Dit is de bijdrage van mevrouw Trinh Thi Thu Hien, hoofd van de afdeling Import en Export van industriële goederen van het Ministerie van Industrie en Handel , tijdens de trainingssessie 'Ondersteuning en begeleiding bij regelgeving inzake import en export van industriële goederen naar markten waarmee Vietnam vrijhandelsovereenkomsten heeft gesloten', georganiseerd door het Ministerie van Industrie en Handel van Hanoi in samenwerking met de afdeling Import en Export (Ministerie van Industrie en Handel) van het Vietnamese TBT-kantoor (Nationaal Comité voor Normen, Metrologie en Kwaliteit) op 10 september in Hanoi.
Notities voor exportbedrijven
Mevrouw Trinh Thi Thu Hien deelde de situatie rond de toepassing van regelgeving inzake de import en export van industriële goederen in het kader van de implementatie van de vrijhandelsovereenkomst en gaf aan dat er met betrekking tot textielproducten (HS 5603) volgens de regelgeving inzake oorsprongsregels van de vrijhandelsovereenkomst (EVFTA) eisen gelden voor de naaldprikfase. Recentelijk hebben we echter ook non-woven textielproducten, zonder naaldprikfase, maar die nog steeds textielproducten vormen. Vergeleken met de daadwerkelijke productie en de regelgeving van de overeenkomst, is het duidelijk dat we niet aan de eisen voldoen.
 |
| Mevrouw Trinh Thi Thu Hien - Hoofd van de afdeling Import en Export van industriële goederen - Afdeling Import en Export (Ministerie van Industrie en Handel) |
Of met tapijtproducten gemaakt van restjes. Restjes worden hier op veel plaatsen verzameld, vervolgens teruggebracht en geproduceerd. De oorsprong zal moeilijk te bepalen zijn. Hoe kunnen tapijtfabrikanten die naar de EU exporteren aantonen dat deze producten afkomstig zijn uit Vietnam en profiteren van tariefvoordelen binnen het kader van de EVFTA?
Dit is een technisch en enigszins ingewikkeld verhaal, maar volgens mevrouw Hien profiteren bedrijven die tapijten of non-wovens produceren nog steeds van tariefvoordelen uit de EVFTA wanneer ze naar de EU-markt exporteren.
Het toepassen van flexibele tarieven is ook een kwestie waar bedrijven in de beginfase van de implementatie van de EVFTA mee te maken hebben. Hoewel dit verhaal al redelijk bekend is, zijn er tot nu toe nog steeds enkele gevallen van onjuiste en niet-standaard toepassing, en kunnen er problemen zijn met betrekking tot begrip en toepassing die van invloed zijn op de vraag of er preferentiële tarieven gelden voor goederen die naar de EU worden geëxporteerd.
Specifiek zijn er items gerelateerd aan de notitie: "Toepasselijk percentage van niet-oorspronkelijke materialen". Indien er begeleidende notities zijn, zijn deze notities van toepassing op zowel de bovenstaande als de onderstaande criteria, niet op het flexibele percentage dat alleen van toepassing is op de onderstaande notitie.
Sommige bedrijven ondervonden problemen bij het toepassen van de lagere criteria en negeerden de toepassing van de hogere criteria. Hierdoor misten ze een aantal berekeningsmethoden om goederen te ondersteunen die aan de oorsprongsregelgeving voldeden en in aanmerking kwamen voor tariefvoordelen.
Wat betreft drempelbescherming voor goederen die worden geëxporteerd naar markten van landen die lid zijn van de Euraziatische Economische Unie. Onlangs is er een document over deze markt gepubliceerd met betrekking tot de regelgeving die bepaalt dat bepaalde productcodes bij export naar deze markt (voornamelijk de Russische markt) een defensiedrempel zullen opleggen wanneer deze een bepaalde productiedrempel overschrijden en binnenlandse producten kunnen beïnvloeden of ermee kunnen concurreren, en tevens risico's kunnen veroorzaken en de binnenlandse bescherming kunnen aantasten. De huidige goederen die onder de defensiedrempel vallen, sluiten niet uit dat de Euraziatische Economische Commissie (EEG) en Rusland regelgeving en vereisten zullen invoeren om MFN-belasting bij de WTO op te leggen in plaats van preferentiële tarieven. Dit is een drempelbeschermingsmaatregel die al is opgenomen in de bepalingen van de overeenkomst.
Bedrijven moeten hier dus ook op letten bij de export van goederen. Als ze namelijk profiteren van de voorkeurstarieven van de overeenkomst, dan betalen ze 0% of 5%. Als ze echter drempeltarieven voor defensie moeten betalen, dan lopen deze tarieven op tot 20-30%.
