
Het Ministerie van Onderwijs en Training heeft circulaire nr. 02/2025/TT-BGDĐT uitgevaardigd waarin het kader voor digitale competenties voor leerlingen is vastgelegd, met ingang van 11 maart 2025.
Het Ministerie van Onderwijs en Training heeft verklaard dat het doel van het Kader voor Digitale Competenties is om te dienen als basis voor het ontwikkelen van opleidingsprogramma-standaarden; het opzetten en ontwikkelen van onderwijsprogramma's; het creëren van leermaterialen en handleidingen om digitale competenties bij leerlingen te ontwikkelen. Het dient ook als basis voor het evalueren van de vereisten en prestaties op het gebied van digitale competenties van leerlingen in onderwijsprogramma's; en voor het ontwikkelen van criteria voor het testen, evalueren en erkennen van de digitale competenties van leerlingen.
Tegelijkertijd zorgt het voor consistentie in de eisen aan digitale competenties voor leerlingen; het dient als basis voor vergelijking of referentie tussen onderwijsprogramma's en raamwerken voor digitale competenties.
Een digitaal competentiekader voor leerlingen is een systeem dat de vaardigheden en kennis beschrijft die leerlingen nodig hebben om digitale technologie effectief te gebruiken in hun studie, werk en leven. Dit kader helpt bij het vaststellen van het niveau van digitale vaardigheid en stimuleert de ontwikkeling van relevante vaardigheden in een gedigitaliseerde context.
Deze circulaire is van toepassing op onderwijsinstellingen, onderwijs- en opleidingsprogramma's (gezamenlijk aangeduid als onderwijsprogramma's) en leerlingen binnen het nationale onderwijssysteem, alsmede op aanverwante organisaties en personen.
Structuur van het raamwerk voor digitale competenties voor leerlingen
Het raamwerk voor digitale competenties voor leerlingen omvat 6 competentiedomeinen met 24 componentcompetenties, verdeeld over 4 niveaus van basis tot geavanceerd, in 8 fasen.
De competentiedomeinen kunnen in grote lijnen als volgt worden samengevat:
(1) Data- en informatiemining: Focus op het vermogen om data, informatie en digitale content te zoeken, filteren, evalueren en beheren; inclusief vaardigheden in het identificeren van betrouwbare informatiebronnen, het effectief organiseren van data en het gebruiken ervan ter ondersteuning van besluitvorming of probleemoplossing in een digitale omgeving.
(II) Communicatie en samenwerking in de digitale omgeving: Benadrukt het vermogen om digitale technologie te gebruiken voor interactie, het delen van informatie, het werken in teams en het deelnemen aan online gemeenschappen; inclusief vaardigheden zoals effectieve communicatie via digitale kanalen, respect voor culturele diversiteit, het beheren van digitale identiteit en het bevorderen van samenwerking in de digitale omgeving.
(III) Digitale contentcreatie: Richt zich op het vermogen om digitale content te creëren, te bewerken en te delen; inclusief vaardigheden zoals het ontwikkelen van nieuwe content, het toepassen van auteursrechten en licenties, basisprogrammering en het integreren van kennis uit meerdere bronnen om relevante en innovatieve digitale producten te creëren.
(IV) Veiligheid: Focus op de bescherming van gegevens, apparaten, gezondheid en de digitale omgeving; inclusief vaardigheden zoals de beveiliging van persoonsgegevens, risicobeheer op het gebied van cyberbeveiliging, veilig gebruik van digitale technologieën, het waarborgen van de mentale en fysieke gezondheid bij interactie in de digitale omgeving en het bevorderen van verantwoorde bescherming van de digitale omgeving.
(V) Probleemoplossing: Focus op kritisch en creatief denken om problemen in de digitale omgeving te identificeren, analyseren en oplossen; inclusief vaardigheden zoals het oplossen van technische problemen, het leren van nieuwe technologieën, het aanpassen van digitale behoeften om doelen te bereiken en het gebruiken van technologie om te innoveren of praktische uitdagingen op te lossen.
(VI) Toepassingen van kunstmatige intelligentie: Focus op het ethisch en verantwoord begrijpen, gebruiken en evalueren van tools en systemen voor kunstmatige intelligentie (AI); inclusief vaardigheden zoals het herkennen van de werking van AI, het toepassen van AI op praktische taken, het beoordelen van de ethische en maatschappelijke impact van AI en het waarborgen van een transparant, eerlijk en verantwoord gebruik van AI.
In de circulaire staat dat de overheidsinstanties die zich met onderwijs bezighouden, plannen moeten ontwikkelen en het Kader voor Digitale Competenties moeten implementeren in overeenstemming met hun toegewezen functies en taken.
Onderwijsinstellingen genieten professionele en academische autonomie bij het ontwikkelen en formuleren van onderwijsprogramma's. Dienovereenkomstig verrichten zij, op basis van de bepalingen van het Kader voor Digitale Competenties, onderzoek naar, vullen zij aan en actualiseren zij de eisen voor digitale competenties van leerlingen in hun curricula, leermaterialen en handleidingen, en zorgen zij voor de noodzakelijke voorwaarden voor de implementatie van het Kader voor Digitale Competenties in overeenstemming met de richtlijnen en aanwijzingen van hogere bestuursorganen en de geldende wettelijke voorschriften.
Deze circulaire treedt in werking op 11 maart 2025.
Bron: VGP
Bron: https://phunuvietnam.vn/bo-giao-duc-va-dao-tao-ban-hanh-khung-nang-luc-so-cho-nguoi-hoc-2025020611165862.htm






Reactie (0)