De wet tot wijziging en aanvulling van een aantal artikelen van 10 wetten met betrekking tot veiligheid en orde bestaat uit 11 artikelen en treedt in werking op 1 juli 2026.
Volgens het rapport over de aanvaarding, toelichting en herziening van het wetsontwerp tot wijziging en aanvulling van een aantal artikelen van 10 wetten met betrekking tot veiligheid en orde, heeft de regering de concepten van verblijfsdocumenten, persoonsidentificatiebewijzen, elektronische identiteitskaarten en databases herzien en uniformiteit gewaarborgd om burgers en uitvoerende instanties te helpen bij het uitvoeren van administratieve procedures; de taal, de opmaak en de technische presentatie van de documenten herzien en geoptimaliseerd om nauwkeurigheid, volledigheid en consistentie te garanderen bij de integratie van de 10 gewijzigde en aangevulde wetten in de huidige wetgeving.

Met betrekking tot wijzigingen en aanvullingen op enkele artikelen van de Wet op de Verkeersordening en -veiligheid, stelt de regering voor om te blijven bepalen dat de maximale aaneengesloten rijtijd niet langer dan 4 uur mag bedragen, aangezien deze regelgeving in overeenstemming is met de internationale praktijk. Bovendien biedt een maximale aaneengesloten rijtijd van 4 uur bestuurders de mogelijkheid om te rusten, waardoor ze alert blijven en veilig kunnen rijden.
Tegelijkertijd heeft de regering artikel 64, lid 1, van de Wet op de Verkeersorde en -veiligheid als volgt gewijzigd: “ 1. De aaneengesloten rijtijd van een bestuurder mag niet langer zijn dan 4 uur, behalve in geval van overmacht of objectieve belemmeringen. De werktijd van een bestuurder per dag en per week is conform de bepalingen van het Arbeidswetboek .”
.jpg)
De overheid zal regelgeving bestuderen en in deelwetten opnemen om gevallen van verkeersopstoppingen en overmacht uit te sluiten, teneinde de huidige verkeerssituatie, met name in grote steden, te waarborgen en de rechten van bedrijven, handelaren en werknemers te beschermen, en zo bij te dragen aan de sociaaleconomische ontwikkeling.
Het wetsontwerp heeft de inhoud met betrekking tot de wekelijkse en dagelijkse rijtijden herzien om deze beter af te stemmen op de realiteit en te zorgen voor naleving van het Arbeidswetboek en internationale praktijken.
De regelgeving die de aaneengesloten rijtijd beperkt tot maximaal 4 uur, is gebaseerd op de bepalingen van artikel 65, lid 1, van de Wegenverkeerswet van 2008. Deze regelgeving is al vele jaren stabiel toegepast, strookt met internationale ervaringen en is gebaseerd op wetenschappelijk bewijs en de psychologische, fysiologische en gezondheidstoestand van bestuurders, met name diegenen die lange afstanden afleggen met vracht- en personenvervoervoertuigen.

Momenteel reguleert de wet alleen commerciële transportchauffeurs, omdat zij een hoger risico op verkeersongevallen met zich meebrengen dan particuliere chauffeurs. Voor particuliere chauffeurs zou het in eerste instantie slechts een aanbeveling moeten zijn om niet langer dan 4 uur achter het stuur te zitten, en nog geen verplichting, aangezien veel landen wereldwijd nog geen dergelijke regelgeving voor particuliere chauffeurs hebben.
Daarnaast heeft de regering, rekening houdend met de meningen van de leden van de Nationale Vergadering, artikel 10, lid 3, van de Wet op de Verkeersorde en -veiligheid als volgt gewijzigd: “ 3. Bij het vervoeren van kinderen jonger dan 10 jaar en kleiner dan 1,35 meter in een auto is het de bestuurder niet toegestaan het kind op dezelfde rij stoelen te laten zitten, behalve in auto's met slechts één rij stoelen; de bestuurder moet geschikte veiligheidsvoorzieningen voor kinderen gebruiken en het gebruik ervan instrueren, behalve in personenvervoervoertuigen .”

De regelgeving die de installatie van beeldregistratieapparatuur voor bestuurders vereist voor personenvervoervoertuigen met minder dan 8 zitplaatsen (exclusief de bestuurdersstoel), goederenvervoervoertuigen (exclusief vrachtwagens met oplegger) en voertuigen voor binnenlands vervoer, zoals bepaald in artikel 35, lid 2, van de wet, treedt in werking op 1 januari 2028.
De regelgeving die de installatie van videocamera's in het passagierscompartiment van personenvervoervoertuigen met 8 of meer zitplaatsen (exclusief de bestuurdersstoel) vereist, zoals bepaald in artikel 35, lid 2, van de wet, treedt in werking op 1 januari 2029 en zal worden geïmplementeerd volgens een door de regering vastgesteld stappenplan.
Bron: https://daibieunhandan.vn/luat-sua-doi-bo-sung-mot-so-dieu-cua-10-luat-co-lien-quan-den-an-ninh-trat-tu-tiep-tuc-quy-dinh-thoi-gian-lai-xe-lien-tuc-khong-qua-4-gio-10399958.html










Reactie (0)