Het Ministerie van Transport heeft zojuist een document gepubliceerd waarin het reageert op de Vietnam Air Transport Association (VABA) met betrekking tot het voorstel om de regelgeving inzake prijsplafonds voor luchtvervoersdiensten te schrappen.
Het ministerie van Transport gaf aan dat het tijdens het proces van het geven van commentaar op het gewijzigde wetsontwerp inzake prijzen documenten naar het ministerie van Financiën heeft gestuurd met betrekking tot de prijzen van passagiersvervoerdiensten op binnenlandse vluchten. Daarom wordt voorgesteld het ontwerp ongewijzigd te laten, waarin het ministerie de maximumprijs vaststelt en luchtvaartmaatschappijen de specifieke prijzen voor binnenlandse vluchten bepalen.
Volgens het Ministerie van Transport behoren luchtvervoersdiensten tot de diensten die een grote impact hebben op het leven van mensen, de productie en de zakelijke activiteiten. Door geen prijsplafonds te reguleren, heeft de staat het regulerende instrument laten varen en dienstverleners het volledige recht gegeven om de prijs van de dienst te bepalen.
Als er geen prijsplafond meer geldt, kunnen luchtvaartmaatschappijen extreem hoge ticketprijzen hanteren, vooral op routes met weinig concurrentie of tijdens piekperiodes. Dit heeft gevolgen voor de consumentenrechten.
Bovendien behoren binnenlandse personenvervoersdiensten nog steeds tot de diensten met beperkte marktconcurrentie en zijn zij nog steeds onderworpen aan de door de staat vastgestelde criteria voor prijsstelling, zoals voorgeschreven in punt d, clausule 1, artikel 21 van het gewijzigde wetsontwerp inzake de prijzen.
Momenteel zijn er slechts 5 luchtvaartmaatschappijen actief op de markt, maar op de binnenlandse luchtvaartmarkt zijn er nog steeds bedrijven met een marktaandeel van meer dan 30%. Daarmee domineren ze de markt.
Het ministerie van Transport is van mening dat op de lange termijn het voorstel om de maximumprijs voor vliegtickets op binnenlandse routes af te schaffen, passend is als de aanbodcapaciteit van het luchtvervoer beter aansluit bij de maatschappelijke vraag, als de luchtvaartmarkt een diverse deelname van veel luchtvaartmaatschappijen kent en als passagiers het recht hebben om te kiezen op basis van hun behoeften en mogelijkheden.
De staat zal de prijzen voor binnenlandse luchtvaartdiensten beheren volgens het zelfregulerende mechanisme van de markt en de verkoopprijzen van luchtvaartmaatschappijen controleren overeenkomstig de bepalingen van de Mededingingswet.
Bovendien stemde de Nationale Vergadering op 19 juni voor de Wet op de Prijzen, waarin een maximumprijs voor binnenlandse luchtvervoersdiensten voor passagiers is vastgelegd.
Bron
Reactie (0)