De wet op de belasting over de toegevoegde waarde (btw) werd op 26 november 2024 door de Nationale Vergadering aangenomen en treedt in werking op 1 juli 2025. Naar aanleiding van feedback en aanbevelingen van het ministerie van Landbouw en Milieu , verenigingen en ondernemingen, heeft de minister van Financiën, daartoe gemachtigd door de premier, een rapport ondertekend aan de Nationale Vergadering en het Permanente Comité van de Nationale Vergadering om te overwegen een aantal artikelen van de wet te wijzigen en aan te vullen.
Bedrijven reflecteren op moeilijkheden en tekortkomingen
Volgens feedback van brancheorganisaties, bedrijven en het Ministerie van Landbouw en Milieu creëren de huidige regelgeving financiële druk op bedrijven, met name in de handel in landbouwproducten.
Bedrijven moeten specifiek 5% btw vooraf betalen over landbouwproducten die commercieel worden aangekocht en verkocht. De btw die wordt geïnd en vervolgens wordt terugbetaald voor producten waarvan de productie voornamelijk voor de export is (meerval, peper, koffie, enz.), leidt tot tijdverspilling en kapitaalstagnatie voor bedrijven. Kredietinstellingen betalen deze belasting echter niet uit bij het verstrekken van werkkapitaal, wat leidt tot financiële druk en een verminderde bedrijfsefficiëntie.
Geschatte cijfers laten de impact van deze regelgeving in de laatste 6 maanden van 2025 zien: voor de Vietnam Coffee-Cocoa Association ongeveer 5.000 miljard VND; voor de Pepper and Spice Association ongeveer 2.162 miljard VND en voor de Food Association ongeveer 2.016 miljard VND.

Bovendien hebben de huidige regels geleid tot discriminatie tussen binnenlands geproduceerde landbouw- en waterproducten en geïmporteerde landbouw- en waterproducten, omdat geïmporteerde landbouw- en waterproducten niet onderworpen zijn aan BTW bij import in Vietnam.
Omdat diervoeder niet aan btw is onderworpen, kan er geen btw op worden afgetrokken of terugbetaald. Dit leidt tot hogere kosten en verkoopprijzen voor diervoederproducenten, wat gevolgen heeft voor veehouders. Dit is niet bevorderlijk voor de eerlijkheid en kan de concurrentiepositie ten opzichte van geïmporteerde producten (die eveneens niet aan btw zijn onderworpen) verminderen.
Bovendien heeft de regeling dat kopers alleen recht hebben op belastingteruggave als verkopers belasting hebben aangegeven en betaald, ertoe geleid dat veel exportbedrijven moeten wachten op verificatie van de belastingverplichtingen van de verkoper. Dit brengt moeilijkheden en risico's voor bedrijven met zich mee.
Voorgestelde wijzigingen op 3 punten
Naar aanleiding van feedback van bedrijven en in de context van de aanhoudende complexe ontwikkelingen van stormen en overstromingen, die de sociaal-economische situatie ernstig treffen, met name in de landbouw en veeteelt, heeft het Ministerie van Financiën dit als een urgent probleem beoordeeld dat snel moet worden gewijzigd en aangevuld in de Wet op de omzetbelasting.
Met dit wetsvoorstel wordt de regeling hersteld dat er geen BTW hoeft te worden aangegeven en betaald, maar dat voorbelasting wel aftrekbaar is voor producten van gewassen, bossen, veeteelt, aquacultuur en visserij die niet zijn verwerkt tot andere producten of die alleen een normale voorverwerking hebben ondergaan en die in de commerciële fase worden gekocht en verkocht.
Hierdoor hoeven bedrijven geen 5% invoer-btw te betalen over landbouwproducten die in de commerciële fase worden gekocht en verkocht. Dit voorkomt dat er btw wordt geheven en terugbetaald over goederen waarvan het grootste deel van de productie bestemd is voor de export. Hierdoor wordt de financiële druk verlaagd en de bedrijfsefficiëntie verhoogd.
Het ontwerp wijzigt ook de regelgeving inzake het BTW-beleid dat van toepassing is op onverwerkte gewassen, bossen, vee, aquacultuur en gevangen aquatische producten... die worden gebruikt als diervoeder, zodat deze in overeenstemming is met de regelgeving inzake diervoeder.
Het Ministerie van Financiën is van mening dat met de bovenstaande wijziging de productie en handel in diervoeders geen 5% BTW meer hoeft te betalen. Hierdoor dalen de productiekosten en neemt de concurrentiepositie ten opzichte van geïmporteerde goederen toe.
Het wetsvoorstel schrapt ook de bepaling dat de koper alleen recht heeft op btw-teruggave wanneer de verkoper de belasting heeft aangegeven en betaald. Dit verkort de teruggavetermijn; de exporterende onderneming heeft recht op btw-teruggave volgens de regelgeving zonder te hoeven wachten op verificatie van de aangifte en betaling van de belasting door de verkoper.

Bron: https://vietnamnet.vn/hang-nghin-ty-dong-bi-dong-vi-thue-gtgt-bo-tai-chinh-trinh-sua-luat-3-van-de-2467302.html






Reactie (0)