10 uitstekende resultaten
Bij de implementatie van het project voor het onderwijzen en leren van vreemde talen in het nationale onderwijssysteem voor de periode 2017-2025 benadrukte Permanente Onderminister Pham Ngoc Thuong 10 uitstekende resultaten met betrekking tot: doelstellingen; faciliteiten; programma's en materialen; kwalificaties van leraren; mogelijkheden om toegang te krijgen tot vreemde talen; internationale samenwerking; innovatie van methoden; lerarenopleidingen; vreemdetalenomgeving en vreemdetalenonderwijsbeweging.
Concreet werden alle doelstellingen van het project behaald en overtroffen; het systeem voor het leren en onderwijzen van vreemde talen werd verbeterd en geleidelijk gemoderniseerd; het programma en de materialen waren rijk, divers en voldeden aan de internationale normen.
De kwalificaties van het onderwijzend personeel zijn aanzienlijk verbeterd. Momenteel voldoet 88% van de docenten algemeen Engels aan de normen voor vreemde talen volgens het programma Algemeen Onderwijs 2018 (een stijging van 22% ten opzichte van het schooljaar 2017-2018); aan hogescholen en universiteiten die onder het Ministerie van Onderwijs en Vorming vallen, voldoet 98% van de docenten Engels aan de normen van niveau 5 of hoger (een stijging van 7,6% ten opzichte van het schooljaar 2023-2024).
Leerlingen hebben steeds meer toegang tot vreemde talen. 63/63 provincies en steden hebben programma's geïmplementeerd om kinderen in de voorschoolse fase vertrouwd te maken met het Engels (28,5% van de kinderen doet mee); 99,8% van de leerlingen van de basisschool tot en met de middelbare school volgt een Engelstalig programma; 41 provincies en steden organiseren onderwijs in andere vreemde talen voor meer dan 41.000 leerlingen.
Internationale samenwerking is divers en effectief en draagt bij aan kwaliteitsverbetering. Onderwijs, toetsing en beoordeling worden continu verbeterd. Docenten vreemde talen, met name Engels, richten zich op training en kwaliteitsverbetering.
De vreemdetalenomgeving is uitgebreid, gediversifieerd en verrijkt met vele oplossingen. Wat de leerbeweging betreft, zijn de behoefte en de trend om vreemde talen te leren breder en sterker gevormd dan in de voorgaande periode.
De plaatsvervangende minister erkende, prees en waardeerde met grote eerbied de inspanningen van het Nationaal Beheercomité van het Project Vreemde Talen, ministeries, afdelingen, lokale overheden, departementen van Onderwijs en Opleiding, onderwijsinstellingen, en met name het onderwijzend personeel dat het project actief en proactief ten uitvoer heeft gelegd.
De adjunct-minister zei dat het ministerie van Onderwijs en Vorming tijdens deze conferentie 8 groepen en 10 individuen heeft beloond. Vergeleken met de verdiensten en bijdragen van leraren en het aantal eenheden, is dit aantal nog steeds zeer bescheiden. Door de korte tijd die het synthesewerk nog niet heeft afgerond, weerspiegelen de prijzen de gezamenlijke inspanningen niet volledig.
De viceminister verzocht de ministeries van Onderwijs en Vorming, onderwijsinstellingen, ministeries en afdelingen om de bevoegde autoriteiten te blijven adviseren om collectieven en individuen met een grote bijdrage sneller te erkennen en te belonen. Dit zal een bron van aanmoediging zijn en de hele sector motiveren om zich de komende tijd te blijven inzetten.

Erken openlijk de beperkingen en uitdagingen
Naast de behaalde resultaten wees de staatssecretaris ook op enkele beperkingen bij het onderwijzen en leren van vreemde talen, namelijk:
Ten eerste is de taalvaardigheid van docenten en studenten, met name het Engels, volgens de outputnormen nog steeds niet zoals verwacht en voldoet niet geheel aan de eisen.
Ten tweede is het onderwijs de laatste tijd vooral gericht op het 'leren van vreemde talen', zonder echt aandacht te besteden aan het 'leren van talen'. Hoewel veel studenten internationale certificaten of voorgeschreven normen hebben behaald, is hun vermogen om een vreemde taal als tweede taal te gebruiken in studie, werk en dagelijks leven nog steeds beperkt.
Ten derde blijkt uit monitoring en evaluatie dat de impact van het project op het voorschoolse en algemene onderwijs niet echt in verhouding staat tot die van het universitair en beroepsonderwijs. Dit is een leemte die de komende tijd meer aandacht behoeft.
Ten vierde is er onvoldoende aandacht besteed aan beleid voor docenten vreemde talen in het algemeen, docenten Engels en docenten die andere wetenschappelijke vakken in het Engels geven. Deze beleidslijnen zijn daarom niet echt geschikt.
Ten slotte moet socialisatie op het gebied van het onderwijzen en leren van vreemde talen verder worden bevorderd om meer middelen en motivatie voor ontwikkeling te creëren.
De viceminister benadrukte dat onderwijs in het algemeen en het vreemdetalenonderwijs in het bijzonder nog nooit zoveel voordelen hebben gehad als nu. Er zijn echter ook uitdagingen.
Met een bevolking van meer dan 100 miljoen mensen, vergeleken met landen met slechts enkele miljoenen of tientallen miljoenen inwoners, is de uitdaging voor het onderwijzend personeel en de hele onderwijssector enorm. De grote geografische omvang en regionale verschillen vereisen ook dat de kloof wordt verkleind en dat er eerlijke toegang tot vreemde talen wordt gewaarborgd. Bovendien hebben traditionele lesmethoden en het taalbewustzijn geen gelijke tred gehouden met de nieuwe eisen. Zo is het idee dat pas wanneer Engels een verplicht vak wordt, de nadruk zal liggen op lesgeven en leren, een aanpak die in de vorige fase alleen geschikt was, maar niet meer aansluit bij de huidige trend.

