Volgens de South China Morning Post had John Kirby, woordvoerder van de Amerikaanse Nationale Veiligheidsraad, op 12 juni gezegd dat informatie over deze basis te gevoelig was.
De Amerikaanse overheid reageerde aanvankelijk niet op de berichtgeving van het Wall Street Journal dat Beijing en Havana een geheime overeenkomst hadden getekend om op Cuba een faciliteit op te zetten voor het verzamelen van elektronische signalen in het zuidoosten van de Verenigde Staten.
"Deze informatie is van zo'n gevoelige aard dat we er niet in detail op in kunnen gaan, zelfs niet om het verhaal van de [ Wall Street Journal ] te informeren", aldus Kirby.
Uitdagingen bij de renovatie van de Amerikaanse ambassade op Cuba
Nadat het artikel op 8 juni verscheen, zei de heer Kirby dat de regering hard had samengewerkt met de inlichtingendienst om de mate van geheimhouding van de documenten te verminderen en de informatie openbaar te maken.
Een paar dagen later bevestigde een functionaris van het Witte Huis dat China al sinds ten minste 2019 een afluisterstation op Cuba exploiteert. Deze persoon zei dat het bericht in de Wall Street Journal onjuist was, omdat het hier niet om een nieuwe ontwikkeling ging, maar dat het al enkele jaren gaande was en volledig was gedocumenteerd in de dossiers van de Amerikaanse inlichtingendienst.
VS zegt dat China sinds 2019 een spionagestation op Cuba exploiteert
Het Chinese ministerie van Buitenlandse Zaken zei op 12 juni niet op de hoogte te zijn van een dergelijke basis en veroordeelde de 'geheime acties' van de VS op Cuba.
Minister van Buitenlandse Zaken Bruno Rodriguez ontkende op 12 juni opnieuw informatie over de bovengenoemde spionagebasis. Volgens Reuters beschouwde hij het als een Amerikaanse verzinsel om het decennialange economische embargo van Washington tegen Havana te rechtvaardigen.
Bronlink






Reactie (0)