel erfgoed wordt opgericht bij besluit van de minister van Cultuur, Sport en Toerisme; het Lokaal Fonds voor de instandhouding van cultureel erfgoed wordt opgericht bij besluit van de voorzitter van het Provinciaal Volkscomité."

Ondertussen bepalen de Staatsbegrotingswet (2015) en artikel 12 van Besluit nr. 163/2016 betreffende richtsnoeren voor de uitvoering van de Staatsbegrotingswet niet de juridische status van extrabudgettaire staatsfinanciën.
De afgevaardigde stelde voor dat het Opstelcomité op basis van de praktijk de rechtmatigheid en de doelstellingen van het Fonds voor het Behoud van Cultureel Erfgoed zou blijven toetsen en verduidelijken, om de haalbaarheid en consistentie tussen andere relevante wetten en regelgeving te waarborgen.

Afgevaardigde Sung A Lenh nam deel aan de inhoud van "Aankoop en terugbreng van relikwieën en antiek van Vietnamese oorsprong uit het buitenland" en wees erop dat het ontwerp, clausule 5, artikel 49, het volgende bepaalt: "Indien relikwieën en antiek worden geïdentificeerd door het Ministerie van Cultuur, Sport en Toerisme, en een plan wordt voorgesteld voor recuperatie en aankoop uit het buitenland, beslist de premier over het recuperatieplan of gebruikt het staatsbudget voor de aankoop en terugbreng naar Vietnam, en relikwieën en antiek worden gekocht door organisaties en individuen en terugbreng naar Vietnam met het doel om te bewaren, tentoon te stellen zonder winstoogmerk of te doneren aan de staat, dan genieten ze voorkeursbehandeling op invoerrechten, belasting over de toegevoegde waarde en andere gerelateerde belastingen en heffingen."
Ondertussen moeten belastinggerelateerde kwesties in artikel 47 van de Grondwet bij wet worden geregeld. Momenteel worden invoerrechten, btw en andere belastingen in gespecialiseerde wetten geregeld. Artikel 49 van bovengenoemd wetsontwerp heeft geen duidelijke fiscale prikkels vastgelegd voor het gebruik van de staatsbegroting voor de aankoop en terugname naar Vietnam van relikwieën en antiek die door organisaties en individuen zijn gekocht en naar Vietnam zijn teruggebracht met het oog op behoud, tentoonstelling zonder winstoogmerk of donatie aan de staat. Onder welke wet worden fiscale prikkels genoten? Er moeten specifieke verwijzingen worden opgenomen om de haalbaarheid te garanderen. Indien de prikkels afwijken van de belastingwetgeving, is het noodzakelijk om de gerelateerde inhoud aan te passen en aan te vullen om consistentie en eenheid te creëren.

Vervolgens nam afgevaardigde Sung A Lenh deel aan het opstellen van artikel 93 van het wetsontwerp inzake cultureel erfgoed "Over het staatsbeheer van cultureel erfgoed". Dit wetsontwerp bevat regels over de bevoegdheid van het staatsbeheer van cultureel erfgoed van het ministerie van Cultuur, Sport en Toerisme, het ministerie van Planning en Investeringen, het ministerie van Financiën, het ministerie van Openbare Veiligheid, het ministerie van Nationale Defensie, het ministerie van Binnenlandse Zaken, het ministerie van Buitenlandse Zaken, het ministerie van Onderwijs en Opleiding, het ministerie van Bouw...
Volgens afgevaardigde Sung A Lenh is het wetsontwerp dat de bevoegdheden van de bovengenoemde ministeries vastlegt, niet in overeenstemming met artikel 39, lid 2, van de Wet op de Organisatie van de Overheid, waarin staat: "De Overheid bepaalt de functies, taken, bevoegdheden en organisatiestructuur van elk ministerie en elk agentschap op ministerieel niveau." De afgevaardigde verzocht de redactiecommissie om de wet te herzien, aan te passen en aan te vullen om de twee bovengenoemde wetten met elkaar in overeenstemming te brengen.
De plaatsvervangend hoofd van de delegatie van de Nationale Vergadering van de provincie Lao Cai wees er ook op dat artikel 95 over "De Nationale Raad voor Cultureel Erfgoed is een adviesorgaan van de premier" niet in overeenstemming is met hoofdstuk VIII over de regelgeving voor staatsbeheer.
De afgevaardigde zei ook dat de bepalingen in de wet inzake de oprichting van intersectorale organisaties eveneens herzien moeten worden om consistentie te garanderen met de inhoud van Resolutie 27-NQ/TW van 9 november 2022 tijdens de 6e Conferentie van het Centraal Comité van de Partij over de voortzetting van de opbouw en vervolmaking van de socialistische rechtsstaat van Vietnam in de nieuwe periode. De resolutie stelt duidelijk: "Implementeer het principe dat één taak is toegewezen aan slechts één agentschap dat het voorzitterschap bekleedt en de primaire verantwoordelijkheid draagt, en coördineer de uitvoering met de relevante agentschappen; elimineer geleidelijk het intersectorale coördinatiemechanisme, dat gepaard gaat met een duidelijke definitie van de verantwoordelijkheden van het hoofd."
Bron






Reactie (0)