Afgevaardigden van de Nationale Vergadering stellen vrijstelling van tegenfinanciering voor voor arme gemeenten en gebieden die vaak door natuurrampen worden getroffen

Op de ochtend van 5 december besprak de Nationale Assemblee in de vergaderzaal het investeringsbeleid van het "Nationale doelprogramma voor nieuwe plattelandsgebieden, duurzame armoedebestrijding, sociaal-economische ontwikkeling van etnische minderheden en berggebieden tegen 2035".

Secretaris-generaal Lam en president Luong Cuong met afgevaardigden van de Nationale Assemblee tijdens de discussiesessie in de hal op de ochtend van 5 december.

Stel voor dat het Ministerie van Etnische Minderheden en Religies de leiding neemt in dit specifieke onderdeel, in plaats van de coördinatie op zich te nemen.

Als eerste afgevaardigde die het woord voerde tijdens de discussiesessie bevestigde afgevaardigde Ho Thi Minh (delegatie van de Nationale Assemblee van de provincie Quang Tri ) dat de samenvoeging van de drie huidige nationale doelprogramma's tot één uitgebreid programma wordt gezien als een institutionele doorbraak, die helpt bij het overwinnen van de tekortkomingen en beperkingen van de vorige fase, zoals: overlappende begunstigden, investeringslocaties, kruismanagement tussen ministeries, afdelingen en lokale overheden in de uitvoeringsorganisatie...

Afgevaardigde Ho Thi Minh zei dat het Nationaal Doelprogramma voor Sociaaleconomische Ontwikkeling van Etnische Minderhedengebieden (EMBA) een lange weg heeft afgelegd en de missie heeft vervuld om de kloof te verkleinen en het leven in de economische EMBA-gebieden te veranderen. Het integreren van drie programma's in één programma betekent niet dat de specificiteit van elk gebied en beleid verloren gaat, met name etnisch beleid. Daarom is het noodzakelijk om de bestuurlijke rol van de beheersinstantie te verduidelijken.

Volgens de conclusie van het Permanent Comité van de Nationale Vergadering is etnisch beleid een specifiek beleid dat synchroon wordt uitgevoerd over meerdere perioden; met name in het Nationaal Doelprogramma heeft etnisch beleid een directe en diepgaande impact op etnische minderheden. Daarom stelde afgevaardigde Ho Thi Minh voor dat het Ministerie van Etnische Minderheden en Religies de beheersinstantie zou moeten zijn die de staatsbeheersfunctie ten aanzien van etnische minderheden uitvoert, en een leidende rol zou moeten spelen, geen coördinerende rol zoals vermeld in de ingediende documenten.

"We zien dat de tweede component een specifiek onderdeel is van etnische minderheidsgebieden. Momenteel vervult het Ministerie van Etnische Minderheden en Godsdiensten echter slechts een sturende rol. Daarom zal het bij problemen met trage uitbetaling zeer moeilijk zijn om de verantwoordelijkheid toe te wijzen. Daarom stel ik voor dat in de resolutie de bevoegdheid van het Ministerie van Etnische Minderheden en Godsdiensten duidelijk wordt vastgelegd: de rol van direct voorzitter van de kapitaalverdeling voor de tweede component, in plaats van coördinerend en sturend", benadrukte afgevaardigde Ho Thi Minh.

Zorgen over openstaande schulden in de basisbouw

Afgevaardigde Ho Thi Minh (delegatie van de Nationale Assemblee van de provincie Quang Tri) hield op de ochtend van 5 december een toespraak in de zaal.

Over de kapitaalverdeling zei afgevaardigde Ha Sy Dong (delegatie van de Nationale Assemblee van de provincie Quang Tri): "De minimale kapitaalvereiste voor de periode 2026-2030 bedraagt ​​VND 240.000 miljard, maar momenteel is slechts ongeveer VND 100.000 miljard in evenwicht, waarmee slechts ongeveer 41,5% van de minimale vereiste wordt bereikt. Tegelijkertijd is de vereiste om 33% van het lokale begrotingskapitaal en 28% van het bedrijfsleven en de gemeenschap te mobiliseren, zeer moeilijk te behalen." De afgevaardigde stelde voor om de juiste verhouding van het tegenkapitaal opnieuw te bepalen.

