Op 22 juli zat vicevoorzitter Nguyen Duc Hai van de Nationale Assemblee een werkoverleg voor tussen de toezichthoudende delegatie van de Nationale Assemblee over "De uitvoering van beleid en wetgeving inzake het beheer van de vastgoedmarkt en de ontwikkeling van sociale woningbouw van 2015 tot eind 2023" en het Ministerie van Bouw, het Ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen en Milieu, het Ministerie van Planning en Investeringen en het Ministerie van Justitie .

Aan de vergadering namen deel: Vu Hong Thanh, voorzitter van de Economische Commissie en vicevoorzitter van de Permanente Toezichtsdelegatie; Bui Van Cuong, secretaris-generaal van de Nationale Vergadering en hoofd van het Bureau van de Nationale Vergadering, en vicevoorzitter van de Toezichtsdelegatie; Nguyen Thuy Anh, voorzitter van de Sociale Commissie en vicevoorzitter van de Toezichtsdelegatie; en andere leden van de Toezichtsdelegatie.
De ministeries en agentschappen werden vertegenwoordigd door minister van Bouw Nguyen Thanh Nghi, en leiders van de ministeries van Planning en Investeringen, Natuurlijke Hulpbronnen en Milieu, en Justitie…
Tijdens de werkvergadering luisterde de toezichthoudende delegatie naar verslagen van vertegenwoordigers van de ministeries van Bouw, Planning en Investeringen, Natuurlijke Hulpbronnen en Milieu, en Justitie over de totstandkoming en uitvoering van beleid en wetgeving inzake het beheer van de vastgoedmarkt en de ontwikkeling van sociale woningbouw van 2015 tot eind 2023, binnen de bevoegdheden en functies van elk ministerie.
Tijdens de werkvergadering benadrukte vicevoorzitter Nguyen Duc Hai van de Nationale Assemblee dat de vastgoedmarkt een grote hoeveelheid infrastructuur voor de samenleving heeft gecreëerd, waardoor de productie-, bedrijfs- en dienstensector zich kunnen ontwikkelen en de leefomstandigheden voor alle lagen van de bevolking verbeteren. Dit levert een belangrijke bijdrage aan de sociaaleconomische ontwikkeling, de economische groei van het land en het proces van het bouwen en ontwikkelen van duurzame stedelijke en landelijke gebieden in het kader van industrialisatie en modernisering. De bevordering van de sociale woningbouw heeft gedeeltelijk voorzien in de huisvestingsbehoeften van mensen met een laag inkomen, werknemers in industriële zones, uitkeringsgerechtigden en arme huishoudens.
Uit rapporten, discussies en lokale monitoring bleek echter dat de vicevoorzitter van de Nationale Assemblee de afgelopen tijd heeft geconstateerd dat het aanbod van onroerend goed sterk is afgenomen, voornamelijk door reeds gerealiseerde projecten, met zeer weinig nieuwe projecten; de vastgoedprijzen zijn gestegen en blijven stijgen; er zijn periodes geweest van "kunstmatige" vastgoedbubbels, die de reële waarde ver overtroffen; er is een onevenwicht tussen vraag en aanbod in verschillende segmenten; het aanbod van betaalbare woningen is gering, terwijl de vraag hoog is.
Tegelijkertijd ondervindt de projectuitvoering moeilijkheden, waardoor veel projecten achterlopen op schema of niet kunnen worden voortgezet, terwijl de ontwikkeling van nieuwe projecten vertraagt; nieuwe soorten vastgoed (appartementencomplexen, kantoorhotels, winkelpanden, resortvilla's, enz.) ontwikkelen zich sterk, terwijl het wettelijk kader onvolledig en onvoldoende streng is, wat leidt tot moeilijkheden en obstakels.
Wat de ontwikkeling van sociale woningbouw betreft, verklaarde de vicevoorzitter van de Nationale Assemblee dat het aantal sociale huurwoningen dat op de markt wordt aangeboden, verre van aan de vraag voldoet; de meeste gemeenten hebben de gestelde doelen voor de ontwikkeling van sociale woningbouw niet gehaald; de ontwikkeling van sociale woningbouw en arbeiderswoningen stuit op veel knelpunten; in sommige gebieden voldoet de woningmarkt niet aan de behoeften, wat leidt tot een gebrek aan kopers en huurders, terwijl er in de meeste gebieden een tekort aan aanbod is; er zijn moeilijkheden en beperkingen bij de toewijzing en het gebruik van grondgelden; er is vrijwel geen investeringskapitaal uit de begroting voor sociale woningbouw; preferentiële mechanismen, belasting- en tariefbeleid zijn niet zo effectief gebleken als verwacht; administratieve procedures en investerings- en bouwprocessen overlappen elkaar nog steeds, zijn complex en langdurig…
De bovengenoemde beperkingen en tekortkomingen hebben zowel subjectieve als objectieve oorzaken, zoals duidelijk blijkt uit de rapporten van 12 gemeenten, 4 ministeries en de meningen van de leden van de toezichthoudende delegatie.
