Het creëren van een juridische basis om verantwoorde AI-ontwikkeling te begeleiden

Fotobijschrift — Delegaties van afgevaardigden van de Nationale Assemblee uit de provincie Hung Yen en de stad Hai Phong discussieerden in groepen. Foto: Doan Tan/VNA

De afgevaardigden spraken hun instemming en steun uit voor de afkondiging van de wet inzake kunstmatige intelligentie (AI). Ze benadrukten dat dit een baanbrekende wet is die een juridische basis legt voor een technologiegebied dat bepalend is voor het nationale concurrentievermogen in de komende decennia. Aangezien landen fors investeren in AI, is de afkondiging van de wet op dit moment uiterst urgent, zodat Vietnam niet achterblijft en proactief kan profiteren van de kansen van de nieuwe technologiegolf.

Afgevaardigde Ai Vang (Can Tho) bevestigde dat dit een zeer noodzakelijke wet is om te voldoen aan de ontwikkelingsbehoeften van het land en dat deze in lijn is met de algemene trend in de wereld .

De afgevaardigden noemden een aantal doelen die in partijresoluties staan, zoals: het behouden van de positie op de wereldwijde innovatie-index bij de top drie landen in ASEAN; digitale economie goed voor ongeveer 20% van het BBP; oriëntatie op de ontwikkeling van AI-toepassingen bij de top drie landen in ASEAN; het hebben van ten minste 5 digitale technologiebedrijven die op gelijke voet staan met geavanceerde landen en het geleidelijk beheersen van een aantal strategische technologieën, digitale technologieën...

"Om die doelen te bereiken, hebben we regelgeving nodig die gebaseerd is op de wet en die als uitgangspunt dient voor het bereiken van de door de Partij gestelde doelen. Met name om naleving van internationale en regionale praktijken te waarborgen, gunstige voorwaarden te scheppen voor integratie en internationale samenwerking en de toepassing van AI te bevorderen in overeenstemming met de algemene wettelijke bepalingen", aldus de afgevaardigde.

Afgevaardigde Nguyen Thi Tuyet Nga (Quang Tri) stelde voor om de reikwijdte van het wetsontwerp over onderzoeksactiviteiten op het gebied van kunstmatige intelligentie te verduidelijken, om overlapping met wetenschappelijke, technologische en innovatieve activiteiten te voorkomen, zoals vastgelegd in de Wet op Wetenschap, Technologie en Innovatie. Ook wilde hij ervoor zorgen dat er consistentie is met de Wet op Digitale Technologie en aanverwante wetten die tijdens deze zitting aan de Nationale Vergadering worden voorgelegd.

Het wetsontwerp bepaalt dat "Het Nationaal Comité voor Kunstmatige Intelligentie een intersectoraal agentschap is dat strategieën, beleid en activiteiten voor de ontwikkeling van kunstmatige intelligentie aanstuurt en coördineert. Het Ministerie van Wetenschap en Technologie is het centrale agentschap voor implementatie, monitoring en evaluatie."

Volgens afgevaardigde Nguyen Thi Tuyet Nga schept deze regeling onvoldoende duidelijkheid over de juridische positie, functies, taken, bevoegdheden, organisatiestructuur en werkwijze van dit agentschap. Tegelijkertijd geeft zij de regering niet de bevoegdheid om deze inhoud gedetailleerd te specificeren.

Daarom stelden de afgevaardigden voor om de noodzaak van de oprichting van dit agentschap in het wetsontwerp te verduidelijken; het organisatiemodel, de functies, de taken, het werkingsmechanisme en vooral de juridische positie van het Nationaal Comité voor Kunstmatige Intelligentie te verduidelijken; de conformiteit van deze regeling te beoordelen met de richtlijndocumenten van het Politbureau, het Secretariaat en het Centraal Comité van de Partij over de inrichting en stroomlijning van het organisatieapparaat, als basis voor overweging en besluitvorming door de Nationale Vergadering.

De afgevaardigde waardeerde de bepalingen inzake de ontwikkeling van menselijk potentieel in artikel 24 van het wetsontwerp en wees erop dat deze bepaling het alomvattende en strategische belang van de staat bij de ontwikkeling van AI-menselijk potentieel aantoont, inclusief de niveaus van primair onderwijs tot universiteit/onderzoek en de rol van relevante partijen (overheid, onderwijsinstellingen, bedrijven). De afgevaardigde stelde voor om bepalingen toe te voegen over het aantrekken van binnen- en buitenlandse AI-experts voor deelname aan onderwijs en onderzoek aan instellingen voor hoger onderwijs, evenals beleid inzake rotatie/samenwerking tussen bedrijven en scholen.

Afgevaardigde Nguyen Thi Tuyet Nga zei dat het wetsontwerp 36 artikelen bevat, maar dat geen daarvan verboden handelingen voorschrijft. De bepalingen over verboden handelingen in de AI-wet vormen daarentegen een "juridisch schild" om te voorkomen dat AI een schadelijk instrument wordt, mensenrechten te beschermen en eerlijke en synchrone internationale concurrentie te bevorderen - in plaats van AI te beperken, zullen ze AI begeleiden bij een verantwoorde ontwikkeling. De afgevaardigde stelde voor om het wetsontwerp te bestuderen en een artikel over verboden handelingen toe te voegen.

Afgevaardigde Lo Thi Luyen (Dien Bien) maakt zich zorgen over de manier waarop kinderen toegang krijgen tot AI. Hij zei dat sommige landen in de wereld regelgeving hebben aangenomen die ervoor zorgt dat alleen 13-jarige kinderen toegang hebben tot AI. Sommige landen rond Vietnam hebben dit niet verboden, maar dit is zeer zorgwekkend.

"Met de huidige jonge generatie in sommige landen waar de leeftijd voor toegang tot AI nog niet is vastgesteld, meldt de pers dat kinderen naar AI luisteren, vriendschap sluiten met AI, zelfs gewoon van AI houden en met AI trouwen. Als er nu geen leeftijdsgrens is voor toegang tot AI, terwijl kinderen nog niet volledig bewust zijn, zoals een blanco vel papier, zal dat in de toekomst zeer gevaarlijk zijn. Hoe zal dit probleem worden berekend?", vroeg de afgevaardigde zich af en vroeg het opstelbureau om verduidelijking van de inhoud.

Reactie (0)