EVN heeft de richtlijnen en uitvoering van de elektriciteitsvoorziening overtreden.
De onlangs aangekondigde inspectieconclusie van het Ministerie van Industrie en Handel wees op de tekortkomingen, beperkingen, tekortkomingen en schendingen in de aansturing en uitvoering van de elektriciteitsvoorziening in de periode 2021-2023 van EVN en gerelateerde eenheden.
Voorbeelden hiervan zijn trage investeringen in en voltooiing van energiebronnen en netwerken; trage probleemoplossing bij generatoren van sommige thermische energiecentrales, waardoor het vermogen om elektriciteit te leveren afneemt; het niet strikt naleven van Richtlijn nr. 29/CT-TTg van de premier , besluiten, richtlijnen en richtsnoeren van de minister van Industrie en Handel over energieleveringsplannen en brandstofleveringsschema's voor energieproductie, wat leidt tot passiviteit bij het voorbereiden van energiebronnen en het verminderen van de energiezekerheidsreserves.
Bovendien concludeerde de inspectie dat de inzet en bediening van het energiesysteem op veel momenten niet in evenwicht waren bij het mobiliseren van verschillende soorten energiebronnen. Er waren overtredingen bij het aansturen, bedienen, plannen en inzetten van de werking van het nationale energiesysteem in het droge seizoen van 2023.
EVN werd ook verantwoordelijk gehouden voor wijdverbreide stroomstoringen, vooral in de noordelijke regio van de tweede helft van mei tot medio juni 2023. Deze storingen veroorzaakten plotselinge, onaangekondigde stroomuitval, publieke verontwaardiging en hadden gevolgen voor het leven van mensen, de productie en zakelijke activiteiten, en het investeringsklimaat.
De inspectieconclusie van het Ministerie van Industrie en Handel bevat veel gedetailleerde redenen voor het recente stroomtekort. Met name de vertraging in de investering en bouw van energiebronnen is een van de belangrijkste oorzaken van het recente stroomtekort in het noorden. Veel langdurige generatorstoringen hebben de stroomvoorziening beïnvloed.
Veel banken hebben fouten gemaakt bij het verstrekken van kredieten en het verkopen van slechte schulden.
De Rijksinspectie heeft zojuist de afronding bekendgemaakt van het onderzoek naar de verantwoordelijkheid van de Staatsbank (SBV) en de kredietinstellingen (CI's) bij de uitvoering van het project voor de herstructurering van het stelsel van CI's en het project voor de aanpak van oninbare vorderingen in de periode 2013-2017.
De conclusie toont aan dat de implementatie van het goedgekeurde herstructureringsplan nog steeds beperkt, gebrekkig en in strijd is met de kwantitatieve indicatoren die in het plan zijn opgenomen, zoals de toename van het maatschappelijk kapitaal, de totale activa, de omzet, de winst en de beursnotering... maar in werkelijkheid voldoen veel commerciële naamloze vennootschappen niet aan deze indicatoren.
Sommige commerciële banken met een aandelenkapitaal overtraden de limieten voor kredietgroei.
Hoewel de afhandeling van overtredingen van kruiseigendom, kapitaalinbreng en aandelenaankoop is afgenomen, zijn er nog steeds gevallen van trage afhandeling.
De Overheidsinspectie wees er tevens op dat de onderpanden van oninbare vorderingen die door banken aan de Vietnam Asset Management Company (VAMC) werden verkocht, niet aan de voorgeschreven voorwaarden voldeden, wat van invloed was op de nominale waarde van de speciale obligaties die voor de herfinanciering van leningen werden gebruikt. Er waren oninbare vorderingen die niet door banken aan schuldgroepen werden overgedragen, wat leidde tot discrepanties in de verhoudingen tussen oninbare vorderingen en schulden bij banken.
Veel banken hebben zich schuldig gemaakt aan overtredingen bij het verstrekken van leningen, waarbij ze zich richtten op een klein aantal klanten. Zo leende Sacombank aan 9 bedrijven een leningssaldo gelijk aan 48,52% van het eigen vermogen van de bank. Het geld werd in een project gestoken. Techcombank leende aan klanten om het hoofdkantoor van een andere bank te kopen, maar uit de echte documenten bleek dat de klanten alleen huurden.
Bouwgiganten schenden landbeheer en -gebruik, financiën
In de conclusie van het onderzoek naar de uitvoering van de herstructurering, verzelfstandiging en desinvestering van staatsbedrijven onder het Ministerie van Bouw in de periode 2011-2018, wees de Rijksinspectie op een groot aantal overtredingen op het gebied van landbeheer en -gebruik en financiën bij de herstructurering en verzelfstandiging van bedrijven.
Op basis hiervan werd bij 10 moedermaatschappijen de financiële afhandeling en de vaststelling van de ondernemingswaarde voor overname onderzocht. Hieruit bleek dat de financiële overtredingen verder moesten worden aangepakt. Het (voorlopige) bedrag tot het moment van de inspectie (31 december 2019) bedroeg ruim 5.690 miljard VND.
Uit onderzoek naar de vaststelling van de waarde van bepaalde activa, huizen en structuren in de ondernemingswaarde voor verzelfstandiging blijkt dat sommige activa onjuist zijn gewaardeerd, lager dan de regelgeving voorschrijft, waardoor de ondernemingswaarde daalt.
De overheidsinspectie heeft er tevens op gewezen dat bij het bepalen van de ondernemingswaarde voor aandelenoverdracht bij de ondernemingen Vietnam Cement (Vicem), Licogi, Vietnam Water and Environment Investment (Viwaseen), de berekening van de commerciële voordeelwaarde en de opportuniteitskosten onvolledig en onjuist was, met een totaalbedrag van ruim 1,879 miljard VND.
Hoewel sommige bedrijven staatskapitaal hebben afgestoten, hebben ze nog steeds investeringen buiten hun kernactiviteiten, die een groot risico op verlies lopen en oplopen tot ongeveer VND 147 miljard.
Bovendien verstrekken veel bedrijven niet de volledige informatie, gegevens en eigendomsdocumenten die de gemeente vraagt.
Bovendien concludeerde de inspectie dat de desinvestering van staatskapitaal bij ondernemingen met veel dochterondernemingen, joint ventures en geassocieerde ondernemingen niet effectief is en vaak op de lange termijn verliezen oplevert. De ondernemingen beschikken niet over een gedegen oplossing, hetgeen de efficiëntie van het gebruik van staatskapitaal beïnvloedt.
Opvallend is dat de Rijksinspectie bij Vicem veel financiële overtredingen constateerde.
Wat betreft het verschil tussen eigen vermogen en startkapitaal, heeft de overheidsinspectie het ministerie van Bouw verzocht om aan de premier verslag uit te brengen over de afhandeling en betaling van het verschil van VND 2,910 miljard van Vicem Corporation en het verschil van honderden miljarden VND bij Vicem Hai Phong.
Bron






Reactie (0)