Wat is volgens de wet de pensioenleeftijd van werknemers in 2024? - Lezer Tuan Kiet
Regelgeving over de pensioenleeftijd van werknemers in de Arbeidswet
Op grond van artikel 169 van de Arbeidswet 2019 is de pensioengerechtigde leeftijd voor werknemers als volgt vastgesteld:
(1) Werknemers die voldoen aan de voorwaarden voor de betalingsperiode van de sociale verzekering zoals voorgeschreven in de Wet op de sociale verzekeringen, hebben recht op pensioen bij het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd.
(2) De pensioenleeftijd van werknemers onder normale arbeidsomstandigheden wordt aangepast volgens het stappenplan totdat deze in 2028 voor mannelijke werknemers 62 jaar bedraagt en voor vrouwelijke werknemers in 2035 60 jaar.
Vanaf 2021 bedraagt de pensioenleeftijd van werknemers onder normale arbeidsomstandigheden 60 jaar en 3 maanden voor mannelijke werknemers en 55 jaar en 4 maanden voor vrouwelijke werknemers. Daarna stijgt de leeftijd elk jaar met 3 maanden voor mannelijke werknemers en 4 maanden voor vrouwelijke werknemers.
(3) Werknemers met een verminderde arbeidscapaciteit; die in bijzonder zware, giftige of gevaarlijke beroepen of banen werken; die in gebieden met bijzonder moeilijke sociaal -economische omstandigheden werken, mogen met pensioen gaan op een lagere leeftijd, maar niet meer dan vijf jaar lager dan de leeftijd die in artikel (2) is voorgeschreven op het moment van pensionering, tenzij de wet anders bepaalt.
(4) Werknemers met hoge professionele en technische kwalificaties en enkele bijzondere gevallen kunnen met pensioen gaan op een hogere leeftijd, maar niet meer dan vijf jaar ouder dan de leeftijd die op het moment van pensionering in artikel (2) is vastgesteld, tenzij de wet anders bepaalt.
Pensioenleeftijd werknemers vanaf 2024
(i) Pensioenleeftijd onder normale arbeidsomstandigheden vanaf 2024
De pensioenleeftijd onder normale arbeidsomstandigheden is vanaf 2024 voor elk jaar als volgt:
Mannelijke werknemers | Vrouwelijke werknemers | ||
Jaar van pensioen | Pensioenleeftijd | Jaar van pensioen | Pensioenleeftijd |
2024 | 61 jaar oud | 2024 | 56 jaar en 4 maanden |
2025 | 61 jaar en 3 maanden | 2025 | 56 jaar en 8 maanden |
2026 | 61 jaar en 6 maanden | 2026 | 57 jaar oud |
2027 | 61 jaar en 9 maanden | 2027 | 57 jaar en 4 maanden |
Vanaf 2028 | 62 jaar oud | 2028 | 57 jaar en 8 maanden |
2029 | 58 jaar oud | ||
2030 | 58 jaar en 4 maanden oud | ||
2031 | 58 jaar en 8 maanden | ||
2032 | 59 jaar oud | ||
2033 | 59 jaar en 4 maanden | ||
2034 | 59 jaar en 8 maanden | ||
Vanaf 2035 | 60 jaar oud | ||
(ii) Laagste pensioenleeftijd vanaf 2024 (van toepassing op bepaalde gevallen)
Werknemers in de volgende gevallen kunnen met pensioen gaan op een lagere leeftijd, maar niet meer dan 5 jaar ouder dan de pensioengerechtigde leeftijd onder normale arbeidsomstandigheden zoals vermeld in punt (i) op het moment van pensionering, tenzij de wet anders bepaalt:
- Werknemers die 15 jaar of langer in zware, giftige, gevaarlijke of bijzonder zware, giftige, gevaarlijke banen hebben gewerkt, die op de lijst van het Ministerie van Arbeid, Oorlogsinvaliden en Sociale Zaken staan.
- Werknemers die 15 jaar of langer in gebieden met bijzonder moeilijke sociaal-economische omstandigheden hebben gewerkt, met inbegrip van de werktijd in gebieden met een regionale toeslagcoëfficiënt van 0,7 of hoger vóór 1 januari 2021.
- Werknemers met een verminderde arbeidscapaciteit van 61% of meer.
- Werknemers met een totale werktijd van zware, toxische, gevaarlijke of bijzonder zware, toxische, gevaarlijke banen op de lijst uitgegeven door het Ministerie van Arbeid - Invaliden en Sociale Zaken en werktijd in gebieden met bijzonder moeilijke sociaal-economische omstandigheden, met inbegrip van werktijd op plaatsen met een regionale toeslagcoëfficiënt van 0,7 of hoger vóór 1 januari 2021, van 15 jaar of meer.
De laagste pensioenleeftijd van werknemers vanaf 2024 wordt in één van de bovenstaande gevallen doorgevoerd volgens onderstaande tabel:
Mannelijke werknemers | Vrouwelijke werknemers | ||
Jaar van pensioen | Laagste pensioenleeftijd | Jaar van pensioen | Laagste pensioenleeftijd |
2024 | 56 jaar oud | 2024 | 51 jaar en 4 maanden |
2025 | 56 jaar en 3 maanden oud | 2025 | 51 jaar en 8 maanden |
2026 | 56 jaar en 6 maanden | 2026 | 52 jaar oud |
2027 | 56 jaar en 9 maanden | 2027 | 52 jaar en 4 maanden |
Vanaf 2028 | 57 jaar oud | 2028 | 52 jaar en 8 maanden |
2029 | 53 jaar oud | ||
2030 | 53 jaar en 4 maanden | ||
2031 | 53 jaar en 8 maanden | ||
2032 | 54 jaar oud | ||
2033 | 54 jaar en 4 maanden oud | ||
2034 | 54 jaar en 8 maanden | ||
Vanaf 2035 | 55 jaar oud | ||
Daarnaast kunnen werknemers met pensioen gaan op een leeftijd die hoger ligt dan de pensioenleeftijd onder normale arbeidsomstandigheden, indien zij met de werkgever overeenkomen om door te werken na de pensioenleeftijd zoals vermeld in punt (i). Beëindiging van de arbeidsovereenkomst en afwikkeling van het socialezekerheidsstelsel voor werknemers in dit geval worden uitgevoerd in overeenstemming met de bepalingen van artikel 3, hoofdstuk III van de Arbeidswet 2019 en de bepalingen van de wet op de sociale verzekeringen.
Overeenkomstig: Artikel 169 van de Arbeidswet 2019; Artikelen 4, 5 en 6 van Decreet 135/2020/ND-CP.
Bron






Reactie (0)