De vicevoorzitter van de Nationale Vergadering verzocht de vier ministeries om, elk binnen hun eigen verantwoordelijkheidsgebied, onderzoek te verrichten om relevante informatie op te nemen in bestaande en toekomstige circulaires en besluiten, of om wijzigingen in de betreffende wetgeving voor te stellen. De ministeries en agentschappen dienen tevens de aanbevelingen van de lokale overheden nauwlettend te volgen, aangezien veel daarvan gegrond zijn en voortkomen uit praktische behoeften en eisen; en eventuele ontbrekende informatie in het rapport aan de Toezichthoudende Delegatie volledig aan te vullen.
Tijdens de werkvergadering verzochten de leden van de Toezichtsdelegatie het Ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen en Milieu om aanvullende informatie te verstrekken over de coördinatie met het Ministerie van Bouw en het Ministerie van Financiën met betrekking tot het toezicht op en de sturing van de besteding van inkomsten uit grondgebruiksrechten en grondleases ten behoeve van lokale overheden bij de uitvoering van compensatie- en herhuisvestingsondersteuning. Tevens werd verzocht om een duidelijkere beoordeling van de coördinatie met relevante ministeries met betrekking tot de sturing, het toezicht en de sturing van het gebruik van grondgelden voor de bouw van sociale woningen. Het Ministerie van Justitie werd verzocht om informatie en gegevens te verduidelijken over de inspectie, beoordeling en behandeling van juridische documenten, en over het beoordelingsproces om de consistentie en uniformiteit van het rechtssysteem te waarborgen.
Tegelijkertijd stelden de leden van de Toezichtsdelegatie voor dat ministeries en agentschappen oplossingen moeten verduidelijken om obstakels bij de verlening van eigendomsbewijzen voor toeristische appartementen (condotels) weg te nemen; snel richtlijnen moeten uitvaardigen voor de implementatie van methoden voor grondwaardering, met name regelgeving die de aannames uniformiseert die worden toegepast in de berekeningsmethode met behulp van het surplus; de regelgeving met betrekking tot de voorwaarden voor in aanmerking komende kopers, huurders en kopers van sociale huurwoningen nauwkeuriger en preciezer moet maken; en verslag moeten uitbrengen over het voorbeeldproces, de procedures en de stappen voor het aanvragen van investeringsvergunningen voor een vastgoedproject of een sociaal woningbouwproject, waarbij wordt verduidelijkt hoeveel stappen erbij betrokken zijn en hoeveel stempels en handtekeningen vereist zijn.
Sommige deskundigen merkten ook op dat de uitbetaling van bepaalde kredietsteunpakketten, waaronder het pakket van 120 biljoen VND, niet effectief is gebleken vanwege complexe leningsvoorwaarden, hoge rentetarieven en korte looptijden, en het gebrek aan adequate steun vanuit de staatsbegroting.
Tijdens de bijeenkomst lichtten minister van Bouw Nguyen Thanh Nghi en vertegenwoordigers van vier ministeries de door de Toezichtsdelegatie aangekaarte kwesties toe. Minister Nguyen Thanh Nghi benadrukte dat de Wet op de Vastgoedsector van 2023 veel bestaande problemen en obstakels in het beheer van de vastgoedmarkt aanpakt. De wet bevat met name specifieke bepalingen over de principes, maatregelen en bevoegdheden voor de regulering van de vastgoedmarkt, waardoor een instrument voor overheidsbeheer is gecreëerd en de verwarring die in het verleden bij de regulering van de markt bestond, wordt vermeden.
Tijdens de vergadering verzocht de voorzitter van de Economische Commissie, Vu Hong Thanh, de ministeries en agentschappen om, binnen hun bevoegdheden en taken, de coördinatie met de lokale overheden te versterken om obstakels bij de uitvoering van projecten in de beginfase weg te nemen wanneer de gewijzigde en aangevulde Wet op Grond, de Wet op Woningbouw, de Wet op Vastgoed en de Wet op Kredietinstellingen, die onlangs door de Nationale Vergadering zijn aangenomen, op 1 augustus van kracht worden, met name voor overgangsprojecten.
Bron






Reactie (0)