Het Ministerie van Binnenlandse Zaken heeft de officiële kennisgeving 7644/BNV-CCVC uitgegeven, waarin de werving en salarisregeling van ambtenaren als commandanten, plaatsvervangende commandanten en assistenten van militaire commando's op gemeentelijk niveau wordt geregeld - Illustratieve foto
Het Ministerie van Binnenlandse Zaken zei dat volgens Wet nr. 98/2025/QH15 tot wijziging en aanvulling van een aantal artikelen van 11 wetten inzake militaire en nationale defensie (van kracht vanaf 1 juli 2025) tot wijziging en aanvulling van een aantal artikelen van de Wet op de militie en zelfverdedigingskrachten nr. 48/2019/QH14, de commandant, de plaatsvervangend commandant en de assistent van het militaire commando op gemeentelijk niveau ambtenaren zijn.
Om de wervings- en salarisregeling voor ambtenaren die commandant, plaatsvervangend commandant en assistent van het militaire commando op gemeentelijk niveau zijn, uit te voeren in overeenstemming met de bepalingen van de wet op ambtenaren en de wet op milities en zelfverdedigingskrachten, en na overleg met de relevante instanties, terwijl de bevoegde autoriteit nog geen afzonderlijk aanpassingsdocument heeft uitgegeven voor commandanten, plaatsvervangend commandanten en assistenten van het militaire commando op gemeentelijk niveau, verzoekt het ministerie van Binnenlandse Zaken de volkscomités van provincies en centraal bestuurde steden om de implementatie te harmoniseren overeenkomstig de instructies.
Specifiek met betrekking tot de functies van Commandant, Plaatsvervangend Commandant, Assistent van het Militair Commando op gemeentelijk niveau: Uitvoeren overeenkomstig de aanwijzingen in Officiële Verzending nr. 7415/BNV-CCVC van 31 augustus 2025 van het Ministerie van Binnenlandse Zaken.
Wat betreft de werving, zijn volgens clausule 9, artikel 10 van Wet nr. 98/2025/QH15 de commandant, de plaatsvervangend commandant en de assistent van het Commune Military Command ambtenaren. Derhalve vindt de werving in deze gevallen plaats in overeenstemming met de bepalingen van Wet op Kaders en Ambtenaren nr. 80/2025/QH15 en Besluit nr. 170/2025/ND-CP, met uitzondering van degenen die momenteel kaders en ambtenaren zijn.
De bevoegdheid om de commandant, plaatsvervangend commandant en assistent van het militaire commando op gemeentelijk niveau te benoemen; de normen inzake opleidingskwalificaties en taken van de commandant, plaatsvervangend commandant en assistent van het militaire commando op gemeentelijk niveau moeten voldoen aan de bepalingen van de Wet op de militie en zelfverdedigingskrachten nr. 48/2019/QH14 (tot wijziging en aanvulling van een aantal artikelen van Wet nr. 98/2025/QH15), het besluit van de regering en de richtlijnen van het Ministerie van Nationale Defensie inzake de uitvoering van de Wet op de militie en zelfverdedigingskrachten; het aantal plaatsvervangende commandanten en assistenten van het militaire commando op gemeentelijk niveau moet voldoen aan de bepalingen van clausule 2, artikel 5 van besluit nr. 220/2025/ND-CP.
Principes van personeelsregeling
Volgens het Ministerie van Binnenlandse Zaken zal vanaf 1 juli 2025, bij de invoering van de organisatie van het lokale bestuur op twee niveaus en de invoering van de nieuwe regelgeving van de Wet op Kaders en Ambtenaren 2025, de Wet op Milities en Zelfverdedigingskrachten 2019 (tot wijziging en aanvulling van een aantal artikelen van Wet nr. 98/2025/QH15), de indeling van de functies van Commandant, Plaatsvervangend Commandant en Assistent van het Militaire Commando op gemeentelijk niveau (nieuw) plaatsvinden.
In het geval dat de commandant van het militaire commando op gemeentelijk niveau (oud) een ambtenaar op gemeentelijk niveau is overeenkomstig de bepalingen van de Wet op kaders en ambtenaren 2008 (gewijzigd en aangevuld in 2019), wordt hij/zij, wanneer hij/zij wordt overwogen en benoemd voor de functie van commandant, plaatsvervangend commandant, assistent van het militaire commando op gemeentelijk niveau bij het militaire commando op gemeentelijk niveau (nieuw), omgezet in een ambtenaar overeenkomstig de bepalingen van de Wet op kaders en ambtenaren 20254 als hij/zij voldoet aan de normen op opleidingsniveau zoals voorgeschreven in artikel 26 van de Wet op milities en zelfverdedigingskrachten 2019 (gewijzigd en aangevuld in clausule 13, artikel 10 van Wet nr. 98/2025/QH15).
