Momenteel zijn personen met een jaaromzet van meer dan 100 miljoen VND verplicht inkomstenbelasting te betalen over een percentage van hun omzet. Omzet wordt gedefinieerd als het totale bedrag aan verkopen, verwerkingskosten, commissies en dienstverlening dat gedurende de belastingperiode is gegenereerd. Indien de omzet niet kan worden vastgesteld, zullen de belastingautoriteiten deze berekenen volgens de geldende regelgeving.
Vanaf 1 januari 2026 stelt het Ministerie van Financiën echter voor om, in navolging van het beleid om het forfaitaire belastingstelsel af te schaffen, een belastingberekeningsmethode in te voeren die gebaseerd is op inkomen in plaats van omzet. Dit betekent dat voor ingezeten particulieren met een jaarinkomen boven het door de overheid vastgestelde niveau, de verschuldigde belasting wordt berekend door hun belastbaar inkomen te vermenigvuldigen met een tarief van 17%.
Belastbaar inkomen wordt gedefinieerd als de opbrengst uit de verkoop van goederen en diensten minus de kosten voor productie en bedrijfsactiviteiten gedurende de periode. Deze berekening is vergelijkbaar met de bepalingen in de vennootschapsbelastingwet, die momenteel een belastingtarief van 17% hanteert voor kleine en middelgrote ondernemingen met een jaaromzet van meer dan 3 miljard tot 50 miljard VND.
In gevallen waarin individuele bedrijven een jaaromzet hebben die onder de belastingdrempel ligt, blijft de huidige methode voor het berekenen van de belasting op basis van een percentage van de omzet ongewijzigd.
Momenteel zijn er landelijk ongeveer 5,2 miljoen ondernemersgezinnen, die meer dan 24% bijdragen aan het bbp en worden beschouwd als de "ruggengraat" van vele industrieën en sectoren, van landbouw en industrie tot handel en dienstverlening. Vorig jaar bedroeg de omzet van ondernemersgezinnen en individuen 25.953 miljard VND, wat overeenkomt met 120% van het cijfer voor 2023.
Naast de berekeningsmethode stelde het Ministerie van Financiën ook voor om een belastingtarief van 5% toe te passen op bepaalde inkomsten uit het aanbieden van digitale contentproducten en -diensten met betrekking tot entertainment, videogames, digitale films, digitale foto's, digitale muziek en digitale reclame.
Volgens Wet nr. 71/2014 is dit type inkomen onderworpen aan een belastingtarief van 1%, net als andere inkomstenbronnen. De autoriteiten zijn echter van mening dat dit inkomstenbronnen zijn met unieke kenmerken. Daarom moet de wet een passend belastingtarief vaststellen om gelijkheid en uniformiteit te waarborgen en tegelijkertijd de regulerende en herverdelende rol van het beleid te bevorderen.
PV (samengesteld)Bron: https://baohaiphong.vn/de-xuat-ca-nhan-kinh-doanh-nop-thue-thu-nhap-17-tren-lai-520045.html






Reactie (0)