Als reactie op zorgen over de regelgeving omtrent de "tijdelijke opschorting van uittreding" van een aantal bedrijven en belastingbetalers, heeft de Algemene Belastingdienst zojuist informatie vrijgegeven om deze kwestie te verduidelijken.
De belastingsector erkende dat er veel meningen waren van bedrijven en belastingbetalers dat er tekortkomingen waren bij de uitvoering van de tijdelijke uittredingsmaatregel. In het algemeen:
Ten eerste bestaan er tegenstrijdige meningen over het tijdelijk opschorten van de uittredingsregeling voor wettelijke vertegenwoordigers. Wettelijke vertegenwoordigers zijn soms slechts werknemers en geen eigenaren of aandeelhouders van de onderneming.
De Algemene Belastingdienst is echter van mening dat volgens de bepalingen van de huidige Ondernemingswet de wettelijke vertegenwoordiger van een onderneming een persoon is die de onderneming vertegenwoordigt bij het uitoefenen van de rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de transacties van de onderneming, en die de onderneming vertegenwoordigt bij het uitoefenen van de voorgeschreven rechten en verplichtingen.
De vraag wie er nu eigenlijk verantwoordelijk is voor de schuld, namelijk de wettelijke vertegenwoordiger, de eigenaar of de aandeelhouder, is een kwestie die overwogen en onderzocht moet worden.
Ten tweede zijn er volgens de huidige regelgeving geen specifieke regels over de hoogte van de belastingschuld (drempel) die onderhevig is aan tijdelijke uittredingsopschorting tijdens het proces van de implementatie van de tijdelijke uittredingsopschorting.
Onder verwijzing naar de bepalingen van decreet 126, die het hoofd van de belastingdienst de bevoegdheid geeft om te beslissen over de toepassing van tijdelijke opschortingsmaatregelen voor elk specifiek geval van belastingschuld, belooft de Algemene Belastingdienst ook om onderzoek te doen en zich te richten op onderzoek en verslag uit te brengen aan de bevoegde autoriteiten over de geschikte belastingschulddrempel voor elke belastingschuldenaar bij het toepassen van tijdelijke opschortingsmaatregelen voor belastingschulden.
Ten derde zijn ondernemingen en belastingplichtigen van mening dat de regelgeving inzake tijdelijk uitstel van uittreding niet gunstig is voor ondernemingen en belastingplichtigen die tijdelijk in financiële moeilijkheden verkeren. Veel ondernemingen en belastingplichtigen maken zich hier zorgen over en hopen dat de Staat overweegt deze aan te passen en aan te vullen, zodat deze aansluit bij de realiteit.
In reactie op dit advies heeft de Algemene Belastingdienst geantwoord dat zij de regelgeving inzake onderwerpen waarvoor een tijdelijke uittredingsopschorting geldt en de daarmee samenhangende regelgeving zal herzien om eerlijkheid en ondersteuning te garanderen voor belastingbetalers die moeite hebben met het voortzetten van de productie en bedrijfsactiviteiten.
Van eind 2023 tot september 2024 heeft de belastingdienst 1,844 miljard VND geïnd van 2,873 belastingbetalers die tijdelijk zijn uitgesloten van het land. Dit is exclusief de belastingschuld die de belastingdienst heeft geïnd van belastingbetalers die actief betaalden toen ze niet tijdelijk waren uitgesloten van het land.
Om het beheer van belastingschulden te verbeteren, heeft de Algemene Belastingdienst op 23 september een officieel bericht uitgegeven waarin de belastingdiensten van provincies en centraal bestuurde steden worden opgedragen zich te richten op de implementatie van 11 groepen oplossingen voor het innen van belastingschulden. Tegelijkertijd moeten gegevens over tijdelijke uitstel van belastingontduiking in het systeem worden bijgewerkt, zodat belastingbetalers deze kunnen raadplegen op de website van de sector en in de applicaties eTax en eTax Mobile.
Wettelijke basis voor de uitvoering van de tijdelijke opschorting van de uittreding De Belastingdienst neemt maatregelen om de uittreding tijdelijk op te schorten in overeenstemming met de wettelijke bepalingen in 4 wetsdocumenten. Het gaat hierbij om: 1. Artikel 36 van de Wet inzake in- en uitreis van Vietnamese burgers nr. 49/2019/QH14 van 22 november 2019; 2. Artikel 28 van de Wet inzake inreis, uitreis, doorreis en verblijf van buitenlanders in Vietnam nr. 47/2014/QH13 van 16 juni 2014; 3. Artikel 12, artikel 3; artikel 66; artikel 7, artikel 124 van de Wet op de belastingadministratie nr. 38/2019/QH14 van 13 juni 2019; 4. Clausule 2, Clausule 3, Artikel 21 van Besluit nr. 126/2020/ND-CP van 19 oktober 2020 van de Regering houdende richtlijnen voor de Wet op de Belastingadministratie. Gevallen van tijdelijke opschorting van vertrek zijn onder meer: Natuurlijke personen, natuurlijke personen die wettelijke vertegenwoordigers zijn van belastingbetalers, die ondernemingen zijn die gedwongen worden administratieve beslissingen uit te voeren inzake belastingbeheer en die niet aan hun belastingbetalingsverplichtingen hebben voldaan; Vietnamezen die het land verlaten om zich in het buitenland te vestigen, Vietnamezen die zich in het buitenland vestigen, buitenlanders die niet aan hun belastingbetalingsverplichtingen hebben voldaan vóór hun vertrek uit Vietnam. |
Zorg ervoor dat zakenlui niet op het vliegveld aankomen en er dan pas achter komen dat hun vlucht vertraagd is.
"Als er volledige waarschuwing was, zouden weinig mensen hun reputatie opgeven om de betaling van een paar miljoen dong aan belastingen uit te stellen", aldus de expert.
Leiders van de Algemene Belastingdienst: Stel het vertrek van belastingschuldige zakenlieden niet rigoureus uit
Volgens de Algemene Belastingdienst is tijdelijke opschorting van uittreding niet de meest 'strenge' maatregel bij de inning van belastingschulden. De Belastingdienst baseert zich bij de uitvoering ook op de feitelijke situatie en past deze niet rigide en breed toe.
Zakenman mag land niet verlaten vanwege schulden van miljoenen of miljarden: 'Ik maak geen grapjes over mijn carrière'
"Onder normale gezondheidsomstandigheden wil niemand belasting betalen tot het punt dat hij tijdelijk het land niet meer mag verlaten. Het innen van facturen is al een marteling voor bedrijven", aldus een vertegenwoordiger van het bedrijfsleven.
Reactie (0)