De Nationale Vergadering heeft onlangs de Wet op de Organisatie van Volksrechtbanken (PC) aangenomen, waarin besloten wordt om de regelgeving voor PC's op provinciaal en districtsniveau te handhaven zoals in de huidige wetgeving.
De voortzetting van de 7e sessie vond plaats op de ochtend van 24 juni. De Nationale Vergadering stemde vóór de wet op de organisatie van volksrechtbanken. Er waren 459 van de 464 afgevaardigden aanwezig die hiermee instemden (gelijk aan 94,25% van het totale aantal afgevaardigden van de Nationale Vergadering).
Bij de presentatie van het verslag over uitleg en acceptatie zei de voorzitter van de juridische commissie, Le Thi Nga, dat met betrekking tot het voorstel om de provinciale volksrechtbank en de districtsvolksrechtbank te hervormen op basis van de jurisdictie (clausule 1, artikel 4), het vaste comité van de Nationale Vergadering vanwege de verschillende meningen opdracht had gegeven tot de ontwikkeling van twee opties en de afgevaardigden van de Nationale Vergadering om hun mening had gevraagd via stemming.
Specifiek optie 1: Handhaving van de bepalingen van de huidige wet op provinciale en districtsvolksrechtbanken.
Optie 2: Het provinciale Volksgerechtshof omvormen tot een Volksgerechtshof in beroepszaken, en het districtsvolksgerechtshof omvormen tot een Volksgerechtshof in eerste aanleg.
Als gevolg hiervan keurde 39,84% van de afgevaardigden van de Nationale Assemblee optie 1 goed; 34,91% steunde optie 2. Dat betekent dat geen enkele optie meer dan de helft van het totale aantal afgevaardigden van de Nationale Assemblee steunde.

Na overleg met afgevaardigden van de Nationale Vergadering stelden het Hooggerechtshof en het Permanente Comité van de Commissie Justitie unaniem voor om de meerderheid van de afgevaardigden die hadden gestemd te accepteren en de regels voor Volksgerechtshoven op provinciaal niveau en Volksgerechtshoven op districtsniveau te handhaven zoals in de huidige wet.
"Om de vereisten van Resolutie nr. 27 te implementeren: 'Kwesties die praktisch toepasbaar zijn, duidelijk zijn, in de praktijk correct zijn gebleken en waarover een hoge mate van consensus bestaat, moeten resoluut worden geïmplementeerd; kwesties die onduidelijk zijn en waarover veel verschillende meningen bestaan, moeten verder worden bestudeerd...', is het Permanent Comité van de Nationale Vergadering van oordeel dat de bepalingen van het wetsontwerp inzake provinciale en districtsvolksrechtbanken passend zijn", aldus mevrouw Le Thi Nga.
Sta toe dat het gehele proces wordt opgenomen, met toestemming van de voorzitter van de rechtbank.
Een ander aspect dat veel reacties opleverde, betrof de deelname- en informatieactiviteiten tijdens rechtszittingen en vergaderingen (artikel 3, artikel 141).
Het Permanent Comité van de Nationale Vergadering benadrukte dat bij het opnemen en filmen de mensenrechten en burgerrechten moeten worden gewaarborgd en dat de plechtigheid van rechtszittingen, vergaderingen en informatieactiviteiten moet worden gewaarborgd, overeenkomstig de wettelijke bepalingen.
Tijdens het proces en de zitting is veel informatie en bewijsmateriaal gepubliceerd, maar niet geverifieerd. Het gaat hierbij met name om informatie over de persoonlijke levenssfeer, familiegeheimen, bedrijfsgeheimen, etc. Deze informatie en dit bewijsmateriaal moeten door de Raad voor de Rechtspraak worden meegenomen en in het vonnis en de beslissing worden opgenomen.

Daarom is het wetsontwerp herzien: het is nu toegestaan om het gehele verloop van het proces en de zitting vast te leggen. Er mag alleen worden opgenomen tijdens de opening van het proces, de zitting en de bekendmaking van het vonnis en de beslissing.
Voor bovenstaande opnames en filmopnames is toestemming nodig van de voorzitter van de rechtbank, de vergadering en relevante personen zoals voorgeschreven (artikel 3).
Tegelijkertijd zal de rechtbank, indien dit nodig is om professionele taken uit te voeren, audio- en video-opnamen maken van het verloop van het proces of de vergadering. Het gebruik en de verstrekking van de resultaten van de audio- en video-opnamen door de rechtbank zullen worden uitgevoerd in overeenstemming met de wettelijke bepalingen en de opperrechter van het Hooggerechtshof zal dit gedetailleerd vastleggen (artikel 4).
Bron
Reactie (0)