Volgens VietNamNet heeft het Openbaar Ministerie zojuist de aanklacht afgerond om mevrouw Nguyen Thi Thanh Nhan (voormalig voorzitter van AIC Company) en 13 andere verdachten te vervolgen voor de misdaden van het geven van steekpenningen, het aannemen van steekpenningen, het overtreden van aanbestedingsregels met ernstige gevolgen en het misbruiken van positie en macht tijdens de uitvoering van officiële taken.
Het Hooggerechtshof van het Openbaar Ministerie heeft het Openbaar Ministerie van Ho Chi Minhstad belast met de uitoefening van het recht om te vervolgen en toezicht te houden op het proces.
Volgens de aanklacht werd het investeringsproject voor de bouw van het Biotechnologie Centrum (CNSH) in januari 2006 goedgekeurd door het Volkscomité van Ho Chi Minhstad. Het project heeft een totale oppervlakte van 230.000 m² en een totale geschatte investering van VND 1,632 miljard. De investeerder is het CNSH Centrum.
Rond april 2014 ontmoette de heer Duong Hoa Xo (voormalig directeur van het centrum) mevrouw Nguyen Thi Thanh Nhan tijdens de openingsceremonie van het Plant Tissue Culture Center.
Mevrouw Nhan besprak op dat moment met de heer Xo de voorwaarden om AIC Company te laten deelnemen en de opdracht voor de implementatie van de projectpakketten te winnen. Mevrouw Nhan beloofde "geschenken te sturen om Xo en zijn broers te bedanken".
De heer Xo besefte dat mevrouw Nguyen Thi Thanh Nhan "haar belofte zou nakomen" en liet AIC Company deelnemen aan de aanbesteding, waardoor hij de aanbestedingspakketten voor het bovenstaande project won.
Mevrouw Nhan is voorzitter van AIC Company, met hoofdkantoor in Hanoi en een vertegenwoordiging in Ho Chi Minhstad. Zij is degene die de volledige beslissingsbevoegdheid heeft over inkomsten en uitgaven; alle andere onderdanen zijn slechts werknemers.
Nadat ze met personen van het Centrum voor Biotechnologie en diverse bedrijven had samengewerkt om het project uit te voeren en biedingen te winnen, gaf mevrouw Nguyen Thi Thanh Nhan de boekhoudafdeling van het hoofdkantoor van AIC Company in Hanoi opdracht om meerdere keren geld over te maken naar het zuidelijke kantoor van AIC Company, zodat de heer Tran Manh Ha (adjunct-directeur-generaal van AIC) en Tran Dang Tan (hoofd van het AIC-kantoor in Ho Chi Minhstad) 14,4 miljard VND aan de heer Duong Hoa Xo (voormalig directeur van het Centrum voor Biotechnologie in Ho Chi Minhstad) konden geven.
De heer Xo nam steekpenningen aan en gaf 1 miljard VND aan mevrouw Tran Thi Binh Minh, adjunct-directeur van de afdeling Planning en Investeringen; 950 miljoen VND aan Nguyen Dang Quan, adjunct-directeur van het Centrum voor Biotechnologie (in meerdere termijnen, van 2016 tot 2020); 1,1 miljard VND aan Nguyen Viet Thach, hoofd van de Bouwmanagementraad van het Centrum voor Biotechnologie. De resterende 11,3 miljard VND gebruikte de heer Xo voor persoonlijke doeleinden.
Tot op heden heeft meneer Xo 11,5 miljard VND terugbetaald; meneer Quan 700 miljoen VND; meneer Thach 200 miljoen VND; en mevrouw Minh 800 miljoen VND om de gevolgen te verhelpen. Het Hooggerechtshof heeft vastgesteld dat deze personen eerlijk hebben bekend en actief hebben meegewerkt aan de oplossing van de zaak.
Het Hooggerechtshof oordeelde dat dit een bijzonder ernstige zaak was die de publieke en maatschappelijke aandacht trok. Sommige verdachten waren gevlucht, wat problemen opleverde bij de oplossing van de zaak, en moesten strikt volgens de regels worden aangepakt.
Volgens het Openbaar Ministerie zijn de verdachten Nguyen Thi Thanh Nhan, Tran Manh Ha, Tran Dang Tan en Do Van Truong (medewerkers van de AIC) gevlucht, waardoor het lastig is de zaak op te lossen. Het onderzoeksbureau heeft een opsporingsbericht uitgevaardigd, maar heeft nog geen resultaat opgeleverd.
Het onderzoeksbureau heeft brieven gestuurd waarin de bovengenoemde personen worden opgeroepen zich over te geven om te kunnen profiteren van het clementiebeleid van de Partij en de Staat. Tegelijkertijd heeft het alle maatregelen genomen om de uitoefening van het recht op verdediging te waarborgen zoals voorgeschreven. Indien dit niet gebeurt, wordt dit beschouwd als het opgeven van het recht op verdediging en wordt men vervolgd.
Bron: https://vietnamnet.vn/danh-sach-nhan-va-chia-tien-hoi-lo-tu-ba-nguyen-thi-thanh-nhan-2284244.html
Reactie (0)