In het geval dat u een ander kaderlid of ambtenaar bent die naar verwachting wordt toegewezen aan de positie van Commandant, Plaatsvervangend Commandant, Assistent van het Militair Commando op gemeentelijk niveau (nieuw), is het niet nodig om het wervings- en toelatingsproces voor de ambtenarij uit te voeren volgens de bepalingen van de Wet op Kaders en Ambtenaren 2025 en Besluit nr. 170/2025/ND-CP, maar moet u voldoen aan de normen op opleidingsniveau zoals voorgeschreven in Artikel 26 van de Wet op Milities en Zelfverdedigingskrachten 2019 (gewijzigd en aangevuld in Clausule 13, Artikel 10 van Wet nr. 98/2025/QH15).
Gevallen die geen kaderleden of ambtenaren zijn en naar verwachting worden toegewezen aan de posities van Commandant, Plaatsvervangend Commandant of Assistent van het Militaire Commando op gemeentelijk niveau (nieuw), moeten het wervings- en toelatingsproces voor de ambtenarij volgen in overeenstemming met de bepalingen van de Wet op Kaders en Ambtenaren 2025 en Besluit nr. 170/2025/ND-CP.
Op basis daarvan zullen de benoeming en beoordeling van de commandant, de plaatsvervangend commandant en de assistent van het militaire commando op gemeentelijk niveau (nieuw) plaatsvinden in overeenstemming met de bepalingen van de Wet op de militie en zelfverdedigingskrachten van 2019 (gewijzigd en aangevuld door Wet nr. 98/2025/QH15), het besluit van de regering en de richtlijnen van het Ministerie van Defensie inzake de implementatie van de Wet op de militie en zelfverdedigingskrachten. De normen voor opleidingskwalificaties zijn vastgelegd in artikel 26 van de Wet op de militie en zelfverdedigingskrachten van 2019 (gewijzigd en aangevuld door clausule 13, artikel 10 van Wet nr. 98/2025/QH15).
Wat betreft de salarisclassificatie voor commandanten, plaatsvervangende commandanten en assistenten van het militaire commando op gemeentelijk niveau (nieuw), geldt dat zij in de gevallen waarin de salarissen momenteel worden geclassificeerd volgens de professionele en technische salarisschalen voor ambtenaren en overheidsmedewerkers zoals voorgeschreven in Besluit nr. 204/2004/ND-CP, hun salarissen blijven ontvangen volgens de geclassificeerde rangen en graden.
Indien het salaris wordt vastgesteld volgens de salaristabel voor militaire rangen van officieren van het volksleger; officieren, onderofficieren van de volkspolitie en cryptografie, of indien het salaris wordt vastgesteld volgens de salaristabel voor beroepsmilitairen van het volksleger en technische specialisten van de volkspolitie of volgens de salaristabellen voor mensen die cryptografisch werk verrichten, voer dan voor elk geval dienovereenkomstig uit volgens de instructies in Clausule 6, Clausule 7, Sectie III van Circulaire nr. 79/2005/TT-BNV.
In de gevallen die niet onder de punten a en b van dit artikel vallen, is de berekeningsmethode van punt a, artikel 10 van circulaire nr. 79/2005/TT-BNV van toepassing.
Dienovereenkomstig, op basis van de werktijd overeenkomstig de wettelijke bepalingen in overeenstemming met de vereisten inzake professionele kwalificaties van de functie van Commandant, Plaatsvervangend Commandant, Assistent van het Militair Commando op gemeentelijk niveau (nieuw), die verplichte sociale verzekering heeft betaald (indien niet continu en nog geen eenmalige sociale verzekeringsuitkeringen heeft ontvangen, worden deze geaccumuleerd), ingedeeld in de salarisschaal in de categorie van specialist - ambtenaar type A1 (indien met universitair diploma) of ambtenaar type A0 (indien met hbo-diploma) voorgeschreven in de tabel Professionele en technische salarissen voor kaders en ambtenaren in overheidsagentschappen (Tabel 2) uitgevaardigd bij Besluit nr. 204/2004/ND-CP volgens het principe: Vanaf niveau 1, elke 3 jaar (volledige 36 maanden) wordt geclassificeerd tot salarisschaal 01; Na het omrekenen van de tijd naar de rang in de salarisschaal in de overheidsdienst, als er minder dan 36 maanden zijn, worden deze maanden meegeteld als de tijd om te overwegen de salarisschaal de volgende keer te verhogen of om te overwegen anciënniteitstoelage te ontvangen die boven het kader ligt (indien van toepassing).
Thu Giang
Bron: https://baochinhphu.vn/huong-dan-bo-tri-xep-luong-cho-cong-chuc-ban-chi-huy-quan-su-cap-xa-102250910113437611.htm
Reactie (0)