Het wetsontwerp betreffende leraren bepaalt dat leraren een salarisverhoging van één schaalniveau zullen ontvangen; kleuterleidsters kunnen vervroegd met pensioen gaan, maar niet meer dan vijf jaar eerder, en hun pensioen zal niet worden verlaagd. Leraren met de titels professor, universitair hoofddocent of doctor kunnen op een hogere leeftijd met pensioen gaan.
Op de ochtend van 9 november hoorde de Nationale Vergadering de presentatie en het evaluatierapport over het wetsontwerp voor leraren, dat nieuwe punten bevat over het lerarenbeleid, zoals salarisregelingen en pensioenregelingen.
Enkele nieuwe punten geven prioriteit aan leerkrachten.
Minister van Onderwijs en Opleiding Nguyen Kim Son presenteerde het regeringsrapport en verklaarde dat het wetsontwerp voor leraren, vergeleken met de huidige regelgeving in verwante wetten zoals de Wet op Ambtenaren, de Onderwijswet, de Wet op Hoger Onderwijs, de Wet op Beroepsonderwijs en het Arbeidswetboek, verschillende nieuwe punten bevat.
Het wetsontwerp verleent de onderwijssector autonomie bij de werving en aanstelling van docenten. Concreet zijn het Ministerie van Onderwijs en Opleiding en het Ministerie van Arbeid, Invaliden en Sociale Zaken de leidende instanties die verantwoordelijk zijn voor het ontwikkelen van de algehele personeelsstrategie voor docenten onder hun beheer, het voorleggen ervan aan de bevoegde autoriteit voor besluitvorming en het coördineren van de docentenbezetting in openbare onderwijsinstellingen op basis van het toegewezen aantal. Onderwijsmanagementinstanties of onderwijsinstellingen zijn verantwoordelijk voor de werving van docenten.

Het is opvallend dat het salarisbeleid voor leraren prioriteit krijgt. Concreet staat het basissalaris volgens de lerarensalarisschaal bovenaan in het salarissysteem voor de overheid en de publieke sector; leraren ontvangen professionele stimuleringspremies en andere toeslagen, afhankelijk van de aard van hun werk en de regio, zoals wettelijk is vastgelegd.
Leraren blijven anciënniteitstoeslagen ontvangen totdat het salarisbeleid van Resolutie 27 is geïmplementeerd. Kleuteronderwijzers; leraren die werkzaam zijn in bijzonder moeilijke gebieden waar etnische minderheden wonen, berggebieden, kustgebieden en eilanden; leraren in speciaal onderwijs en andere gespecialiseerde scholen; leraren die inclusief onderwijs verzorgen; leraren uit etnische minderheden; en leraren in bepaalde gespecialiseerde beroepen krijgen voorrang bij het ontvangen van hogere salarissen en toeslagen in vergelijking met andere leraren.
Leraren die voor het eerst worden aangenomen en een salaris toegewezen krijgen, worden in het salarissysteem voor de administratie en de openbare dienst één salarisschaal hoger geplaatst.
Leraren die werkzaam zijn in etnische minderheidsgebieden, bergachtige streken, grensgebieden, eilanden en gebieden met bijzonder moeilijke sociaaleconomische omstandigheden hebben recht op diverse andere ondersteuningsmaatregelen, zoals collectieve huisvesting of officiële huurwoningen, vergoeding van reiskosten tijdens vakantie en verlof om familie te bezoeken.
De overheid heeft een beleid om hooggekwalificeerde personen, talentvolle mensen, uitmuntende afgestudeerden, jonge wetenschappers en mensen met bijzondere aanleg aan te trekken voor de werving van docenten.
Een ander belangrijk punt is dat de pensioenleeftijd voor leraren afzonderlijk is geregeld, afgestemd op de kenmerken van hun beroepsactiviteiten.
Daarom kunnen leerkrachten in het kleuteronderwijs die dat wensen, op jongere leeftijd met pensioen gaan, maar niet meer dan 5 jaar jonger dan de voorgeschreven leeftijd, en hun pensioen zal niet worden verlaagd vanwege vervroegde pensionering.
Docenten met de titel hoogleraar, universitair hoofddocent of gepromoveerd, en docenten die werkzaam zijn in gespecialiseerde vakgebieden of disciplines, hebben recht op een hogere pensioenleeftijd.
Tijdige institutionalisering van het partijbeleid.
Na bestudering van bovenstaande inhoud stemde de voorzitter van de commissie Cultuur en Onderwijs, Nguyen Dac Vinh, in met het voorstel om de onderwijssector meer bevoegdheden en verantwoordelijkheid te geven bij de werving van docenten.
De beoordelingscommissie is het over het algemeen eens met de bepalingen in het wetsontwerp betreffende arbeidsomstandigheden, tewerkstelling, detachering, overplaatsing en evaluatie van leerkrachten. Sommige deskundigen stellen echter voor om de gevolgen voor het behoud van de arbeidsvoorwaarden van leerkrachten bij detachering zorgvuldig te overwegen en te beoordelen.

Wat betreft salarissen en toelagen voor leraren, zei de heer Vinh dat de Commissie voor Cultuur en Onderwijs instemde met de bepalingen in het wetsontwerp en dit beschouwde als een belangrijk en noodzakelijk onderdeel om het beleid van de Partij snel te institutionaliseren.
Het beoordelingsorgaan onderschreef ook het beleid dat prioriteit geeft aan, ondersteuning biedt aan en leraren aantrekt, zoals vastgelegd in het wetsontwerp. Sommige deskundigen gaven echter aan dat de resolutie van de Partij over de hervorming van het salarisbeleid in de geest ervan bestudeerd en uitgevoerd moest worden, en dat de regulering van het salarisbeleid voor leraren in de particuliere sector overwogen moest worden.
Wat betreft de pensioenregeling voor leerkrachten, was de beoordelende instantie het erover eens dat leerkrachten in het kleuteronderwijs op een jongere leeftijd (niet meer dan 5 jaar jonger) met pensioen kunnen gaan dan in de arbeidswetgeving is vastgelegd en dat hun pensioen niet wordt verlaagd wegens vervroegde pensionering. Sommige deskundigen gaven echter aan dat een grondige beoordeling van de gevolgen voor de beschikbare middelen van de implementatie van dit beleid noodzakelijk is.
Het wetsontwerp betreffende leraren omvat 9 hoofdstukken en 50 artikelen en heeft tot doel 5 beleidslijnen te concretiseren uit het wetsvoorstel dat door de regering is goedgekeurd in resolutie nr. 95 van 7 juli 2023, waaronder: de definitie van leraren; de normen en titels van leraren; de werving, tewerkstelling en het arbeidsregime van leraren; de opleiding, professionele ontwikkeling, beloning en eerbetoon aan leraren; en het staatsbeheer van leraren.
De regeling die leraren toestaat om vóór hun 55e met pensioen te gaan, zal privileges en speciale voordelen creëren.
De overheid stelt eisen aan de aanstelling van leraren en hanteert voorkeursbeleid.
Bron: https://vietnamnet.vn/de-xuat-nha-giao-duoc-tang-1-bac-luong-giao-vien-mam-non-nghi-huu-som-5-nam-2340305.html






Reactie (0)