Onlangs heeft de Nationale Vergadering een wet aangenomen die een aantal artikelen van 11 wetten op militair en defensiegebied wijzigt en aanvult, waaronder de Wet op de Civiele Bescherming.

Daarom wordt civiele bescherming niveau 1 toegepast om te reageren op en de gevolgen van incidenten en rampen binnen het gemeentelijk gebied te boven te komen, wanneer de ontwikkelingen en de omvang van de schade door incidenten en rampen de capaciteit en omstandigheden te boven gaan om te reageren en de gevolgen te boven te komen van gespecialiseerde en parttime strijdkrachten en andere strijdkrachten binnen het gemeentelijk gebied.

Civiele bescherming niveau 2 wordt toegepast om te reageren op en de gevolgen van incidenten en rampen binnen het provinciale gebied te boven te komen, wanneer de ontwikkelingen en de omvang van de schade door incidenten en rampen de capaciteit en de omstandigheden van de lokale autoriteiten op gemeentelijk niveau om te reageren en de gevolgen te boven te komen, te boven gaan.

W-Incidentoefening MT_5435.jpg
Nationale oefening voor civiele bescherming in reactie op milieu-incidenten. Foto: Pham Hai

Civiele bescherming niveau 3 wordt toegepast om te reageren op en de gevolgen van incidenten en rampen in een of meerdere provincies of centraal bestuurde steden te boven te komen, wanneer de ontwikkelingen en de omvang van de schade door incidenten en rampen de capaciteit en de omstandigheden om te reageren en de gevolgen te boven te komen van de lokale autoriteiten op provinciaal niveau te boven gaan.

De nieuwe wet bepaalt dat de voorzitter van het Volkscomité op gemeentelijk niveau de civiele bescherming op niveau 1 in het gebied onder zijn beheer afkondigt of afschaft. Volgens de oude wet was het op niveau 1 de voorzitter van het Volkscomité op districtsniveau die de civiele bescherming afkondigde of afschafte. Nadat het districtsniveau was opgeheven, werd deze bevoegdheid overgedragen aan de voorzitter op gemeentelijk niveau.

De voorzitter van de gemeente is bevoegd te beslissen welke maatregelen er moeten worden genomen: het evacueren van personen en goederen uit gevaarlijke gebieden; het zorgen voor middelen, persoonlijke beschermingsmiddelen, voedsel, medicijnen, drinkwater en andere essentiële levensbehoeften voor de mensen in gebieden waar incidenten en rampen plaatsvinden; het verbieden of beperken van de toegang van personen en voertuigen tot gevaarlijke gebieden; het voorkomen en bestrijden van branden en explosies; het waarborgen van de veiligheid en orde in gebieden waar incidenten en rampen plaatsvinden.

De voorzitters van de gemeenten en provincies moeten de situatie met betrekking tot incidenten en rampen regelmatig monitoren.

Voordat de wet door de Nationale Assemblee werd aangenomen, waren er meningen die voorstelden om de regelgeving over civiele bescherming niveau 1 en civiele bescherming niveau 2 te herzien en aan te vullen. De regelgeving in het wetsontwerp was niet duidelijk en specifiek, wat tot verschillende interpretaties of moeilijkheden bij het onderscheiden van de niveaus kon leiden.

De regering stelde ten aanzien van deze kwestie dat de voorwaarden en criteria voor het uitroepen van niveau 1 voor civiele bescherming incidenten of rampen zijn die zich voordoen of dreigen voor te doen op gemeentelijk niveau en die de respons- en herstelcapaciteit van gespecialiseerde en parttime strijdkrachten en andere strijdkrachten op gemeentelijk niveau te boven gaan.

Wanneer zich een incident, ramp of het risico op een incident of ramp voordoet en de civiele bescherming niveau 1 niet is uitgeroepen, reageren de strijdkrachten overeenkomstig de gespecialiseerde wetten (Wet op de preventie en bestrijding van natuurrampen; Wet op de preventie en bestrijding van infectieziekten).

Indien de reactie- en herstelmaatregelen volgens deze gespecialiseerde wet niet effectief zijn, zijn er strengere maatregelen nodig. Deze kunnen zelfs de mensenrechten en burgerrechten beperken of meer middelen mobiliseren om te reageren. De voorzitter van de gemeente moet dan niveau 1 van de civiele bescherming vaststellen. Op die manier heeft hij een basis voor het toepassen van strengere en effectievere maatregelen en het mobiliseren van meer middelen om te voldoen aan de vereisten voor het reageren op incidenten en rampen.

De voorwaarden en criteria voor het uitroepen van niveau 2 civiele bescherming zijn dat er zich een incident of ramp voordoet of dreigt voor te doen in een of meerdere gemeenten binnen de provincie. Indien de respons- en herstelcapaciteit van de lokale gemeentelijke autoriteiten de capaciteit en de voorwaarden van de provinciale voorzitter te boven gaat, verklaart de provinciale voorzitter niveau 2 civiele bescherming.

De wet blijft de drie niveaus van civiele bescherming reguleren, voortbouwend op de bepalingen van de oude wet om het beleid en de standpunten van de Partij inzake civiele bescherming tot 2030 en de daaropvolgende jaren te institutionaliseren.

De civiele bescherming moet met name proactief zijn en op afstand worden voorbereid, voordat oorlogen, rampen, incidenten, natuurrampen en epidemieën zich voordoen. Er moet nauw worden samengewerkt tussen niveaus, sectoren, strijdkrachten en de gehele bevolking om proactief te voorkomen, snel te reageren en dringend en effectief te overwinnen. Het motto "vier ter plaatse" moet goed worden geïmplementeerd in combinatie met steun van de centrale overheid, andere regio's en de internationale gemeenschap.

Uit het bovenstaande concludeert de regering dat de criteria voor het vaststellen van de niveaus 1 en 2 van de civiele bescherming specifiek, duidelijk en eenvoudig toe te passen zijn. Tegelijkertijd worden de voorzitters van de gemeenten en provincies verantwoordelijk gesteld voor het regelmatig monitoren van de situatie met betrekking tot incidenten, rampen en de activiteiten van de civiele beschermingstroepen in het gebied.

Bron: https://vietnamnet.vn/chu-tich-xa-duoc-ban-bo-phong-thu-dan-su-2415763.html