De druk van autonomie zorgt ervoor dat veel schooldirecteuren ontslag nemen

Op de middag van 5 november organiseerde de commissie Cultuur en Onderwijs van de Nationale Assemblee een onderwijsconferentie 2023 over instellingen en beleidsmaatregelen om de kwaliteit van het hoger onderwijs te verbeteren.

Tijdens de workshop zei de heer Le Quan, directeur van de Nationale Universiteit van Hanoi , dat de autonomie van universiteiten momenteel met veel problemen kampt.

Wat betreft investeringen in onderwijs analyseerde hij dat, hoewel het beleid van de Partij en de Staat erop gericht is om prioriteit te geven aan investeringen in onderwijs, het budget voor met name hoger onderwijs slechts 0,27% van het BBP bedraagt. Dat is veel lager dan in de regio en de wereld.

De heer Le Quan, directeur van de Nationale Universiteit van Hanoi, hield op 5 november een toespraak.

De geplande bezuinigingen op de reguliere uitgaven hebben het voor niet-autonome universiteiten moeilijk gemaakt. Autonome universiteiten moeten collegegeld van studenten innen om hun activiteiten te bekostigen. De inkomsten van binnenlandse universiteiten bedragen doorgaans 60-90%, terwijl deze inkomstenbron in andere landen niet meer dan 60% bedraagt.

In de VS bijvoorbeeld is 20% van de inkomsten uit collegegeld afkomstig van openbare universiteiten (de overheid ondersteunt 43%). In Nieuw-Zeeland is dit percentage 28% (de overheid ondersteunt 42%). Of in het VK is collegegeld goed voor ongeveer 53% van de universiteitsinkomsten (de overheid ondersteunt 14%). In ontwikkelde landen hanteert de overheid dus nog steeds een beleid om universiteitsinkomsten te ondersteunen in de vorm van fondsen.

De heer Le Quan zei dat universiteiten vergeleken met 10 jaar geleden opmerkelijke vooruitgang hebben geboekt en veel successen hebben geboekt, maar dat ze ook te maken hebben met veel tekortkomingen in mechanismen en beleid. "Vooral omdat de twee nationale universiteiten momenteel management- en operationele mechanismen hebben die niet verschillen van die van andere kleine universiteiten. De "institutionele uniformiteit" veroorzaakt problemen voor de instellingen en verhindert hen hun capaciteit volledig te benutten," zei hij.

Daarom zijn mechanismen en investeringen nodig waarmee hogeronderwijsinstellingen een langetermijnvisie kunnen implementeren, gericht op het opleiden en koesteren van talenten in belangrijke en essentiële sectoren van het land. De directeur van de Nationale Universiteit van Hanoi benadrukte dat de Nationale Assemblee veel specifieke mechanismen voor sectoren en gemeenten heeft uitgevaardigd, maar dat er geen specifiek mechanisme is voor onderwijs in het algemeen en hoger onderwijs in het bijzonder.

Hij noemde ook de belangrijke rol van de directeur bij de implementatie van universitaire autonomie. "Bij de Nationale Universiteit van Hanoi is het bijvoorbeeld erg moeilijk om een goede directeur te vinden. In de afgelopen twee tot drie jaar hebben verschillende kameraden ontslag genomen als directeur om naar andere banen te gaan. Dit laat zien dat dit een baan is met veel druk en uitdagingen op administratief gebied", benadrukte de directeur.

Om ervoor te zorgen dat scholen over voldoende investeringsmiddelen beschikken, zou de staat volgens hem ook directe investeringen in universiteiten via openbare aanbesteding moeten overwegen. De geïnvesteerde scholen moeten de door de staat toegewezen taken op het gebied van onderwijs en wetenschappelijk onderzoek uitvoeren.

Deze vorm van steun stelt de staat in staat om effectief te investeren tegen concurrerende kosten. Universiteiten daarentegen beschikken over ruime middelen om te investeren in belangrijke onderzoeksprogramma's en opleidingsprogramma's die moderne apparatuur vereisen.

De directeur van de Nationale Universiteit van Hanoi bracht ook de kwestie van de geringe financiering van wetenschap en technologie aan de Vietnamese universiteiten ter sprake. Het aantal internationale publicaties, hoewel de laatste tijd indrukwekkende resultaten geboekt, staat niet in verhouding tot de eisen en het potentieel. Wetenschappers hebben hun expertise wel onder de knie, maar het kost veel tijd om uitbetalingsprocedures te verwerken met te veel papierwerk.

Hij stelde voor om beurzen en voorkeurskredietfondsen op te richten om prioriteit te geven aan fundamentele wetenschappelijke vakgebieden die nodig zijn voor de ontwikkeling van het land, zoals fundamentele wetenschappen (wiskunde, natuurkunde, scheikunde, biologie, geneeskunde, filosofie, geschiedenis, cultuur) en fundamentele technische vakgebieden (mechanica, landbouw, milieu).

Tijdens de workshop stelde de heer Tran Thanh Man, vicevoorzitter van de Nationale Assemblee, vast dat het aantal hogeronderwijsinstellingen in de periode 2013-2021 is gestegen van 207 naar 237 scholen; ook de omvang van de opleidingen op alle niveaus van het hoger onderwijs is in die periode toegenomen. Het aandeel docenten met een doctorstitel is gestegen van 14,38% (in 2013) naar 31,28% in 2021.

Het hoger onderwijs kent echter nog steeds veel beperkingen en tekortkomingen op het gebied van omvang, beroepsstructuur en werkvaardigheden. Instellingen en beleid ten aanzien van universitaire autonomie zijn nog steeds tegenstrijdig en inconsistent in hun begrip, toepassing en implementatierichtlijnen, met name wat betreft de implementatie van universitaire autonomie.

De investeringen in het hoger onderwijs zijn nog steeds laag. Het beleid van socialisering van het onderwijs heeft niet echt veel maatschappelijke deelnemers aangetrokken. De kwantiteit, structuur en kwaliteit van universitaire docenten voldeden niet aan de toenemende eisen, met name wat betreft innovatievermogen.

Ha Cuong

Bron