Met het gewijzigde protocol binnen het kader van de EU - EVFTA, zei mevrouw Hien, zal er een conversie plaatsvinden van de HS-codeversie, dienovereenkomstig, met gebruikmaking van de versie van 2022; er zal een regel worden toegevoegd over criteria met betrekking tot hoofdstuk 41, hier moeten bedrijven die leer en schoeisel produceren met betrekking tot leer- en rauwhuidproducten aandacht besteden aan; gerelateerde producten HS-code 6212; taal van uitdrukking van hoofdstuk 19. Dit zijn de inhoud waar Vietnam en de EU het over eens zijn geworden en er zijn instructies op verschillende documentniveaus, maar in het gewijzigde deel van het protocol zal het worden gespecificeerd en juridisch bindend zijn tussen beide partijen, evenals de instructies en de latere implementatie zal handiger zijn.
Niet alle vrijhandelsovereenkomsten hebben lage belastingtarieven.
Omdat Vietnam deelneemt aan veel vrijhandelsovereenkomsten, hebben we veel voordelen ten opzichte van landen zonder vrijhandelsovereenkomsten. Zo profiteren Vietnamese goederen van tariefvoordelen.
 |
| Overzicht van de trainingssessie |
Dit is echter ook een instrument om tariefpreferenties te neutraliseren en kan onderhevig zijn aan opschortingsmaatregelen, niet alleen voor een exporterend bedrijf, voor één exporterend bedrijf, maar voor de gehele productlijn van alle bedrijven die produceren tot en met de HS-code die aan die productlijn gerelateerd is bij export naar het partnerland. Dit zijn vrij strikte regels in sommige nieuwe generatie vrijhandelsovereenkomsten. Bedrijven moeten hier ook aandacht aan besteden.
"Wanneer ze fraude ontdekken en het bedrijf het niet kan bewijzen, en de Vietnamese organisatie het niet kan bewijzen, zullen ze maatregelen nemen om tijdelijk de prikkels op te schorten voor een reeks producten met dezelfde HS-code of voor een reeks bedrijven die hetzelfde product exporteren naar de partnermarkt", benadrukte mevrouw Hien.
Aan de andere kant zijn er gevallen waarin sommige bedrijven die goederen exporteren naar Japan, Australië en Nieuw-Zeeland nog steeds vertrouwd zijn met het gebruik van het CO AANZ-formulier binnen het kader van de ASEAN-Australië-Nieuw-Zeeland Vrijhandelsovereenkomst; of met het gebruik van het CO AJ- of CO VJ-formulier binnen het kader van de Economische Partnerschapsovereenkomst tussen Vietnam en Japan (VJEPA) en de Algemene Economische Partnerschapsovereenkomst tussen ASEAN en Japan (AJCEP). Toen bedrijven echter op de hoogte werden gesteld van de opkomst van nieuwe overeenkomsten, zoals CPTPP en RCEP, veranderden ze onmiddellijk van koers en pasten ze de nieuwe overeenkomsten toe.
De tarieven in de nieuwe overeenkomst zijn echter niet per se even gunstig als die in de oude overeenkomst, omdat de tarieven in de nieuwe overeenkomst zich bovenaan de helling van de routekaart voor belastingverlaging bevinden. In de oude overeenkomsten daarentegen, bevinden ze zich onderaan de helling. Welke goederen, welke markten en welke tarieven op het moment van export moeten op de juiste manier worden toegepast.
"Voor landbouwproducten die naar Japan worden geëxporteerd, kan het in het CPTPP-programma 0% zijn, maar in het AJCEP en VJEPA kan het 8% of 5% zijn. Hoewel het CPTPP-programma een recent ondertekende overeenkomst is, zijn de overeenkomsten in het AJCEP en VJEPA al lange tijd ondertekend", aldus mevrouw Hien. Dit zijn punten waar bedrijven op moeten letten, met betrekking tot de HS-codes van exportproducten, exportmarkten en overeenkomsten waarbij de markten van die landen zijn aangesloten.
"In de CPTPP-overeenkomst zijn maximaal 7 landen opgenomen die al handelspartner zijn in andere vrijhandelsovereenkomsten. Alleen Canada, Mexico en Peru zijn 3 landen die geen vrijhandelsovereenkomst of tariefincentives met Vietnam hebben. Bedrijven die actief zijn in de import en export naar deze markten kunnen daarom profiteren van tariefincentives van CPTPP. Bedrijven in andere markten kunnen vrijhandelsovereenkomsten kiezen die geschikt zijn voor hun productieprocessen of profiteren van meer tariefincentives", adviseerde mevrouw Hien.
Bron: https://congthuong.vn/xuat-khau-hang-cong-nghiep-cach-nao-tan-dung-hieu-qua-nhat-loi-the-tu-cac-fta-345029.html
Reactie (0)