Veel gemeenten zijn van mening dat het noodzakelijk is om autoriteit en initiatief bij het werven en inzetten van leraren te delegeren aan onderwijsbeheersinstanties , in plaats van de huidige realiteit.
De heer Thai Van Thanh, directeur van het Departement van Onderwijs en Opleiding van de provincie Nghe An, gaf een toelichting op het huidige staatsbeheer van leraren in de regio en zei dat het Departement van Onderwijs en Opleiding jaarlijks, op basis van het door het Provinciaal Volkscomité goedgekeurde school- en klassenontwikkelingsplan, samenwerkt met het Departement van Binnenlandse Zaken. De planning wordt gebaseerd op het aantal medewerkers conform de regelgeving van het Ministerie van Onderwijs en Opleiding, de toewijzingsquota van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en het Centraal Organisatiecomité. De planning wordt vervolgens ter goedkeuring voorgelegd aan het Provinciaal Volkscomité en de Provinciale Volksraad en er worden personeelsquota aan de eenheden toegewezen.
Op basis van het aantal werknemers en de toegewezen arbeidscontracten en het onderwijsprogramma van elk vakgebied bepalen de eenheden de behoefte aan opvang en werving en sturen dit ter beoordeling naar het ministerie van Binnenlandse Zaken. Dit dient vervolgens te worden voorgelegd aan de voorzitter van het Provinciaal Volkscomité ter goedkeuring van het opvang- en wervingsplan voor leraren voor elk schooljaar.
Volgens de heer Thanh brengt die realiteit moeilijkheden en beperkingen met zich mee bij het plannen van de ontwikkeling van personeel, selectie, inzet, management, training, stimulering, evaluatie, classificatie en implementatie van voorkeursbehandeling voor leraren.
Meer specifiek, aldus de heer Thanh, zijn, naast de functies en taken van het Ministerie van Onderwijs en Opleiding zoals vastgelegd in Decreet nr. 127/2018/ND-CP, de functies en taken van het Ministerie van Binnenlandse Zaken vastgelegd in Decreet nr. 37/2014/ND-CP als "personeelsmanagement". Daarom wijzen de meeste volkscomités op districtsniveau het Ministerie van Binnenlandse Zaken aan om de voorzitter van het volkscomité op districtsniveau voor te zitten en te adviseren bij het werven, aannemen, overplaatsen en benoemen van leraren.
Dit beperkt de adviserende rol van het ministerie van Onderwijs en Vorming op het gebied van expertise, wat leidt tot lokale overschotten en tekorten; de personeelsbezetting (kwantiteit, kwaliteit, structuur) hangt af van de verantwoordelijkheid van de districtsleiders. Hoewel het implementatiemechanisme in elk district anders is, zijn de omstandigheden, middelen en werkomgeving ook anders.
De wet- en besluitdocumenten bevatten geen regelgeving over de overplaatsing van ambtenaren tussen aangesloten eenheden. Bij de overplaatsing van ambtenaren van een eenheid met een overschot naar een eenheid met een tekort moeten zij worden gedetacheerd. Gedetacheerde ambtenaren die een salaris ontvangen van de uitzendende eenheid, krijgen problemen wanneer er beleidsverschillen zijn tussen eenheden (voorkeursbehandeling, regio, bijdragen aan verplichtingen bij de ontvangende eenheid, ...).
"De decentralisatie van de bestuursregels leidt ertoe dat het niet mogelijk is om leraren van het ene district naar het andere over te plaatsen om kwantiteit, kwaliteit en structuur te waarborgen. Bovendien is het lastig om leraren van het ene district naar het andere of van de ene provincie naar de andere te krijgen om omstandigheden te creëren waarin leraren met een gerust hart kunnen werken en hun gezinnen kunnen rationaliseren", aldus de heer Thanh.
De heer Thanh stelde voor dat de planning van het onderwijzend personeel consistent en op de lange termijn moet zijn, waarbij het initiatief van onderwijsmanagementinstanties op alle niveaus wordt gewaarborgd. Tegelijkertijd moet de werving en benoeming van leraren worden vernieuwd.
