Volgens het wetsontwerp inzake de strijdkrachten die deelnemen aan de bewaking van de openbare orde en veiligheid op lokaal niveau, is bepaald dat elk bewakings- en ordebeschermingsteam de leiding kan hebben over één of meerdere dorpen of woongroepen. Hierdoor kan het totale aantal bewakings- en ordebeschermingsteams worden verminderd, wat resulteert in een verlaging van het totale beveiligingsbudget. Met bovenstaande schatting zal er dus geen toename zijn in het aantal deelnemers en geen toename in het totale beveiligingsbudget ten opzichte van de huidige praktijk.
De zesde sessie werd voortgezet op 27 oktober in de ochtend in het Huis van de Nationale Vergadering , onder voorzitterschap van de voorzitter van de Nationale Vergadering, Vuong Dinh Hue. In de aula werden een aantal onderwerpen besproken met verschillende meningen over het wetsontwerp over de strijdkrachten die deelnemen aan de handhaving van de veiligheid en orde op lokaal niveau.
De vicevoorzitter van de Nationale Vergadering, Tran Quang Phuong, leidde de vergadering.
In zijn verslag over de uitleg, ontvangst en herziening van het wetsontwerp stelde de voorzitter van de Nationale Defensie- en Veiligheidscommissie, Le Tan Toi, dat, wat betreft de reikwijdte van de regelgeving, in sommige opinies werd voorgesteld de reikwijdte van de regelgeving van de wet uit te breiden tot alle vrijwillige en zelfsturende politiemachten die deelnemen aan de ondersteuning van de politie op gemeentelijk niveau. Het Permanent Comité van de Nationale Vergadering stelde vast dat de Grondwet van 2013, de Wet op de Openbare Volksveiligheid en vele andere juridische documenten bepalen dat alle burgers de plicht hebben om deel te nemen aan de bescherming van de nationale veiligheid, orde en sociale veiligheid; basismachten hebben de verantwoordelijkheid om deel te nemen aan en de openbare volksveiligheid te ondersteunen bij het uitvoeren van de taak van het beschermen van veiligheid en orde. Regelmatige, kernondersteuning met een implementatieproces op lange termijn in het hele land wordt echter slechts door drie politiemachten gebruikt: de civiele veiligheidsmacht, de militie en de semi-professionele politie op gemeentelijk niveau. Daarom stelde het Permanent Comité van de Nationale Vergadering voor dat de Nationale Vergadering de reikwijdte van de regelgeving van de wet niet zou uitbreiden.
Wat betreft de positie en functie van de politiemacht die deelneemt aan de bescherming van veiligheid en orde op lokaal niveau, heeft het Permanent Comité van de Nationale Vergadering, rekening houdend met bovenstaande standpunten, de toevoeging van artikel 2 bevolen om het concept van de politiemacht die deelneemt aan de bescherming van veiligheid en orde op lokaal niveau te verduidelijken als een politiemacht die door de overheid is opgericht op basis van vrijwillige deelname van de bevolking. De positie en functie in artikel 3 moeten worden aangepast om duidelijker aan te geven dat het hier gaat om een massamacht die op lokaal niveau is georganiseerd, met als kernfunctie het ondersteunen van de politiemacht bij het uitvoeren van de taak om veiligheid en orde te beschermen, en het opbouwen van een beweging voor de gehele bevolking om de nationale veiligheid op lokaal niveau te beschermen.
De voorzitter van het Nationaal Defensie- en Veiligheidscomité, Le Tan Toi, bracht verslag uit tijdens de vergadering.
Met betrekking tot de taken van de strijdkrachten die deelnemen aan de handhaving van de veiligheid en orde op lokaal niveau, zei Le Tan Toi, voorzitter van het Nationaal Comité voor Defensie en Veiligheid, dat de strijdkrachten die deelnemen aan de handhaving van de veiligheid en orde op lokaal niveau vrijwillige massastrijdkrachten zijn die geselecteerd zijn om deel te nemen aan de handhaving van de veiligheid en orde, geen managementfuncties vervullen en niet tot het staatsapparaat behoren. De aard van hun activiteiten is echter om deel te nemen aan de ondersteuning onder leiding, opdracht en directe leiding van de politie op gemeentelijk niveau. Het is daarom onredelijk om de bevoegdheden en wettelijke verantwoordelijkheden van deze strijdkracht vast te leggen. De verantwoordelijkheden van relevante instanties, organisaties en personen bij de handhaving van de veiligheid en orde zijn vastgelegd in de Grondwet, de Wet op de Nationale Veiligheid, de Wet op de Openbare Volksveiligheid en andere relevante juridische documenten.
