Deelnemers aan de slotzitting van de conferentie over het Nieuwe Mondiale Financiële Pact in Parijs, Frankrijk, op 23 juni. (Bron: AFP) |
Op 23 juni zei de Chinese premier Li Qiang tijdens de slotceremonie van de top over het nieuwe mondiale financiële pact dat ontwikkelde landen hun beloftes moeten nakomen om ontwikkelingslanden hulp en financiële steun te bieden, en dat deze landen op hun beurt hun capaciteit moeten versterken om hun eigen ontwikkeling na te streven.
Daarnaast verklaarde premier Li Qiang dat het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de Wereldbank (WB) en andere internationale financiële instellingen de consensus van de G20-leiders moeten uitvoeren, een nieuwe ronde hervormingen op het gebied van quota en stemrecht moeten voltooien en de stem van opkomende markten en ontwikkelingslanden moeten versterken.
Op dezelfde dag, eveneens in het kader van de eerdergenoemde conferentie, riepen Afrikaanse landen op tot de oprichting van een gezamenlijke werkgroep met de Groep van Zeven (G7) geïndustrialiseerde landen, centrale banken en het maatschappelijk middenveld om de grote geldsommen die jaarlijks van het continent verdwijnen als gevolg van illegale kapitaalvlucht te voorkomen.
Tijdens de slotceremonie van de conferentie herhaalde de Ghanese president Nana Akufo-Addo nogmaals de standpunten die eerder door de voormalige Zuid-Afrikaanse president Thabo Mbeki waren geuit.
De heer Akufo-Addo verklaarde: "Enorme sommen geld worden illegaal van dit continent weggesluisd. Volgens een VN-commissie onder leiding van de voormalige Zuid-Afrikaanse president Thabo Mbeki gaat er ongeveer 100 miljard dollar verloren door illegale geldstromen."
In 2013 beweerde de heer Mbeki dat er bijna 50 miljard dollar verloren was gegaan door witwassen, en in 2016 verklaarde hij dat dit bedrag was gestegen tot bijna 100 miljard dollar.
Het stoppen van deze illegale geldstroom en het investeren van geld op het armste continent ter wereld zou de armoede aanzienlijk kunnen verminderen en de klimaatdoelstellingen kunnen versnellen.
Op basis daarvan stelde de Ghanese president Nana Akufo-Addo, namens de Afrikaanse landen, voor dat de G7 een gezamenlijke werkgroep zou oprichten om de witwaspraktijken te monitoren en manieren te vinden om deze te stoppen.
Bron






Reactie (0)