Afgevaardigde Dieu Huynh Sang (delegatie van de Nationale Assemblee van de provincie Dong Nai) bevestigde eveneens dat de kapitaalratio van de lokale tegenpartij meer dan vier keer zo hoog is als die van het centrale kapitaal, wat "ongepast en moeilijk te implementeren" is. De afgevaardigde stelde voor dat de centrale begroting de belangrijkste bron moet zijn en een beslissende rol moet spelen bij het concentreren van investeringsmiddelen met focus en kernpunten.

Wat betreft de kapitaalverdeling, het geraamde kapitaal van het programma voor de periode 2026-2030 bedraagt ​​1,23 miljard VND . Afgevaardigde Ho Thi Minh uitte zijn bezorgdheid: "We zien dat de centrale begroting slechts 8% bedraagt, de lokale begroting 33% en het kapitaal dat door burgers en bedrijven wordt gemobiliseerd 28%. In werkelijkheid kampen etnische minderheidsgebieden, met name plaatsen in de provincies van de Centrale Hooglanden, met veel problemen. De begroting ontvangt nog steeds subsidies van de centrale overheid, waardoor het voor plaatsen zeer moeilijk is om het lokale begrotingskapitaal van 33% toe te passen, wat zal leiden tot openstaande schulden in de basisbouw."

Afgevaardigde Ho Thi Minh stelde voor dat de Nationale Assemblee de kapitaalstructuur zou herzien en vrijstelling zou verlenen voor tegenfondsen voor arme gemeenten en gebieden die vaak te maken hebben met overstromingen en natuurrampen, zoals de regio's Centrale Regio en Centrale Hooglanden.

Afgevaardigden die de discussiesessie in de zaal bijwonen

Het in evenwicht brengen van niet-bereikte doelstellingen, met een speciaal mechanisme om bevoegdheden te delegeren aan lokale overheden

Een andere kwestie waar afgevaardigde Ho Thi Minh zich zorgen over maakte, waren de doelstellingen van het programma voor de periode 2030-2035. Er zijn met name enkele zeer hoge doelstellingen die moeilijk te behalen zijn met de huidige kleinschalige investeringsmethode. De afgevaardigde gaf aan dat tot nu toe enkele projectdoelstellingen voor schoon water, woongebieden en productiegrond in het Nationale Doelstellingsprogramma niet zijn gehaald; alleen de doelstelling voor huisvesting is gehaald dankzij het overheidsprogramma voor de eliminatie van tijdelijke en vervallen woningen.

Vanuit die realiteit stelde afgevaardigde Ho Thi Minh de regering voor om: het grondfonds voor bosbouwbedrijven en landbouwbedrijven gelijktijdig en grondig te herzien en het land over te dragen aan etnische minderheden om er te wonen en zaken te doen. Investeer tegelijkertijd niet in kleine, verspreide projecten zoals het boren van putten en het aanleggen van watertanks, maar zorg voor een strategie om water uit beken en bronnen te halen en te investeren in het nationale elektriciteitsnet.

Gezien de ingewikkelde ontwikkelingen op het gebied van natuurrampen in de afgelopen jaren, overstromingen, aardverschuivingen, uitte afgevaardigde Ho Thi Minh haar bezorgdheid over het feit dat het Nationale Doelstellingsprogramma voor de periode 2035 nog geen aparte subprojecten noemt ter ondersteuning van hervestiging, levensonderhoud en de reactie op klimaatverandering in etnische minderheden en kwetsbare gebieden... Daarom stelde de afgevaardigde voor dat de Nationale Assemblee en de regering een speciaal mechanisme moeten hebben om bevoegdheden te delegeren aan gemeenten om dringende kwesties aan te pakken en de gevolgen van natuurrampen via aparte mechanismen te boven te komen, zonder dat de Wet op Publieke Investeringen hoeft te worden aangenomen zoals nu het geval is.

Bron: https://phunuvietnam.vn/dai-bieu-quoc-hoi-de-nghi-mien-doi-ung-voi-cac-xa-ngheo-vung-thuong-xuyen-gap-thien-tai-238251205112602821.htm