14:25, 5 juni 2023
In het kader van de 5e sessie bespraken de afgevaardigden op de ochtend van 5 juni, na het beluisteren van de presentaties en rapporten in de vergaderzaal over de herziening van het wetsontwerp inzake kredietinstellingen (gewijzigd) en het wetsontwerp inzake huisvesting (gewijzigd), in groepen het wetsontwerp inzake huisvesting (gewijzigd).
Tijdens de groepsdiscussies bleek dat de meeste meningen het erover eens waren dat er een wet moet komen, maar dat het nodig is om de voordelen van sociale huisvestingsbeleid voor werknemers in bedrijfsclusters uit te breiden.
De afgevaardigden waren van mening dat het ontwerp van het wetsdossier betrekkelijk uitgebreid en grondig was voorbereid en in grote lijnen voldeed aan de eisen van de Wet op de bekendmaking van gerechtelijke documenten. Daarnaast waren er meningen die erop wezen dat de opstellers van het wetsdossier de ontwerpdocumenten waarin de uitvoering van de wet gedetailleerd wordt beschreven, volledig moesten aanvullen en dat er onderzoek moest worden gedaan om de maximale inhoud die momenteel is vastgelegd in de subwetdocumenten te legaliseren, aangezien deze documenten duidelijk zijn, in de praktijk zijn getest en in de praktijk effectief zijn gebleken.
In een commentaar op artikel 9, artikel 3 van het wetsontwerp stelde de afgevaardigde voor dat de opsteller van het wetsvoorstel alleen de bouw van huisvesting voor werknemers in industriegebieden zou overwegen. Voor reeds aangelegde industriegebieden waar geen grond meer is om huisvesting te bouwen, zal een dergelijke rigide regelgeving zoals in het wetsontwerp in de praktijk tot problemen leiden. De afgevaardigde stelde daarom dat het mogelijk is om de inrichting en bouw van huisvesting voor werknemers binnen een bepaalde straal rond het industriegebied te reguleren, wat een grotere openheid en een effectievere implementatie in de praktijk oplevert.
Afgevaardigden nemen deel aan de discussie in groep 15. Foto: quochoi.vn |
De afgevaardigde gaf aan dat met betrekking tot de personen die recht hebben op sociale huisvestingssteun, artikel 73 van clausule 6 bepaalt dat werknemers en bedienden die werkzaam zijn bij bedrijven in industrieparken recht hebben op sociale huisvestingssteun. De afgevaardigde gaf aan dat er momenteel veel clusters van bedrijven ontstaan, die zich snel ontwikkelen en veel werknemers aantrekken. Om voldoende voorwaarden te creëren om aan de behoefte aan sociale huisvesting te voldoen, is het noodzakelijk om meer personen toe te voegen, zoals werknemers, bedienden en deskundigen die werkzaam zijn bij bedrijven in industriële clusters.
Ook in artikel 73, lid 12, is bepaald dat ondernemingen en coöperaties, overeenkomstig de bepalingen van de wet op ondernemingen en coöperaties, werknemershuisvesting verhuren om deze onder te verhuren aan werknemers in hun eenheden, conform de bepalingen in afdeling 3 van dit hoofdstuk. De afgevaardigden stelden voor om "sociale huisvesting" aan deze bepaling toe te voegen, omdat het begrip werknemershuisvesting nog niet in andere bepalingen is opgenomen.
De afgevaardigden merkten op dat momenteel wordt voorzien in de huisvestingsbehoeften van werknemers in industriegebieden, wat leidt tot investeringen in de bouw van sociale woningen conform de Woningwet van 2014. Het is van groot belang om te voorzien in de huurbehoeften van bedrijven en werknemers.
Artikel 74, lid 2 en lid 3, over de vorm van de uitvoering van het beleid ter ondersteuning van sociale huisvesting, bepaalt dat arme en bijna-arme huishoudens die in stedelijke gebieden wonen, geen recht hebben op het beleid ter ondersteuning van de huisvesting.
