
Viceminister van Openbare Veiligheid Nguyen Van Long presenteert het rapport - Foto: GIA HAN
Op 23 september in de middag gaf het Permanent Comité van de Nationale Vergadering advies over het wetsontwerp tot wijziging en aanvulling van een aantal artikelen van tien wetten met betrekking tot veiligheid en orde.
De 10 wetten omvatten de Wet op beveiligingsagenten; de Wet op inreis, vertrek, doorreis en verblijf van buitenlanders in Vietnam; de Wet op inreis en vertrek van Vietnamese staatsburgers; de Wet op verblijf; de Wet op identificatie; de Wet op strijdkrachten die deelnemen aan de handhaving van veiligheid en orde op lokaal niveau; de Wet op verkeersorde en -veiligheid; de Wet op wegen; de Wet op beheer en gebruik van wapens, explosieven en ondersteunende apparatuur; en de Wet op brandpreventie, brandbestrijding en reddingsacties.
Voorstel om mensen toe te staan online identiteitskaarten uit te geven en uit te wisselen
Met name in de Identificatiewet stelde de opsteller van de wet voor om meer gevallen van intrekking van de identiteitskaart toe te voegen.
In aanvulling op de regeling dat de persoon aan wie een elektronische identiteitskaart is toegekend, op verzoek van een bevoegde instantie, organisatie of persoon de elektronische identiteitskaart moet voorleggen, mag deze instantie, organisatie of persoon van de persoon aan wie een elektronische identiteitskaart is toegekend, niet verlangen dat hij documenten voorlegt of informatie verstrekt die in de elektronische identiteitskaart zijn opgenomen.
Wat deze inhoud betreft, is de opsteller van de richtlijn van mening dat de huidige wet inzake de geldigheid van elektronische identificatie niet de inhoud van het geval bepaalt waarin de persoon aan wie de kaart is verstrekt, de identiteitskaart moet tonen op verzoek van een bevoegde instantie, organisatie of persoon. Instanties, organisaties of personen mogen de persoon aan wie de kaart is verstrekt daarom niet verzoeken om documenten te tonen of informatie te verstrekken die is afgedrukt of in de identiteitskaart is opgenomen.
Daarnaast is het raadzaam dat, indien de gegevens zijn gewijzigd ten opzichte van de gegevens op de identiteitskaart, de kaarthouder rechtsgeldige documenten en documenten overlegt waaruit blijkt dat de gegevens zijn gewijzigd.
Dit leidt ertoe dat veel instanties, organisaties en individuen nog steeds van burgers eisen dat zij documenten overleggen of informatie verstrekken die in de elektronische ID is opgenomen.
Daarom is het noodzakelijk om een regeling toe te voegen waarbij het niet nodig is om documenten te tonen of informatie te verstrekken die in de elektronische identiteitskaart is opgenomen.
De opsteller van de richtlijn benadrukte dat als deze bepaling niet snel wordt aangevuld, de waarde van de integratie van informatie in elektronische identificatie verloren gaat. Hierdoor zullen mensen de voordelen van het gebruik van elektronische identificatie niet inzien.
Het wetsvoorstel voegt ook bepalingen toe die in gevallen waarin de informatie op de identiteitskaart verandert als gevolg van een reorganisatie van een administratieve eenheid, of als de identiteitskaart verloren of beschadigd raakt en niet kan worden gebruikt, de procedure voor het uitgeven of opnieuw uitgeven van de identiteitskaart online kan worden uitgevoerd op het portaal van de openbare dienst, de nationale identificatie-applicatie of rechtstreeks op de plaats waar de procedure voor het uitgeven van de identiteitskaart wordt uitgevoerd.

Ontmoetingsscène - Foto: GIA HAN
Voorstel voor de installatie van bestuurderscontroleapparatuur voor transportbedrijven met minder dan 8 zitplaatsen
Met betrekking tot de Wet op de openbare orde en veiligheid op de weg stelde de opsteller van de wet voor om regels toe te voegen met betrekking tot de installatie van ritbewakingsapparatuur en apparatuur voor het vastleggen van beelden van bestuurders in interne transportvoertuigen.
