Het Ministerie van Onderwijs en Training (MOET) heeft zojuist Besluit nr. 3439/QD-BGDĐT van 15 december 2025 uitgevaardigd betreffende de vaststelling van het proefkader voor kunstmatige intelligentie (AI)-onderwijs voor middelbare scholieren.
Het raamwerk voor de inhoud van AI -onderwijs voor studenten is ontwikkeld op basis van vier hoofdkennisgebieden, die overeenkomen met vier competentiedomeinen. Deze gebieden zijn met elkaar verweven en complementair, namelijk: mensgericht denken, AI-ethiek, AI-technieken en -toepassingen, en AI-systeemontwerp.
Het curriculumkader is ontworpen om aan te sluiten op twee onderwijsfasen: de basisfase, inclusief het primair en lager secundair onderwijs, en de beroepsgerichte fase op het hoger secundair niveau.

Op de basisschool maken leerlingen vooral kennis met eenvoudige, intuïtieve AI-toepassingen om basisbegrippen te vormen en de rol van AI in hun leven te leren kennen.
Op de middelbare school leren leerlingen hoe ze AI-tools kunnen gebruiken om digitale producten te maken en academische problemen op te lossen.
Op de middelbare school worden leerlingen aangemoedigd om via wetenschappelijke projecten eenvoudige AI-tools te onderzoeken, te ontwerpen en te verbeteren.
Naast de kernvakken kunnen studenten keuzevakken volgen om hun praktische vaardigheden te verbeteren, meer inzicht te krijgen in toepassingsgebieden van AI, of programmeertechnieken en de ontwikkeling van AI-systemen te leren.
Het Ministerie van Onderwijs en Opleiding verklaarde dat het AI-onderwijsraamwerk is gebaseerd op het perspectief, de oriëntatie en de competentiegerichte aanpak van het Algemeen Onderwijsprogramma van 2018, waardoor consistentie en continuïteit met de leidende principes van de Partij en de Staat met betrekking tot het Kader voor Digitale Competenties voor Leerlingen worden gewaarborgd.
In het bijzonder wordt de nadruk gelegd op eisen die bijdragen aan de vorming en ontwikkeling van vijf kernkwaliteiten en drie paren algemene competenties; consistentie met het algemene onderwijscurriculum voor informatica; het benutten van AI-onderwijsprogramma's uit geavanceerde landen; wetenschappelijke, moderne en pedagogische aspecten; openheid, flexibiliteit en regelmatige updates; een mensgerichte aanpak en een nadruk op ethiek en verantwoordelijkheid.
Volgens het AI-onderwijsraamwerk moeten docenten tijdens het lesgeven actieve lesmethoden toepassen, waarbij de nadruk ligt op ervaring, oefening en projecten.
Het AI-onderwijsraamwerk beschrijft ook beoordelingscriteria. Deze omvatten continue en periodieke beoordelingen die nauw aansluiten bij de AI-competentiecomponenten en kerninhoudsgebieden, en die tevens gebaseerd zijn op de manifestatie van de vijf kernkwaliteiten en drie algemene competenties die in het algehele curriculum zijn vastgesteld.
Volgens het Ministerie van Onderwijs en Opleiding is het proefkader voor kunstintelligentieonderwijs voor middelbare scholieren vastgesteld ter uitvoering van Resolutie nr. 57-NQ/TW van 22 december 2024 van het Politbureau betreffende doorbraken in de ontwikkeling van wetenschap, technologie, innovatie en de nationale digitale transformatie; Resolutie nr. 71-NQ/TW van 22 augustus 2025 van het Politbureau betreffende doorbraken in de ontwikkeling van onderwijs en opleiding; Resolutie nr. 281/NQ-CP van 15 september 2025 van de regering waarin het actieprogramma van de regering ter uitvoering van Resolutie nr. 71-NQ/TW van 22 augustus 2025 is vastgesteld; en Circulaire nr. 02/2025/TT-BGDĐT van 24 januari 2025 van de Minister van Onderwijs en Opleiding waarin het kader voor digitale competenties voor leerlingen is vastgelegd.
Bron: https://daidoanket.vn/hoc-sinh-duoc-chon-chuyen-de-tu-chon-ve-tri-tue-nhan-tao.html






Reactie (0)