Op 30 oktober besprak de Nationale Assemblee in groepen het ontwerp van de Resolutie van de Nationale Assemblee over het opstellen van een pilot voor de omgang met bewijsmateriaal en activa tijdens het onderzoek, de vervolging en het proces in een aantal strafzaken.
Volgens mevrouw Le Thi Nga, voorzitter van de Juridische Commissie van de Nationale Vergadering, is de uitvaardiging van de resolutie gericht op de dringende implementatie van Conclusie nr. 87-KL/TW van het Politbureau , het creëren van een wettelijke basis om moeilijkheden en obstakels weg te nemen, het voldoen aan de praktische vereisten bij het oplossen van strafzaken en zaken onder toezicht en leiding van de Centrale Stuurgroep voor Corruptiebestrijding en Negativiteit. Daarmee wordt de effectiviteit van de strijd tegen criminaliteit, met name economische misdrijven en corruptie, verbeterd, worden de legitieme rechten en belangen van verwante organisaties en personen beter gewaarborgd, en worden de negatieve gevolgen voor het investerings- en ondernemingsklimaat tot een minimum beperkt. De resultaten van de pilot zullen een praktische basis vormen voor het perfectioneren van de wetgeving inzake strafrecht en strafrechtelijke procedures in de komende tijd.

Wat betreft de maatregel om de aankoop, verkoop en overdracht van bewijsmateriaal en activa toe te staan, is de Commissie Justitie in principe akkoord met de bepalingen van de ontwerpresolutie en is zij van mening dat, tijdens de rechtszaak, indien de aankoop, verkoop en overdracht van in beslag genomen en bevroren bewijsmateriaal en activa vervroegd door middel van een veiling wordt toegestaan, dit de mogelijkheid creëert om een hogere schadevergoeding te innen, waardoor de rechten van zowel het slachtoffer als de beschuldigde worden gewaarborgd. De Commissie Justitie is het ook eens met de bepalingen van de ontwerpresolutie over de maatregel om transacties tijdelijk op te schorten; de registratie en overdracht van eigendoms- en gebruiksrechten van activa tijdelijk op te schorten (clausule 5, artikel 3) en is van mening dat deze maatregel een zeer belangrijke rol speelt bij het verbeteren van de effectiviteit van de strijd tegen en de aanpak van economische en corruptiemisdrijven.

Adjunct Nguyen Hai Trung (delegatie Hanoi) zei dat de uitvaardiging van de resolutie zeer noodzakelijk is. In werkelijkheid moet de politie van Hanoi namelijk elke dag en elk uur een enorme hoeveelheid bewijsmateriaal verwerken, waarvan sommige al jaren onbehandeld blijven, wat leidt tot verspilling.
Volgens de afgevaardigde, directeur van de politie van Hanoi, is de eerste verspilling van de waarde van het eigendom van het bewijsmateriaal. Er zijn eigendommen die te lang onbeheerd zijn gebleven, hun waarde hebben verloren, de eigenaren er geen aandacht aan besteden en ze als verlaten beschouwen. Ondertussen kunnen ze niet worden geliquideerd of vernietigd, wat een enorme verspilling is.
Volgens de heer Trung zou de stadspolitie momenteel een gemeenschappelijke bewijsopslag moeten hebben en zouden districten bewijsopslag moeten hebben van de opsporingsdiensten op districtsniveau. Binnenstedelijke districten hebben echter geen grond om bewijsopslag te bouwen die aan de normen voldoet. Bovendien moet de stad in het kader van het programma voor justitiële hervorming bewijsopslag hebben voor zowel strafzaken als civiele zaken, maar er zijn geen opslagplaatsen, of als ze er wel zijn, voldoen ze niet aan de oppervlakte en de normen.
Bovendien moeten de autoriteiten iemand regelen die toezicht houdt op het bewijsmateriaalmagazijn. Volgens de regelgeving is de politie verantwoordelijk voor het beheer en de zorg voor het materiaal, terwijl de rechtbank verantwoordelijk is voor de afhandeling ervan. "Onlangs ontvingen we tientallen tonnen zeldzame aardmetalen in een zaak en moesten we een tijdelijk onderkomen bouwen om het op te slaan. Hoewel het een tijdelijk onderkomen is, moeten we de kwaliteit nog steeds waarborgen en verlies voorkomen. Ondertussen zijn er meer dan 1-2 mensen nodig om het te beheren. Vergeleken met de huidige regelgeving is dit een zeer ingewikkelde en ongepaste kwestie", aldus de heer Trung, die oordeelde dat de reikwijdte van de resolutie nog steeds te beperkt is en slechts van toepassing is op een aantal zaken van de Centrale Stuurgroep Corruptie, waardoor deze niet alle zaken vertegenwoordigt.
Volgens de heer Trung is het na de proefperiode van de resolutie noodzakelijk om de reikwijdte van de regelgeving uit te breiden en zelfs een wet uit te vaardigen, vooral omdat de proefperiode van drie jaar te lang is. "Als dit als een knelpunt wordt beschouwd, moet het dringend worden opgelost en weggenomen in overeenstemming met de richtlijnen van secretaris-generaal Lam en de Nationale Assemblee", aldus de heer Trung.

Afgevaardigde Luong Van Hung (de Quang Ngai-delegatie) was het er ook mee eens dat de resolutie moest zorgen voor een effectiever implementatieproces om zo de strijd tegen criminaliteit, met name economische criminaliteit en corruptie, effectiever te maken.
De heer Hung merkte echter op dat voorzichtigheid geboden is bij de omgang met bewijsmateriaal vóór het proces. De Grondwet bepaalt dat eigendommen van personen gewaarborgd zijn. Daarom moet de tijd die nodig is om te overwegen om met bewijsmateriaal en eigendommen om te gaan, worden genomen vanaf het moment dat de zaak is gestart, de verdachte wordt vervolgd, en tijdens het onderzoek, de vervolging en de rechtszaak.
Bron: https://daidoanket.vn/co-nhung-vat-chung-tai-san-de-lau-khong-thanh-ly-duoc-rat-lang-phi-10293426.html






Reactie (0)