Bedrijfsvoertuigen met minder dan 8 zitplaatsen (exclusief de bestuurdersstoel) moeten daarom zijn uitgerust met een apparaat dat het beeld van de bestuurder opneemt. Bedrijfsvoertuigen met 8 of meer zitplaatsen (exclusief de bestuurdersstoel) moeten zijn uitgerust met een apparaat dat het beeld van het passagierscompartiment opneemt.
Uit informatie van de opstellers van de wet blijkt dat na zeven maanden van invoering van de Wet op de goede orde en veiligheid op de weg het beheer van bedrijfsvoertuigen door middel van ritbewakingsapparatuur en apparatuur voor het registreren van bestuurdersbeelden nog steeds zeer beperkt is en niet aan de praktische eisen voldoet.
Specifiek zijn commerciële transportvoertuigen met minder dan 8 zitplaatsen niet verplicht om apparatuur te installeren die het gezicht van de chauffeur vastlegt. Hierdoor kunnen chauffeurs die de wet overtreden, niet worden beheerd of gecontroleerd.
Bijvoorbeeld het niet dragen van een veiligheidsgordel, het loslaten van beide handen van het stuur, het besturen van het stuur met de voeten, het telefoneren met de handen tijdens het rijden, te hard rijden...
Het is niet mogelijk om bestuurders te waarschuwen wanneer zij tekenen van afwijkend rijgedrag of mogelijk onveilig rijgedrag vertonen, zoals in slaap vallen of zich niet concentreren, wat mogelijk verkeersongevallen kan veroorzaken.
De opsteller van de regeling voegde daaraan toe dat de regeling dat interne transportvoertuigen apparatuur voor ritbewaking en beeldregistratie van de bestuurder moeten installeren, betekent dat deze persoon formeel personen en goederen van de eenheid of het bedrijf zelf vervoert, maar in wezen deelneemt aan het verkeer zoals andere soorten bedrijfsvoertuigen voor transport.
Tegelijkertijd brengen deze middelen voor het vervoeren van personen en goederen ook grote gevaren met zich mee (vervoer van veel personen in een voertuig, grote vrachtvoertuigen).
Daarom is het noodzakelijk om bestuurders en routes te monitoren en beheren om de veiligheid van henzelf en andere verkeersdeelnemers te waarborgen.
De opsteller van de richtlijn gaf aan dat het toevoegen van deze bepaling zeer noodzakelijk en dringend is, omdat hiermee een wettelijke basis wordt gecreëerd voor het monitoren, beheren, begeleiden, detecteren en snel aanpakken van wetsovertredingen die onveiligheid veroorzaken.
Le Tan Toi, voorzitter van de Nationale Commissie voor Defensie, Veiligheid en Buitenlandse Zaken, gaf aan dat er een voorstel ligt om een volledige en uitgebreide studie en beoordeling uit te voeren van de impact op de kosten van naleving van de wet en het recht op bescherming van de privacy met betrekking tot regelgeving die vereist dat voertuigen apparatuur voor reisbewaking, apparatuur voor het vastleggen van beelden van bestuurders en beelden van passagierscompartimenten installeren.
Tegelijkertijd is het raadzaam om regelgeving omtrent de installatie van bewakingsapparatuur in de passagiersruimte te overwegen, omdat deze niets te maken hebben met persoonlijke gegevens of de privacy van passagiers.
Het wetsvoorstel schrapt ook de regeling dat bestuurders van bedrijfsvoertuigen niet meer dan 48 uur per week mogen rijden. In plaats daarvan wijzigt en vult het de regelgeving over de ononderbroken rijtijd van bestuurders per dag en per week aan om te voldoen aan de bepalingen van de Arbeidswet...
Bron: https://tuoitre.vn/de-xuat-bo-sung-nhieu-noi-dung-lien-quan-can-cuoc-lap-thiet-bi-giam-sat-tai-xe-20250923174631125.htm






Reactie (0)