De afgevaardigde zei dat er in bergachtige stedelijke gebieden in werkelijkheid niet veel verschil is tussen arme en bijna-arme huishoudens op het platteland en arme en bijna-arme huishoudens in bergachtige stedelijke gebieden. Als bovenstaande regelgeving wordt toegepast, zal dit zeer nadelig zijn voor arme en bijna-arme huishoudens in bergachtige stedelijke gebieden. De afgevaardigde zei dat er meer open regelgeving nodig is, zodat alle huishoudens kunnen profiteren van sociale huisvestingssteun.
Discussiesessie bij groep 14. Foto: quochoi.vn |
Met betrekking tot grond voor de bouw van sociale woningen bepaalt artikel 80, lid 3, van het wetsontwerp het volgende: Het Volkscomité op provinciaal niveau is verantwoordelijk voor het rapporteren aan de Volksraad op hetzelfde niveau over het toewijzen van een bepaald deel van de inkomsten uit grondgebruiksvergoedingen en grondhuren van investeringsprojecten in de bouw van commerciële woningen en stedelijke gebieden in het gebied om compensatie uit te voeren, terreinopruiming (indien van toepassing) uit te voeren en te investeren in de bouw van technische infrastructuursystemen voor investeringsprojecten in de bouw van sociale woningen of te investeren in de bouw van sociale huisvestingsprojecten en huisvestingsprojecten voor werknemers in het gebied.
Afgevaardigden gaven aan dat deze bepaling onduidelijk is en het gereserveerde "bepaalde percentage" niet specifiek kwantificeert, wat leidt tot inconsistentie in de uitvoering. Daarom is het noodzakelijk om het specifieke percentage duidelijk te bepalen om duidelijkheid te scheppen in juridische documenten, zodat gemeenten de wet op een consistente en synchrone manier kunnen implementeren.
De afgevaardigde stelde ook dat de bouw van arbeiderswoningen noodzakelijk is. Tijdens de bouw moet echter rekening worden gehouden met de essentiële behoeften van de bewoners, zodat het gebied supermarkten, scholen, medische voorzieningen, sociale diensten en culturele instellingen krijgt die het leven van de arbeiders dienen en geleidelijk een langdurige woonwijk kan vormen.
Wat betreft de renovatie van appartementencomplexen wees de afgevaardigde erop dat er verschillende meningen en standpunten bestaan over het verhuizen van mensen uit oude en gevaarlijke appartementencomplexen, met name wat betreft de mate van consensus binnen de gemeenschap om de verhuizing uit te voeren. De afgevaardigde stelde voor om de bepalingen in de Wet op de Implementatie van Democratie aan de Basis te vergelijken om tot een redelijk en haalbaar percentage in de praktijk te komen.
Wat betreft het provinciale programma en plan voor woningbouwontwikkeling stemden de afgevaardigden in met de bepalingen in het wetsontwerp. De ontwikkeling van het provinciale programma en plan voor woningbouwontwikkeling vereist echter de deelname van het provinciaal Volkscomité om de huisvestingsomstandigheden voor de lokale bevolking te waarborgen. Tegelijkertijd moet er sprake zijn van een redelijke mate van interventie, geen overmatige administratieve rompslomp of te diepgaande interventie die gevolgen heeft voor de ontwikkeling van de lokale vastgoedmarkt.
De afgevaardigden stelden ook voor om de provinciale plannen en programma's voor woningbouw te herzien en deze te vergelijken met andere soorten planning die worden uitgevoerd, zoals provinciale ruimtelijke ordening en provinciale planning. Op die manier werd gezorgd voor harmonie, consistentie en het voorkomen van overlappingen of conflicten, die anders tot problemen zouden leiden in het uitvoeringsproces.
Lan Anh (synthese)
Bronlink
Reactie (0)