Wat betreft de werving stelde de heer Thanh voor om de inhoud, vorm en vereisten van de arbeidsvoorwaarden en wervingsnormen specifiek voor leraren te reguleren, om zo de geschiktheid voor de kenmerken van het beroep te waarborgen, de administratieve vereisten te verminderen en de vereisten en beoordelingen van pedagogische capaciteiten te versterken.
Wat betreft de wervingsbevoegdheid, is het noodzakelijk om de werving te decentraliseren naar onderwijsinstellingen als zij aan de eisen voldoen. Indien zij niet aan de eisen voldoen, zal de onderwijsinstelling die rechtstreeks verantwoordelijk is voor de werving, de werving uitvoeren.
Om leraren effectief in te zetten en om de bevoegdheid te hebben om leraren aan te stellen, toe te wijzen en te verplaatsen tussen onderwijsinstellingen, is het volgens de heer Thanh noodzakelijk om de verantwoordelijkheid en het initiatief te delegeren aan onderwijsmanagementorganisaties op alle niveaus.
De heer Vu A Bang, vicevoorzitter van het provinciaal volkscomité van Dien Bien, gaf aan dat het lokale onderwijsmanagement nog steeds enkele beperkingen en tekortkomingen kent. Met name het salarisbeheer overlapt nog steeds tussen de instanties voor interne zaken en onderwijs. De onderwijssector krijgt de volledige salarisadministratie toegewezen, terwijl de wervingsbevoegdheid bij de instantie voor interne zaken ligt.
Volgens de huidige decentralisatievoorschriften beheert het ministerie van Onderwijs en Opleiding rechtstreeks het personeel van middelbareschoolleraren in het gebied; de overige onderwijsniveaus vallen onder de functies en taken van het districtsdepartement van Onderwijs en Opleiding, dat rechtstreeks wordt beheerd door het districtscomité van Volksvertegenwoordigers. De onderwijssector is daarom niet proactief in het toewijzen, mobiliseren en regelen van de inzet (werving, detachering, enz.) van onderwijzend personeel, met name van de kleuterschool tot en met de middelbare school, voor het uitvoeren van jaarlijkse taken.
"Een kleuterschool in district A heeft bijvoorbeeld een tekort aan leerkrachten in het schooljaar 2024-2025, maar de onderwijssector kan geen kleuterleidsters uit district B mobiliseren of overplaatsen om versterking te krijgen; vanwege het bestuur, maar ook vanwege het beleid dat wordt beheerd door het ministerie van Onderwijs en Opleiding en het Volkscomité van district B", aldus de heer Bang.
De heer Bang stelde ook voor om het beheer van leraren en onderwijsadministrateurs te decentraliseren om consistentie in werving, inzet en beheer te waarborgen, van centraal tot lokaal niveau. De bevoegdheid om het beheer van leraren op provinciaal niveau te beheren, ligt met name bij het ministerie van Onderwijs en Opleiding; indien nodig valt de landelijke regulering van leraren onder het ministerie van Onderwijs en Opleiding.
Het geven van het initiatief aan de onderwijssector bij het werven en inzetten van leraren is ook een van de opvallende nieuwe punten die het Ministerie van Onderwijs en Opleiding voorstelt in het wetsontwerp over leraren (dat ter beoordeling aan de 15e Nationale Vergadering zal worden voorgelegd tijdens de 8e zitting).
Het wetsontwerp inzake leraren delegeert het recht om leraren te werven en in te zetten aan de onderwijssector.
Voordelen voor leraren in het ontwerp van de Wet op het lerarenberoep
Ministerie van Onderwijs en Opleiding legt voorstel uit om geen informatie over overtredingen van leraren openbaar te maken totdat er een conclusie is getrokken
Bron: https://vietnamnet.vn/can-giao-quyen-tuyen-dung-giao-vien-cho-nganh-giao-duc-2340319.html
Reactie (0)