In een verklaring die op 15 februari door het persbureau KCNA werd gepubliceerd, zei mevrouw Kim Yo-jong, een hoge functionaris van de Koreaanse Arbeiderspartij, dat de problemen met betrekking tot Japanners die in het verleden door Noord-Korea zijn vastgehouden, zijn opgelost.
Zij benadrukte dat het bezoek van premier Kishida alleen kon plaatsvinden als deze kwestie niet als een obstakel voor de bilaterale betrekkingen werd gezien.
Kim Yo-jong, zus van de Noord-Koreaanse leider Kim Jong-un
Japan en Noord-Korea onderhouden geen formele diplomatieke betrekkingen. In een recente verklaring zei premier Kishida dat hij de mogelijkheid overwoog om leider Kim Jong-un te ontmoeten om de kwestie van de in de jaren 70 en 80 ontvoerde burgers op te lossen.
De zus van Kim Jong-un zei dat de opmerkingen van de Japanse premier als positief konden worden beschouwd als ze gericht waren op het ontwikkelen van bilaterale betrekkingen. "Als Japan een politieke beslissing neemt om een nieuwe weg te openen voor het verbeteren van de betrekkingen, gebaseerd op wederzijds respect en respectvol gedrag, denk ik dat de twee landen een nieuwe toekomst kunnen openen", aldus Kim Yo-jong.
Mevrouw Kim benadrukte echter dat dit slechts haar persoonlijke observatie was en dat de Noord-Koreaanse leider, voor zover zij wist, geen specifieke plannen had met betrekking tot de betrekkingen met Japan en ook niet van plan was contact op te nemen met Tokio.
Japan is een van de landen die Noord-Korea's beleid om kernwapens en ballistische raketten te ontwikkelen, scherp bekritiseert. Tokio is daarentegen ook door Pyongyang bekritiseerd vanwege de alliantie met de VS en de veiligheidssamenwerking met Zuid-Korea.
Volgens Yonhap superviseerde Kim Jong-un op 14 februari de testlancering van Noord-Korea's nieuwe land-naar-zee raket, Padasuri-6 genaamd. De raket vloog ongeveer 23 minuten en 20 seconden en raakte zijn doel. Een dag eerder maakte het Zuid-Koreaanse leger bekend dat het Noord-Korea meerdere kruisraketten had gedetecteerd vanuit de oostelijke havenstad Wonsan.
Ook in het bovengenoemde geval gaf de heer Kim de politie opdracht om geweld te gebruiken tegen Zuid-Koreaanse schepen als zij zouden ontdekken dat er inbreuken op Noord-Koreaanse wateren plaatsvonden.
Bronlink






Reactie (0)