Dit is een nieuw punt in het derde ontwerp van het Besluit inzake de petroleumhandel, dat het Ministerie van Industrie en Handel ter beoordeling naar het Ministerie van Justitie heeft gestuurd. In het ontwerp wordt verwacht dat het saldo van dit fonds niet bij de belangrijkste petroleumhandelsonderneming blijft zoals het nu is, maar in handen van de staat komt. De besteding van het fonds is in overeenstemming met de bepalingen van de Prijzenwet 2023 (van kracht vanaf 1 juli).
Het ministerie van Financiën zal bedrijven begeleiden bij het overmaken en betalen van het saldo van het Oliestabilisatiefonds aan de begroting, aldus het ontwerpbesluit.
In een gesprek met Lao Dong zei mevrouw Nguyen Thuy Hien, adjunct-directeur van de afdeling Binnenlandse Markt ( Ministerie van Industrie en Handel ), dat het Fonds voor Stabilisatie van de Aardolieprijs in het huidige ontwerpbesluit wordt uitgevoerd volgens de bepalingen van de Prijzenwet van 2023.
De Prijzenwet voorziet in vijf stabilisatiemaatregelen, waarvan de vijfde maatregel het aanwenden van het Prijsstabilisatiefonds betreft voor goederen waarvoor een fonds is opgericht. Ministeries en afdelingen ontwikkelen prijsstabilisatieplannen en sturen deze naar het Ministerie van Financiën voor synthese en indiening bij de regering ter principegoedkeuring. Nadat het beleid is goedgekeurd, organiseren de ministeries en afdelingen de uitvoering. Stabilisatiemaatregelen zijn tijdsgebonden. De toewijzing of uitbetaling van dit fonds moet voldoen aan de Prijzenwet.
Het stabilisatiefonds voor de aardolieprijs werd opgericht krachtens decreet 84/2009 van de regering betreffende de aardoliehandel en de daaropvolgende gewijzigde decreten (decreet 83 en decreet 95). Dit fonds is niet opgenomen in het staatsbegrotingssaldo en wordt door 36 oliebedrijven zelf geïnd en beheerd op een aparte bankrekening.
Uit de eind 2023 bekendgemaakte conclusie van de overheidsinspectie blijkt dat 7 oliebedrijven misbruik hebben gemaakt van het Prijsstabilisatiefonds. Ze hebben geen geld overgemaakt naar de fondsrekening, maar het op de betaalrekening van het bedrijf laten staan. Het bedrag bedroeg 7,927 miljard VND.
Sommige ondernemers, zoals Xuyen Viet Oil, hebben dit fonds verduisterd en misbruikt. Het Ministerie van Openbare Veiligheid heeft in zijn commentaar het Ministerie van Industrie en Handel en het Ministerie van Financiën verzocht de rol en het effect van dit fonds op de stabilisatie van de benzineprijzen zorgvuldig te evalueren.
Eerder stelden veel bedrijven en experts voor om dit fonds af te schaffen en te vervangen door andere beheersinstrumenten, zoals belastingen, heffingen en nationale oliereserves. De Vietnam Petroleum Association stelde voor om een overheidsinstantie aan te stellen die het fonds rechtstreeks zou beheren. Dit om de tekortkomingen in het gebruik van het fonds in het verleden te verhelpen en de informatie transparanter te maken.
Bron: https://laodong.vn/thi-truong/xem-xet-dua-quy-binh-on-gia-xang-dau-ve-ngan-sach-nha-nuoc-1365608.ldo






Reactie (0)