Wanneer het minimumloon stijgt, ontvangen werknemers naast de maandelijkse salarisverhoging ook een aantal andere voordelen.
Het Ministerie van Arbeid, Oorlogsinvaliden en Sociale Zaken stelt voor om een decreet op te stellen waarin het regionale minimumloon wordt geregeld, met een verhoging van 6%, die vanaf 1 juli van kracht wordt.
Overeenkomstig zijn de specifieke aanpassingsniveaus als volgt: Regio I is 4.960.000 VND/maand, Regio II is 4.410.000 VND/maand, Regio III is 3.860.000 VND/maand, Regio IV is 3.450.000 VND/maand.

Volgens de huidige wettelijke voorschriften ontvangen werknemers, wanneer het minimumloon stijgt, naast de maandelijkse salarisverhoging, ook hogere voordelen, zoals: een hogere ontslagvergoeding; een hoger minimumloon bij baanwisseling; een hogere sociale verzekeringspremie; een hogere werkloosheidsverzekeringsbijdrage; een hogere maximale werkloosheidsuitkering.
Artikel 90 van de Arbeidswet van 2019 bepaalt specifiek dat loon het bedrag is dat werkgevers aan werknemers betalen op basis van de arbeidsovereenkomst, inclusief loon dat is gekoppeld aan het werk of de functie, salaristoeslagen en andere toeslagen. Het loon dat is gekoppeld aan het werk of de functie mag niet lager zijn dan het minimumloon. Na een verhoging van 6% zal het minimumloon stijgen van VND 200.000 tot VND 280.000 ten opzichte van het huidige minimumloon.
Tegelijkertijd ontvangen werknemers een verhoging van hun ontslagvergoeding conform artikel 99 van de Arbeidswet van 2019. Indien de werknemer door toedoen van de werkgever moet stoppen met werken, ontvangt hij/zij het volledige salaris volgens de arbeidsovereenkomst, waarbij de ontslagvergoeding niet lager mag zijn dan het regionale minimumloon.
Wanneer een werknemer overstapt naar een andere functie dan vermeld in de arbeidsovereenkomst, wordt hij/zij betaald volgens de nieuwe functie. Indien het salaris van de nieuwe functie lager is dan het salaris van de oude functie, blijft het salaris van de oude functie gedurende 30 werkdagen gelijk. Het salaris van de nieuwe functie moet minimaal 85% van het salaris van de oude functie bedragen, maar niet lager dan het minimumloon.
Wanneer het regionale minimumloon stijgt, worden ook de socialezekerheidsbijdragen van werknemers verhoogd. Volgens de huidige wettelijke voorschriften mag het maandsalaris voor verplichte socialezekerheidsbijdragen namelijk niet lager zijn dan het regionale minimumloon op het moment van betaling voor werknemers die de eenvoudigste baan of functie uitoefenen onder normale arbeidsomstandigheden. Daarnaast worden de werkloosheidsbijdragen van werknemers verhoogd en wordt hun maximale werkloosheidsuitkering verhoogd.
Volgens de Arbeidswet van 2013 bedraagt de maandelijkse werkloosheidsuitkering 60% van het gemiddelde maandsalaris voor werkloosheidsverzekeringsbijdragen van de 6 opeenvolgende maanden vóór de werkloosheid, maar niet meer dan 5 keer het basissalaris voor werknemers die onderworpen zijn aan het door de staat voorgeschreven salarisregime, of niet meer dan 5 keer het regionale minimumloon zoals voorgeschreven door de Arbeidswet voor werknemers die werkloosheidsverzekering betalen volgens het salarisregime dat door de werkgever is vastgesteld op het moment van beëindiging van het arbeidscontract of de arbeidsovereenkomst.
Bron
Reactie (0)