Conclusie van de petroleuminspectie: het prijsbeheer is niet vergelijkbaar met dat van de markt, handelaren stoppen vrijwillig met hun activiteiten

ANTD.VN - De overheidsinspectie concludeerde dat het beheer van benzineprijzen door middel van basisbenzineprijzen nog steeds veel tekortkomingen en tekortkomingen kent, waardoor de basisbenzineprijzen de markt niet nauwkeurig volgen, hetgeen van invloed is op de ontwikkeling en distributie van benzinebronnen.

Thiếu hụt xăng do dự trữ xăng dầu không đảm bảo

Benzinetekort door onvoldoende oliereserves

Vrijwillig stoppen met de import van benzine en olie vanwege een ongepaste basisprijs

Wat betreft het beheer en de werking van de benzineprijzen, zei de Overheidsinspectie dat volgens de bepalingen van Prijzenwet nr. 11/2012/QH13 de toepassing van prijsmaatregelen beperkt is.

De overheid hanteert momenteel echter de basisprijs van benzine om de benzinemarkt te beheren conform Besluit nr. 83/2014/ND-CP, maar de huidige berekening van de basisprijs van benzine kent nog steeds veel tekortkomingen en problemen.

Het Ministerie van Financiën berekende met name de indicatoren die de basisprijs van benzine en olie bepalen onnauwkeurig en niet in de buurt van de marktprijs, zoals: het bepalen van de kosten voor het importeren van benzine en olie uit het buitenland naar Vietnam om de basisprijs te berekenen zonder wettelijke basis, het toepassen van "normen" op kosten van vele jaren geleden die niet geschikt zijn voor de markt;

De premiekosten die in de basisprijs zijn inbegrepen, zijn hoger dan de werkelijke premiekosten bij een aantal belangrijke petroleumhandelaren. Het toepassen van de vaste standaardkosten die sinds 2014 zijn uitgegeven, voldoet niet meer aan de huidige realiteit.

Ondertussen baseert het Ministerie van Industrie en Handel de berekening van de basisprijs van olie op het 15-daags/10-daags gemiddelde van de wereldolieprijzen en op de indicatoren die door het Ministerie van Financiën zijn bekendgemaakt.

Deze realiteit heeft tot gevolg dat de basisprijs van benzine niet correct en volledig wordt berekend op basis van de wereldprijzen en andere kosten, zoals invoerrechten, transportkosten, verzekeringskosten en premies. Bovendien wordt de prijs niet aangepast aan de marktschommelingen. Als de wereldprijzen voor benzine sterk schommelen, stoppen veel handelaren met importeren om verliezen te voorkomen.

Zo registreerden Long Hung Trading and Service Company Limited en Military Petroleum Corporation in 2022 een verlaging van het importquotum voor benzine, waardoor benzine een importquotum van nul kreeg. Dit is een van de redenen die leidden tot verstoringen in de benzineaanvoer.

Op 24 februari 2022 heeft het Ministerie van Industrie en Handel Besluit 242/QD-BCT uitgevaardigd, waarin het importvolume van benzine en olie in het tweede kwartaal van 2022 werd toegewezen aan 10/34 belangrijke benzine- en oliehandelaren.

Uit de inspectieresultaten blijkt echter dat de meeste belangrijke handelaren die benzine importeerden, zich niet aan de planning hielden. Bovendien was de hoeveelheid geïmporteerde benzine lager dan de vastgestelde limiet.

Het benzinetekort bedraagt 589.035 m³/794.418 m³, het olietekort 628.637 m³/1.248.966 m³. De belangrijkste reden is de lage basisprijs van benzine, die geïmporteerd en met verlies verkocht wordt.

Om de standaardwinst en het kapitaalherstel te garanderen, beschikken de belangrijkste importeurs niet over de geleverde hoeveelheid benzine en olie, moeten ze alle detailhandelskosten verlagen, de kortingen op de geleverde hoeveelheid benzine en olie verlagen, de detailhandelskosten verlagen en de kortingen voor agenten verlagen, wat leidt tot een situatie van nul korting. Veel winkels en benzineagenten verkopen willekeurig geen goederen, wat bijdraagt aan de verstoring van de benzinevoorziening.

Wat betreft het beheer van de benzineprijzen hebben het Ministerie van Industrie en Handel en het Ministerie van Financiën nagelaten belangrijke handelaren te controleren en te superviseren. Dit heeft ertoe geleid dat enkele belangrijke handelaren groothandels- en detailhandelsprijzen voor benzine vaststellen zonder enige basis. Zij sturen alleen prijsaanpassingsbeslissingen en geen prijsaangiftedocumenten/prijsregistratiedocumenten naar het Ministerie van Industrie en Handel.

Het Intersectorale Team werd opgericht om het Ministerie van Industrie en Handel - Ministerie van Financiën te helpen bij het beheren van de prijzen. Dit team werkte echter niet volgens de regelgeving en was ineffectief, wat gevolgen had voor de resultaten bij het vaststellen van de basisbenzineprijzen en de werking van de benzinemarkt.

Los beheer leidt tot tekort aan miljoenen kubieke meters benzinereserves

Volgens de regelgeving zijn belangrijke handelaren in aardolie verplicht om een voorraad aardolie van 30 dagen te reserveren. Deze reservering is gebaseerd op het gemiddelde binnenlandse verbruik per dag van het voorgaande jaar in Besluit nr. 83/2014/ND-CP en 20 dagen in Besluit nr. 95/2021/ND-CP.

Van 2017 tot en met 30 september 2022 hadden 15 van de 34 belangrijkste petroleumhandelaren, goed voor 90% van het binnenlandse marktaandeel in petroleum, een verplicht tekort aan petroleumreserves in termen van het aantal maanden in een jaar en het aantal dagen in een maand, met een totaal tekort aan petroleumreserves van 1.028.918,8 ton/m3.

Met name in september 2022 hadden 9/15 belangrijke handelaren benzinereserves van minder dan 5-9 maanden/9 maanden en 8/15 belangrijke handelaren oliereserves van minder dan 6-9 maanden/9 maanden;

6/15 belangrijke handelaren hebben een tekort aan benzinereserves van 8-13/20 dagen en 4/15 belangrijke handelaren hebben een tekort aan oliereserves van 8-14/20 dagen.

Wanneer de voorraad schaars is, zijn er dus niet genoeg benzine- en oliereserves om op de markt te verkopen, wat de energiezekerheid en marktstabiliteit in gevaar brengt. Dit is ook een van de redenen voor de recente verstoring van de benzine- en olievoorziening.

De overheidsinspectie stelde vast dat het Ministerie van Industrie en Handel de vergunning voor de import en export van aardolie losjes heeft beheerd, heeft nagelaten te inspecteren, te corrigeren en in te trekken, conform de bevoegdheid zoals voorgeschreven in artikel 8, paragraaf 6 van decreet nr. 83.

Hierdoor is het niet mogelijk gebleken de situatie te verhelpen waarin belangrijke handelaren al jarenlang (van 2017 tot en met 30 september 2022) verplicht waren een minimumhoeveelheid benzine te reserveren. Dit had gevolgen voor de benzinevoorziening, de energiezekerheid, etc.

Bronlink