Ontwerp een nieuw project met een baanbrekende geest, nauw aansluitend bij de geest van Resolutie nr. 71-NQ/TW
De staatssecretaris stelde voor om de komende tijd vooral aandacht te besteden aan de uitvoering van de volgende taken:
Allereerst is het noodzakelijk om de resultaten van het project te maximaliseren. De samenvatting betekent niet het einde, maar het is belangrijk om te weten hoe de resultaten van het project effectief bewaard, geëxploiteerd en gebruikt kunnen worden. De Project Management Board moet leidinggeven aan en samenwerken met gespecialiseerde eenheden om het ministerie te adviseren, de resultaten te synthetiseren en een gezamenlijk mechanisme op te zetten, zodat de waarde van het project zich blijft verspreiden.
Ten tweede adviseren onderwijsinstellingen, ministeries van Onderwijs en Opleiding, en ministeries en afdelingen – op basis van hun functies en taken – eenheidsleiders om de implementatie van het programma op een serieuze, wetenschappelijke, beknopte maar effectieve manier samen te vatten en te evalueren, en zo een praktische beweging te creëren. Daarbij kijken ze terug op de richting en organisatie in het verleden, putten ze ervaring uit en bepalen ze de juiste richting voor de nieuwe periode.
Bij deze gelegenheid benadrukte de plaatsvervangende minister ook een aantal lessen die zijn geleerd uit de implementatie van het project voor het onderwijzen en leren van vreemde talen.
De eerste les gaat over bewustzijn en denken. Resolutie nr. 71-NQ/TW heeft bepaald dat "doorbraak" moet beginnen met innovatie in denken, bewustzijn en instellingen. Daarom is het bij de samenvatting van het Vreemdetalenproject noodzakelijk om hier uitgebreid aandacht aan te besteden. Een kernvereiste is een verandering van de mentaliteit van "studeren voor examens" naar "studeren voor praktische behoeften". Vreemde talen moeten een intrinsieke behoefte worden, een drijvende kracht voor integratie, in plaats van alleen geassocieerd te worden met examens. Daarnaast is het noodzakelijk om snel passende mechanismen en beleidsmaatregelen te treffen voor het personeel dat vreemde talen onderwijst, om ervoor te zorgen dat docenten vertrouwen hebben in hun inzet en hun capaciteiten in de nieuwe context ontwikkelen.
De viceminister benadrukte ook dat de lessen die te maken hebben met projectontwikkeling praktisch, effectief en haalbaar moeten zijn. Er werden lessen gegeven over de visie en verantwoordelijkheid van de leider, over het testen van outputnormen, gekoppeld aan internationale normen en kwaliteitsbeoordeling, en over teambuilding en het creëren van een taalgebruikende omgeving.
Ten derde blijft het Project Management Board leiding geven aan de ontwikkeling van het Nationaal Project voor het Onderwijs en de Verwerving van Vreemde Talen voor de periode 2026-2030, met een visie tot 2045. Dit zal een nieuw project zijn, naast de eigen oriëntatie op het maken van Engels tot een tweede taal, en moet worden ontworpen met een baanbrekende geest, nauw aansluitend bij de geest van Resolutie 71.


Ten vierde is het noodzakelijk om een werkregime te bestuderen en te ontwikkelen voor docenten en leraren die andere vakken in vreemde talen doceren. Dit is een zeer belangrijke kwestie.
"In werkelijkheid hebben we al lange tijd een tekort aan docenten Engels, vreemde talen, informatietechnologie en een aantal specifieke vakken zoals beeldende kunst en muziek. De belangrijkste reden is dat docenten Engels en informatietechnologie veel mogelijkheden hebben om van carrière te veranderen, waardoor velen na hun opleiding niet meer in het onderwijssysteem terechtkomen. Het beleid beperkt zich daarom niet tot het aantrekken, maar, belangrijker nog, tot het behouden van het team. Dit is een dringende behoefte en we moeten snel een juridische, politieke en wetenschappelijke basis hebben om voorstellen te doen en te bouwen", aldus de viceminister.
Daarnaast is het noodzakelijk om de regelgeving op dit gebied te blijven verbeteren, zoals het mechanisme voor lerarenopleidingen, het aanbestedingsbeleid voor opleidingen en de afgifte van werkvergunningen voor buitenlandse docenten. Deze praktische problemen vereisen tijdig overleg over passender beleid, het creëren van gunstige omstandigheden voor docenten vreemde talen en het lesgeven in vreemde talen.
Het belangrijkste is om een beweging te creëren, een trend te creëren en de vraag naar het leren van vreemde talen te stimuleren. Administratieve oplossingen werken slechts tot op zekere hoogte en zijn niet voldoende om duurzame veranderingen teweeg te brengen.
In de context van een platte wereld zullen we onszelf inperken als we Engels, informatietechnologie en digitale transformatie missen. De "veilige zone" zal dan alleen op dorps- of lokaal niveau stoppen, in plaats van zich wereldwijd uit te breiden. Vreemde talen zijn het "paspoort" om de wereld in te stappen. Daarom moet elke manager en leraar dit goed begrijpen en vreemde talen en informatietechnologie beschouwen als essentiële voorwaarden voor integratie.
Permanente vice-minister Pham Ngoc Thuong
Bron: https://giaoducthoidai.vn/giai-phap-tao-chuyen-bien-ben-vung-trong-day-va-hoc-ngoai-ngu-post748178.html
Reactie (0)