De afgelopen jaren heeft Vietnam, naast de Filipijnen, Indonesië, India en Thailand, veel aandacht gekregen als bestemming in de mondiale bevoorradingsstrategie “China +1.”
De Vietnamese overheid voert industriebeleid om sleutelindustrieën te ontwikkelen, zelfs in gebieden waar het moeilijk is om te concurreren.
Op 21 februari publiceerde de South China Morning Post een artikel van Janet Pau, directeur van de Asia Business Council. Zij noemde Vietnam, de Filipijnen, Indonesië, India en Thailand 'Aziatische kleine draakjes die zich voorbereiden op vertrek'.
De afgelopen jaren heeft Vietnam, samen met de andere vier landen, veel aandacht gekregen als bestemming in de mondiale bevoorradingsstrategie “China +1.”
Deze economieën hebben met elkaar gemeen dat ze over een grote beroepsbevolking en een potentiële consumentenmarkt beschikken, wat zowel op nationaal als internationaal niveau groeikansen biedt.
De vijf landen erkennen het belang van investeringen in menselijke hulpbronnen, waarbij de nadruk ligt op het vergroten van de toegang tot onderwijs en het verbeteren van de kwaliteit van de lerarenopleiding.
Deze landen investeren ook in infrastructuurprojecten om efficiënte connectiviteit en logistieke netwerken te bouwen.
Deze investeringen zijn gericht op sectoren zoals transport, communicatie, energie en digitale netwerken.
Overheden voeren ook industriebeleid door om belangrijke industrieën te ontwikkelen, zelfs in gebieden waar de concurrentie moeilijk is.
De auteur van het artikel wijst ook op de groeiproblemen waarmee de ‘nieuwe economische draken’ te maken hebben: ze willen buitenlandse investeringen aantrekken, maar willen niet dat die investeringen binnenlandse bedrijven en banen kosten.
Bovendien moeten ze concurrerende productie- en arbeidskosten hebben, maar ze hebben te maken met een inflatie die hoger is dan de groei van het huishoudinkomen en de spaartegoeden.
Ze hebben behoefte aan grootschalige industrialisatie, die vaak veel energie kost, maar willen er ook voor zorgen dat industriële activiteiten het milieu niet aantasten.
Het artikel betoogt dat de vijf economieën een kans hebben om een groeipad uit te stippelen dat digitalisering, duurzaamheid en inclusie bevordert.
Ze moeten prioriteit geven aan het creëren van groene banen en initiatieven voor digitale banen, om tegemoet te komen aan de behoeften van een jonge, steeds beter opgeleide en veeleisende beroepsbevolking.
Bovendien ondergaat Vietnam, net als de andere vier landen, een snelle industrialisatie.
Deze landen moeten duurzame maatregelen nemen en ervoor zorgen dat hun economie blijft groeien en tegelijkertijd weerstand bieden tegen de negatieve gevolgen van klimaatverandering en natuurrampen.
Volgens VNA
Bron
Reactie (0)