Wat betreft de indeling van de strijdkrachten, titels, erkenning van titels en de oprichting van Veiligheids- en Ordebeschermingsteams, heeft het Permanent Comité van de Nationale Vergadering artikel 13 van het door de regering ingediende wetsontwerp opgesplitst in drie afzonderlijke artikelen. Er zijn duidelijkere regels toegevoegd over de indeling van de strijdkrachten, titels, erkenning van titels en de oprichting van Veiligheids- en Ordebeschermingsteams om strikte handhaving te garanderen. Het Provinciaal Volkscomité zal het maximale aantal leden van het Veiligheids- en Ordebeschermingsteam en het aantal posities van het Veiligheids- en Ordebeschermingsteam in dorpen en woongemeenschappen bepalen om te waarborgen dat deze voldoen aan de veiligheids- en ordesituatie, de sociaaleconomische omstandigheden van de regio en aan de criteria die door de Provinciale Volksraad zijn vastgesteld.
Afgevaardigden die de vergadering bijwonen.
In sommige opinies werd voorgesteld om de organisatie en consolidatie van troepen die deelnemen aan de bewaking van de veiligheid en orde op lokaal niveau te overwegen, om zo het personeelsbestand niet te vergroten, geen overlapping van functies en taken met andere troepen te voorkomen en geen administratieve procedures te creëren. Naar aanleiding van de opinies van afgevaardigden van de Nationale Assemblee gaf het Permanent Comité van de Nationale Assemblee opdracht tot herziening en aanpassing van de regelgeving inzake de organisatie, consolidatie en inzet van troepen in overeenstemming met de situatie, de vereisten voor het waarborgen van veiligheid en orde, en de sociaaleconomische omstandigheden van elke regio; vereenvoudiging van de procedures voor het opzetten van teams en erkenning van de posities van de teams voor de bewaking van de veiligheid en orde; herziening van functies en taken om overlapping met andere troepen te voorkomen en de haalbaarheid te waarborgen.
Wat betreft de operationele begroting en de materiële voorzieningen van de politiemacht die op lokaal niveau de veiligheid en orde bewaakt, werd in veel reacties gepleit voor een gedetailleerder evaluatierapport over de organisatie en de begroting bij de oprichting van de politiemacht die op lokaal niveau de veiligheid en orde bewaakt. Er werd gesteld dat het aantal niet mag worden beperkt tot ongeveer 300.000 mensen, zoals vermeld in het door de regering ingediende wetsontwerp, en dat de begroting en het garantiebudget zullen toenemen. Er werd gevraagd om specifieke gegevens om aan te tonen dat "er geen sprake is van een toename in personeel" en "geen toename in de begroting" vergeleken met de huidige praktijk.
Zitting van de Nationale Assemblee op de ochtend van 27 oktober.
Volgens het overheidsrapport nemen er momenteel landelijk 298.688 mensen deel aan de activiteiten van de civiele beschermingsmacht. De semi-professionele gemeentelijke politiemacht wordt nog steeds ingezet, evenals de functies van kapitein en plaatsvervangend kapitein van het civiele beschermingsteam. Volgens de huidige regelgeving betalen gemeenten landelijk ongeveer 3,57 miljard VND per jaar (berekend op basis van het nieuwe basissalaris) voor de organisatie, de werking, het regime, het beleid en de operationele omstandigheden van deze strijdkrachten.
In december 2022 waren er landelijk 84.721 dorpen en woongroepen. Als elk dorp en elke woongroep een Veiligheids- en Ordebeschermingsteam opricht, met 84.721 Veiligheids- en Ordebeschermingsteams, dan zijn er minimaal 254.163 deelnemers nodig (elk team heeft minimaal 3 personen nodig) en bedraagt het geschatte totale budget dat nodig is om de implementatie te garanderen volgens de bepalingen van het wetsontwerp 3,505 miljard VND/jaar. Omdat het wetsontwerp echter bepaalt dat elk Veiligheids- en Ordebeschermingsteam de leiding kan hebben over één of meerdere dorpen en woongroepen, kan het totale aantal Veiligheids- en Ordebeschermingsteams afnemen, wat resulteert in een afname van het totale budget. Met bovenstaande schatting zal er dus geen toename zijn in het aantal deelnemers en geen toename van het totale budget in vergelijking met de huidige praktijk.
Bovendien heeft het Permanent Comité van de Nationale Vergadering opdracht gegeven om de regeling te schrappen dat gemeenten met begrotingsproblemen steun ontvangen uit de centrale begroting. Daarmee wordt gezorgd voor consistentie met de bepalingen van de wet op de staatsbegroting.
Bron






Reactie (0)