Vanaf 1 januari 2026 treedt de Arbeidswet 2025 in werking, die bepaalt dat werknemers die een WW-uitkering ontvangen, recht hebben op een WW-uitkering bij beëindiging van hun arbeidsovereenkomst, het beëindigen van hun dienstverband of het beëindigen van hun dienstverband conform de wettelijke bepalingen. Uitzonderingen op de gevallen waarin recht bestaat op een WW-uitkering zijn werknemers die in strijd met de wet eenzijdig hun arbeidsovereenkomst beëindigen of werknemers die hun baan opzeggen terwijl ze recht hebben op pensioen.

Dit is een verschil met de Arbeidswet van 2013 (die nog steeds van kracht is). De huidige Arbeidswet bepaalt dat gepensioneerden en ontvangers van een maandelijkse arbeidsongeschiktheidsuitkering geen recht hebben op een werkloosheidsuitkering. Dat wil zeggen dat werknemers die recht hebben op pensioen, maar de procedures voor het ontvangen van een pensioenuitkering nog niet hebben afgerond, nog steeds recht hebben op een werkloosheidsuitkering, maar vanaf 1 januari 2026 niet meer.
Een ander bedrag waar werknemers geen recht op hebben wanneer ze recht hebben op pensioen, is de ontslagvergoeding. Concreet geldt volgens clausule 1, artikel 46 van de Arbeidswet 2019 dat werknemers die 12 maanden of langer in vaste dienst zijn geweest bij beëindiging van een arbeidsovereenkomst in de voorgeschreven gevallen een ontslagvergoeding ontvangen.
De betaling van de ontslagvergoeding zoals hierboven voorgeschreven is echter ook uitgesloten in twee gevallen, namelijk werknemers die recht hebben op pensioen volgens de bepalingen van de Wet op de sociale verzekeringen en werknemers waarvan de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd omdat zij vrijwillig en zonder geldige reden hun baan opzeggen gedurende 5 opeenvolgende werkdagen of meer.
Naast de ontslagvergoeding die werknemers volgens de huidige regelgeving niet ontvangen, krijgen werknemers die recht hebben op pensioen vanaf 1 januari 2026 een extra bedrag niet meer, namelijk de werkloosheidsuitkering.
Voorwaarden voor het ontvangen van pensioen volgens de bepalingen van de Sociale Verzekeringswet 2024
Werknemers die bij pensionering ten minste 15 jaar verplicht sociale verzekeringen hebben betaald, hebben recht op pensioen als zij in een van de volgende gevallen vallen:
- De pensioengerechtigde leeftijd bereiken zoals voorgeschreven in Clausule 2, Artikel 169 van de Arbeidswet;
- Het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd zoals voorgeschreven in Clausule 3, Artikel 169 van de Arbeidswet en een totale periode van verplichte sociale verzekeringsbetaling van 15 jaar of meer hebben terwijl zij werken in een zwaar, giftig, gevaarlijk of bijzonder zwaar, giftig, gevaarlijk beroep of baan op de lijst van zwaar, giftig, gevaarlijk of bijzonder zwaar, giftig, gevaarlijk beroep of baan uitgegeven door de Minister van Arbeid - Invaliden en Sociale Zaken of werken in gebieden met bijzonder moeilijke sociaal-economische omstandigheden, inclusief werktijd op plaatsen met een regionale toeslagcoëfficiënt van 0,7 of meer vóór 1 januari 2021;
- Minimaal 10 jaar jonger zijn dan de leeftijd zoals gespecificeerd in Clausule 2, Artikel 169 van de Arbeidswet en ten minste 15 jaar ervaring hebben in het werken in ondergrondse kolenwinning zoals voorgeschreven door de overheid ;
- Mensen die besmet zijn geraakt met HIV/AIDS als gevolg van een arbeidsongeval tijdens het uitvoeren van hun taken.
Voor werknemers met een verminderde arbeidsgeschiktheid geldt als voorwaarde voor het ontvangen van pensioen dat zij op het moment van pensionering minimaal 20 jaar verplicht sociale verzekeringen hebben betaald en zich in een van de volgende gevallen bevinden:
- De leeftijd is maximaal 5 jaar lager dan de leeftijd vermeld in punt a, clausule 1, artikel 64 van de Wet op de sociale verzekeringen en heeft een verminderd arbeidsvermogen van 61% tot minder dan 81%;
- De leeftijd is maximaal 10 jaar lager dan de leeftijd vermeld in punt a, clausule 1, artikel 64 van de Wet op de sociale verzekeringen en heeft een verminderde arbeidsgeschiktheid van 81% of meer;
- Gedurende 15 jaar of langer gewerkt hebben in een bijzonder zwaar, giftig of gevaarlijk beroep of baan die voorkomt op de lijst van bijzonder zwaar, giftig of gevaarlijk beroep en banen die is uitgegeven door de Minister van Arbeid, Oorlogsinvaliden en Sociale Zaken en een vermindering van de arbeidscapaciteit hebben van 61% of meer.
Bron: https://baolaocai.vn/du-dieu-kien-huong-luong-huu-se-khong-duoc-huong-tro-cap-that-nghiep-post885967.html






Reactie (0)