Niet veel bouwland
Op 24 oktober 2024 ondertekende en publiceerde de Minister van Natuurlijke Hulpbronnen en Milieu (MONRE) Besluit nr. 3411/QD-BTNMT, waarmee de resultaten van de landoppervlaktestatistieken van het hele land in 2023 werden goedgekeurd en bekendgemaakt.
Volgens dit besluit bedraagt de totale oppervlakte aan landbouwgrond (ook wel cultuurgrond genoemd) per 31 december 2023 27.976.827 hectare (inclusief landbouwgrond, bosbouwgrond, aquacultuurgrond en overige landbouwgrond).
Ten opzichte van 2019 is het landbouwareaal van het land dus met ongeveer 9.163 hectare afgenomen. Vijf jaar geleden, volgens de inventarisatiegegevens van het landoppervlak uit 2019, gepubliceerd in Besluit nr. 1435/QD-BTNMT van het Ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen en Milieu, telde het land 27.986.390 hectare landbouwgrond.
De Northern Midlands and Mountains is de regio met het op één na grootste landbouwoppervlak in het land (na de Noord-Centrale en Centrale Kust), met 8.061.999 hectare. Hiervan is slechts 2.275.463 hectare landbouwgrond, de rest is bosbouwgrond.
In etnische minderheids- en berggebieden bedraagt het totale landoppervlak, volgens de resultaten van de derde enquête en verzameling van informatie over de sociaal-economische status van 53 etnische minderheden in 2019, 7.389.000 hectare. Deze oppervlakte is voornamelijk geconcentreerd in landelijke gebieden, met een oppervlakte van 6.855.200 hectare.
Hoewel het een gebied is met een groot natuurgebied (driekwart van het totale natuurgebied van het land), bedraagt het landbouwareaal in bergachtige gebieden en gebieden met etnische minderheden slechts ongeveer een kwart van het totale landbouwareaal van het land.
Na 5 jaar (2019-2024) zal het landbouwareaal in etnische minderheidsgebieden en berggebieden zeker afnemen. De reden hiervoor is dat het areaal van etnische minderheidsgebieden is afgenomen. In 2019 telde de hele regio volgens Besluit nr. 582/QD-TTg 5.256 gemeenten, waarvan 1.935 gemeenten in gebied III, 2.018 gemeenten in gebied II en 1.313 gemeenten in gebied I.
In de periode 2021-2025 zijn er volgens Besluit nr. 861/QD-TTg 3.434 gemeenten in etnische minderheden- en berggebieden, waarvan 1.673 gemeenten in gebied I, 210 gemeenten in gebied II en 1.551 gemeenten in gebied III.
Daarnaast zijn er van 2021 tot heden, in het kader van de uitvoering van het Nationale Doelprogramma voor Sociaaleconomische Ontwikkeling in Etnische Minderheden- en Berggebieden voor de Periode 2021-2030 (Nationaal Doelprogramma 1719), veel landbouwgronden ingericht voor de bouw van werken ten behoeve van de productie en het dagelijks leven.
Dit leidt tot de aanhoudende achteruitgang van etnische minderheden en berggebieden, die weinig landbouwgrond hebben. Het landbouwareaal in dit gebied werd verzameld in het vierde sociaaleconomische onderzoek onder 53 etnische minderheden in 2024, dat naar verwachting in juli 2025 wordt bekendgemaakt.
De verzameling van informatie over het landbouwareaal van gemeenten/wijken/steden vanaf 1 juli 2024 werd uitgevoerd in 51 provincies met gemeenten in etnische minderheids- en berggebieden overeenkomstig Besluit nr. 861/QD-TTg en 3 provincies en steden met gemeenten/wijken/steden waar veel mensen uit etnische minderheden wonen, waaronder: Ho Chi Minhstad, Long An en Ha Tinh.
Zorg ervoor dat de bepalingen van de wet worden gehandhaafd
Om Resolutie 18-NQ/TW van 16 juni 2022 van het 13e Centraal Comité van de Partij te institutionaliseren, waarin wordt opgeroepen tot voortdurende innovatie en vervolmaking van instellingen en beleid, verbetering van de effectiviteit en efficiëntie van landbeheer en -gebruik en het creëren van momentum om ons land te transformeren tot een ontwikkeld land met een hoog inkomen, bevat de gewijzigde Landwet van 2024 specifieke bepalingen over landbeleid voor etnische minderheden.
