Het Ministerie van Transport heeft onlangs circulaire 47/2024 uitgevaardigd, waarin de procedures voor de keuring en vrijstelling van de eerste keuring voor motorvoertuigen en speciale motorfietsen en de procedures voor de keuring van uitlaatgassen voor motorfietsen en bromfietsen worden geregeld.

Volgens de huidige regelgeving geven keuringsinstanties keuringscertificaten en gele keuringsstempels uit voor bedrijfsvoertuigen en blauwe keuringsstempels voor niet-commerciële voertuigen.

De Wet op de Verkeersveiligheid, die in werking is getreden op 1 januari 2025, bepaalt echter dat bedrijfsvoertuigen voor vervoer herkenbaar zijn aan de kleur van hun kentekenplaten. Bedrijfsvoertuigen voor vervoer krijgen specifiek gele kentekenplaten. Bedrijfsvoertuigen voor vervoer hebben dus geen aparte keuringsstempelkleur nodig zoals nu het geval is.

In circulaire 47 legt het Ministerie van Transport het inspectieproces en de keuringsstempels duidelijk vast. Vanaf 1 januari 2025 ontvangen auto's die vijf inspectiefasen hebben doorstaan, namelijk: identificatie en algemeen; bovenkant van het voertuig; remwerking; milieu en tot slot inspectie van de onderkant van het voertuig, een certificaat en een keuringsstempel.

In circulaire 47 wordt duidelijk aangegeven dat er 3 soorten inspectiepapieren en stempels zijn.

Waarbij het keuringsbewijs en het groene keuringskeurmerk worden gebruikt voor motorvoertuigen die gebruikmaken van schone energie, groene energie en milieuvriendelijk zijn.

groen 1734351467525360768814.jpg

Keuringsbewijs, oranje keuringsstempel voor andere motorvoertuigen.

oranje 17343515318531195765682.jpg

Keuringsbewijs, paars-roze keuringsstempel voor gespecialiseerde motorfietsen.

timhong 17343515450121242593950.jpg

De keuringssticker wordt als volgt op het voertuig aangebracht: Bij voertuigen met een bedieningskast en een voorruit wordt de sticker rechtsboven of aan de binnenkant van de voorruit geplakt. De voorkant van de sticker is naar buiten gericht.

Voor aanhangwagens, opleggers en speciale motorfietsen is het noodzakelijk om tijdens gebruik een beschermlaag voor de keuringssticker aan te brengen. De voorzijde moet worden beschermd met transparant materiaal om de inhoud te kunnen zien en op goed zichtbare plaatsen op het voertuig worden geplakt.

De keuringssticker wordt door het personeel van de keuringsinstelling aangebracht indien het voertuig bij de keuringsinstelling wordt gekeurd. De voertuigeigenaar brengt de sticker zelf aan wanneer het voertuig voor de eerste keer wordt vrijgesteld van keuring, buiten de keuringsinstelling wordt gekeurd of opnieuw wordt afgegeven.