In een vergelijkbare uitspraak oordeelden rechters bij het hoogste gerechtshof van de VN echter dat Rusland een antidiscriminatieverdrag had geschonden door geen steun te verlenen aan Oekraïens-talig onderwijs op de Krim na de annexatie van het schiereiland in 2014.
Een panel van rechters tijdens een rechtszitting in Den Haag, Nederland, op 31 januari 2024. Foto: Reuters
De rechtbank verwierp ook het verzoek van Oekraïne om schadevergoeding te eisen voor beide beschuldigingen en beval Rusland alleen om zich aan de verdragen te houden.
Oekraïne spande in 2017 een rechtszaak aan bij het Internationaal Gerechtshof (ICJ), ook wel bekend als het Internationale Gerechtshof, waarin Rusland ervan werd beschuldigd een antiterrorismeverdrag te schenden door separatisten in Oost-Oekraïne te steunen. Tijdens een rechtszitting in Den Haag afgelopen juni verwierp Rusland de beschuldigingen van Oekraïne als fictief en een "flagrante leugen".
In een zaak die al bijna zeven jaar duurt, beschuldigt Kiev Rusland ervan separatistische troepen te steunen die in juli 2014 vlucht MH17 neerhaalden, waarbij alle 298 passagiers en bemanningsleden omkwamen.
In november 2022 veroordeelde een Nederlandse rechtbank bij verstek twee Russen en een Oekraïner tot levenslange gevangenisstraf vanwege hun rol in de ramp.
De uitspraken van het Internationale Gerechtshof zijn definitief en er kan niet tegen in beroep worden gegaan. Het VN-orgaan beschikt echter niet over een mechanisme om de uitspraken af te dwingen.
Huy Hoang (volgens ICJ, Reuters)
Bron






Reactie (0)