Met name artikel 16 van de Grondwet (gewijzigd) bepaalt duidelijk de verantwoordelijkheid van de staat voor grond voor etnische minderheden. De wet bepaalt specifiek beleid om het gemeenschapsleven te waarborgen; grondtoewijzing en grondpacht voor etnische minderheden die geen woon- of productiegrond hebben.
In het bijzonder bepaalt de gewijzigde Landwet van 2024 beleid om voorwaarden te scheppen voor etnische minderheden die direct betrokken zijn bij de landbouwproductie op het platteland, om land voor landbouwproductie te verkrijgen. Provinciale volkscomités ontwikkelen en leggen dit voor aan de volksraden op hetzelfde niveau ter afkondiging van lokaal landondersteuningsbeleid voor etnische minderheden, in overeenstemming met de lokale omstandigheden, en organiseren de implementatie ervan.
Naast het verzamelen van informatie over het landbouwareaal, verzamelde het sociaaleconomische onderzoek onder 53 etnische minderheden in 2024 ook gegevens over het geïrrigeerde landbouwareaal. Deze gegevens zijn noodzakelijk om in de komende periode investeringen in infrastructuur voor productie in het kader van het Nationaal Doelprogramma 1719 te realiseren.
Ter uitvoering van de bepalingen van de wet hebben veel gemeenten resoluties van de Provinciale Volksraad uitgevaardigd over grondbeleid voor etnische minderheden, zoals: Resolutie nr. 19/2024/NQ-HDND van 13 november 2024 van de Provinciale Volksraad van Binh Thuan; Resolutie nr. 21/2024/NQ-HDND van 9 november 2024 van de Provinciale Volksraad van Lao Cai; Resolutie nr. 87/2024/NQ-HDND van 14 oktober 2024 van de Provinciale Volksraad van Cao Bang;...
De grondbeleidslijnen voor etnische minderheden die zojuist door de gemeenten zijn uitgevaardigd, zijn allemaal gebaseerd op de feitelijke omstandigheden van de betreffende gemeente, maar volgen in principe de bepalingen van de (gewijzigde) Grondwet van 2024 inzake het waarborgen van grondbeleid voor etnische minderheden, met name inzake het waarborgen van bebouwde grond.
Hoewel veel gemeenten resoluties hebben uitgevaardigd om de bepalingen van de gewijzigde Grondwet van 2024 over grondbeleid voor etnische minderheden in de praktijk te brengen, hangt de manier waarop deze in de praktijk worden uitgevoerd af van de uitvoeringsplannen van de lokale autoriteiten.
Met name het beleid om landbouwgrond voor etnische minderheden veilig te stellen is geen eenvoudige zaak. Cao Bang is bijvoorbeeld een bergachtige grensprovincie, het terrein bestaat voornamelijk uit heuvels en er is weinig landbouwgrond.
Cao Bang heeft daarom lange tijd moeite gehad met het implementeren van beleid ter ondersteuning van huishoudens van etnische minderheden die geen (of geen) land voor productie hebben. Zelfs met het Nationaal Doelprogramma 1719, dat het beleid van directe ondersteuning voor productiegrond onder Project 1 implementeert, is het grootste deel van de provincie gedwongen over te schakelen op ondersteuning van werkgelegenheidsconversie.
Om Resolutie nr. 87/2024/NQ-HDND van 14 oktober 2024 van de Provinciale Volksraad te implementeren, moeten het Provinciaal Volkscomité en de gemeenten in het gebied het grondfonds, met name het fonds voor cultuurgrond, herzien om dit op de juiste manier in evenwicht te brengen. Tijdens het implementatieproces moeten de provincie Cao Bang en andere gemeenten gebruikmaken van gegevens uit de enquête en informatie verzamelen over de sociaaleconomische situatie van 53 etnische minderheden in 2024, met name nadat de gegevens zijn verzameld door het Algemeen Bureau voor de Statistiek, geanalyseerd door het Etnische Comité en gerelateerde eenheden en organisaties, en naar verwachting in juli 2025 worden bekendgemaakt.
De sociaal-economische situatie in kaart brengen volgens de gemeente-enquête: een terugblik op de beroepsopleiding (deel 6)






Reactie (0)